En in die zone mogen geen bedrijfsvoertuigen meer komen die op fossiele brandstoffen rijden, hoewel sommige dieselauto’s tot 1 januari 2027 of 2028 nog welkom zijn. Particuliere voertuigen mogen tot 1 januari 2030 nog op de campus komen, maar daarna niet meer en voor motorfietsen is de situatie nog heel onduidelijk.

Op zich zijn dit natuurlijk goede ambities voor een wereldstad als Eindhoven. De TU/e lijkt hier echter niet voorbereid te zijn. Als ik ’s morgens met de auto het terrein op kom, staat De Zaale van voor tot achter volgeparkeerd met dieselbusjes. Al rokend zijn de busjes het terrein op gekomen (en al rokend lopen de eigenaren naar de bouwplaats, maar daar gaat het nu niet over). Gedurende de dag wordt de bouwplaats bevoorraad door grote vrachtwagencombinaties die materialen komen brengen.

Een snelle kentekenchek op https://doehetzero.nl/kentekencheck/ leert dat de meeste auto’s tot 2027 het terrein op mogen, maar een groot deel al vanaf januari niet meer. Wat een rust zal dat geven. De bouwvakkers moeten voortaan parkeren buiten de ring en dan “met een kar ofzo” het terrein op lopen (aldus Groenlinks Haarlem, waar ze ook zo’n zone hebben). Gelukkig hebben we een mooi parkeerterrein aan de Celebeslaan en kun je met een kar gemakkelijk over het fietspad door De Berenkuil de campus op.

En wat te denken van de TU/e’s eigen wagenpark? De beveiliging rijdt weliswaar elektrisch, maar de brandweer niet. En ook onze bedrijfsvrachtwagen (die blauwe) is straks niet meer welkom op de campus. Gelukkig zit studentenroeivereniging Theta buiten de ring, dus hun botenwagen hoeft niet vervangen te worden, maar de vrachtwagen van ons robotvoetbalteam TechUnited weer wel. En hoe zit dat met de auto’s van studie- en studentenverenigingen? De elektrische voertuigen die wij zelf bouwen mogen natuurlijk blijven, maar hun ondersteuningsvloot, tja, die moeten we maar buiten de campus parkeren denk ik.

Voor de toekomstige bewoners van Gemini hoop ik oprecht dat het gebouw afkomt voordat de bouwvakkers noodgedwongen vertrekken.