- Mensen
- 26/05/2021
TU/e-hoogleraar biedt asielzoekers onderdak
Takecarebnb matcht vluchtelingen en gastgezinnen
Een homoseksuele hotelmanager uit Maleisië, een christelijke laagspanningselektricien bij de metro uit Iran, een ebola-analiste uit Oeganda: ziehier drie personen die gevlucht zijn uit hun moederland en terechtkwamen bij Ruth Oldenziel. Zij is voorzitter van de stichting Takecarebnb en vertelt Cursor graag hoe ze daartoe kwam en wat het mooie ervan is. “Mensen die willen vluchten, zijn mensen die kúnnen vluchten. Ze hebben creativiteit, flexibiliteit en lef en ik leer van hen. Terwijl ik eigenlijk alleen maar wil helpen.”
In de zomer van 2015 was de vluchtelingencrisis bijna dagelijks in het nieuws na het verschijnen van de onuitwisbare foto van het jongetje Alan Kurdi die dood was aangespoeld op een Turks strand. Juist rond die tijd kwam hoogleraar Ruth Oldenziel samen met een vriendin aan op het station van München, en daar gebeurde iets wat haar leven een bijzondere invulling zou geven. “Ik stond daar en zag drommen mensen lopen op het station. Mensen die net waren aangekomen met speciale treinen uit Wenen, waar ze vluchtend naartoe waren gelopen. Ze werden gescheiden van ons - gewone aankomende reizigers - door dranghekken. Een vluchteling probeerde zijn zoontje aan ons te geven, door het hek, naar de vrijheid. Dat ging natuurlijk niet. Ik krijg nog koude rillingen als ik eraan denk.”
De parallel met de Tweede Wereldoorlog, toen haar eigen moeder ondergedoken heeft gezeten, drong zich aan haar op. “Het was bovendien óók nog in München, de hoofdstad van het nazisme, waar de holocaust in de jaren dertig is bedacht.” Maar nu werden vluchtelingen door Duitsers met open armen ontvangen, heel aardig, heel open en heel goed georganiseerd. Het beeld van de teddyberen en paraplu's die vrouwen kwamen brengen, gaf Oldenziel een brok in haar keel.
“Merkel heeft dat voor elkaar gekregen. Ik was er toevallig die zomer tijdens een sabbatical en vond het heel bijzonder om als historica getuige te zijn van deze gebeurtenis. De indrukwekkende ervaring om de vluchtelingenstroom zó dichtbij te hebben - we konden elkaar aanraken, maakte dat ik zelf ook concreet wilde helpen.”
Terug in Nederland zocht Oldenziel contact met de organisatie Takecarebnb, toen nog in oprichting. “Ik heb toen een Palestijnse vluchteling uit Libanon in huis gehad. Het was een zakenman die zeven maanden is gebleven voordat ik werd gevraagd voorzitter te worden van de stichting. Sindsdien heb ik meer dan tien vluchtelingen in huis gehad.”
Ruimte delen
De stap om iemand in huis te nemen was voor Oldenziel niet zo vreselijk groot. “Het is hier altijd al een komen en gaan van internationale gasten. Ik heb een klein keukentje voor ze, waardoor ik mijn vrijheid kan houden in mijn eigen keuken. Mijn partner, die in een ander huis woont, nam ook vluchtelingen op de afgelopen jaren.” Maar het gaat nooit om vierkante meters, het gaat om de ruimte in je hoofd, vindt ze.
“Ik ken iemand met een kast van een huis in Amsterdam die zelf veel goede doelen steunt en dit een mooi project vindt, maar zegt dat ze ‘geen ruimte’ heeft. En ik ken ook een vrouw die hier in de Pijp in een tweekamerwoning woont en vindt dat ze ruimte genoeg heeft om te delen. Met een kast als afscheiding heeft ze een plek gemaakt waar ze iemand wil opnemen.”
Alles is beter dan een asielzoekerscentrum (AZC), vindt Takecarebnb. Oldenziel: “In asielzoekerscentra kan niemand met zijn of haar leven beginnen. Daar mag je niet gaan werken, kan je niet efficiënt de Nederlandse taal leren, heerst slapeloosheid en veel stress, zit iedereen met trauma’s, kortom: vreselijke omstandigheden.”
Als laatste gasten zijn Mo uit Soedan en de Iraanse Sarah binnengekomen in haar huis in Amsterdam. “Sarah is een 3D-ontwerpster van tentoonstellingen en theater die zich in haar thuisland voor vrouwenrechten heeft ingezet. Ze heeft een getrouwde tweelingzuster in Iran en het is erg moeilijk voor haar om die achter te laten in het regime. Sarah is nu werkzaam bij een start-up in Utrecht.”
Lees door onder het kader.
Takecarebnb
Takecarebnb sprong vijf jaar geleden in het gat dat bestaat tussen het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers) en gemeentes, tussen de IND (Immigratie- en Naturalisatiedienst) en Vluchtelingenwerk. In die vijf jaar logeerden meer dan vierhonderd nieuwe Nederlanders bij een gastgezin, zo staat in het jaarverslag.
In principe - dat wil zeggen op papier - gaat opvang zo: een vluchteling komt in Nederland aan, gaat naar het COA in Ter Apel en krijgt een gesprek met de IND of er een legitieme reden is waarom hij of zij hier opgevangen moet worden. Daarna zoekt een door de overheid aangewezen gemeente woonruimte en kan de inburgering beginnen. De praktijk gaat zo: “Er was zo veel achterstand dat bij Mo en Sarah hun eerste IND-interview niet eens werd afgenomen. Dus in dit geval heb ik twee vluchtelingen gehad die nog géén verblijfsstatus hadden”, zegt Oldenziel. “Dat was bij hun voorgangers wel zo.” Bovendien: gemeenten doen er vaak lang over om een huis te vinden. Takecarebnb bemiddelt voor statushouders en zorgt voor onderdak bij particulieren, zodat ze niet hoeven te wonen in een asielzoekerscentrum, totdat een eigen woonruimte is gevonden. Het COA krijgt daardoor een plek voor een ander. Een verblijf duurt maximaal drie maanden. Daarna gaat de vluchteling terug naar een AZC of zoekt Takecarebnb een nieuwe plek. Vaak is dat dezelfde plek. Sarah en Mo zijn al anderhalf jaar bij Oldenziel, dat is uitzonderlijk, maar wel verklaarbaar: “Je wilt het avontuur ook afmaken. Ze ruimte bieden tot ze de sleutel hebben van een eigen plek. Daar samen naar binnen stappen en het samen inrichten”, zegt ze. En: “Het is zó verrijkend, je leert zelf zo veel”.
Als voorzitter is ze verheugd te kunnen melden dat Takacarebnb met Eindhoven net een overeenkomst heeft gesloten om samen met de gemeente gastgezinnen te werven.
Muziek
Mo heeft inmiddels zijn draai gevonden. Hij was in Soedan autoverkoper, maar hij is ook een heel goede muzikant. “Hij heeft nu drie deeltijdbanen”, zegt Oldenziel trots. “Drie contracten in de sales! Verder speelt hij in twee Nederlandse bands.”
Wat zij zelf heeft geleerd, komt haar zelfs als Amerikadeskundige van pas. “Ik kreeg meer inzicht in de Nederlandse samenleving via de ogen van de vluchtelingen. In deze fase hebben zij te maken met een volstrekt onbegrijpelijke overheid. Op de formulieren die zij moeten invullen, bijt ik me - en ik ben hoogleraar - helemaal stuk. Ik begrijp dat er goedbedoelde beslissingen worden genomen, maar de uitwerking past er niet bij. Het is een broertje van de toeslagenaffaire. Ik zie dat voor wie aan de onderkant van de samenleving zit, het poldermodel van de Nederlandse samenleving dolgedraaid is.”
Steen in vijver
Gelukkig kan Oldenziel met Takecarebnb iets rechtzetten. “Als ik een vluchteling help, gooi ik een steen in de vijver. De persoonlijke benadering heeft wel effect op dertig tot veertig andere mensen. Dat zijn bijvoorbeeld je buren, je eigen familieleden en vrienden.” Ze wil maar zeggen dat het mes aan twee kanten snijdt; de vluchtingencrisis krijgt een gezicht en de vluchteling krijgt een netwerk. Een netwerk voor het leven, zegt Oldenziel, die voor velen een Nederlandse moeder is geworden.
En vergeet niet, benadrukt ze, het kan ons allemaal overkomen dat we moeten vluchten. “De mensen die ik heb leren kennen, hadden hun zaakjes goed op orde, net als jij en ik. Kijk maar naar Turkije, waar van de ene op de andere dag dertigduizend mensen ontslagen werden omdat ze als vijand van Erdogan worden gezien. Rechters, politieagenten, noem maar op.” Een van die rechters heeft maanden bij een vriendin van Oldenziel gelogeerd. Voor hem is het extra lastig om nu in Nederland een baan te vinden vanwege verschillende wetgeving. Schrijnend, vindt ze dat.
Taal
Wie een vluchteling onderdak wil geven krijgt een matchinggesprek met Takecarebnb. Oldenziel herinnert zich daarvan nog de moeilijkste vraag: "Wat zoek je zelf in een asielzoeker?" Dat gaat om dingen als samen eten - of niet, wil je je privacy houden of juist delen, enzovoort. “Ik kon eerst niets bedenken. Maar uiteindelijk realiseerde ik me dat ik het wel heel belangrijk vind dat iemand Nederlands wil leren. Mijn enige voorwaarde is dat de persoon zich daarvoor inzet. Het is belangrijk om te weten wat jij als gastouder wilt, want je komt jezelf toch tegen. Dan denk je heel open te zijn, maar ontdek je toch irritatie over iets wat je blijkbaar belangrijk vindt in je eigen huis. Zo’n matchingsgesprek van Takacarebnb probeert dat te voorkomen.”
Als het even kan wil ze ook nog kwijt dat het in haar ogen een kwalijke zaak is dat aan de TU/e zo gemakkelijk het Nederlands wordt losgelaten. “Het lijkt wel of dat behulpzaam is naar internationals toe, maar die kunnen nooit inburgeren als ze niet de taal van het land leren. Breng alsjeblieft het geduld op om in het Nederlands te spreken met ze. Dan voelen ook zij zich thuis.”
Ruth Oldenziel is hoogleraar Amerikaanse en Europese techniekgeschiedenis bij de faculteit Industrial Engineering & Innovation Sciences en buiten de TU/e ook wel bekend als Amerikadeskundige. Sinds januari 2020 is ze hoofdredacteur van het Amerikaanse techniekhistorische blad Technology and Culture. Met haar Amerikaanse bril heeft ze wetenschapsfinanciers kunnen overtuigen dat Nederland iets heel bijzonders te bieden heeft op het gebied van fietscultuur en zodoende heeft ze een groep promovendi bijeengebracht voor dit onderwerp. Brett Petzer was op 20 mei de eerste uit die groep die zijn proefschrift mocht verdedigen.
Discussie