“Ik keer terug als pedel”

Na 26 jaar TU Eindhoven gaat Annelies Verschuren-Dirks met pensioen

Iedereen die al een tijdje op de campus rondloopt, kent haar van gezicht, als de dame die de bloemen overhandigt bij feestelijkheden. Wat niet iedereen weet, is dat Annelies Verschuren-Dirks achter de schermen de motor is achter ontelbare evenementen, van Dies tot Glow. Of wás, want per juli gaat ze met pensioen. Ze vertrekt na 26 jaar met een hart vol herinneringen: aan de geur van de W-hal bijvoorbeeld, en aan al die lieve mensen. Maar: “Als het even kan, keer ik terug als pedel.”

Een kwispelende Berner-Sennen begroet Cursor bij het tuinhek. Amber heet ze. “Ze heeft dit jaar een nest puppy’s gehad, dat kon omdat ik vanuit huis werkte”, vertelt Annelies Verschuren-Dirks. Door de populariteit van honden in coronatijd, was er een wachtlijst van baasjes voor de pups.

Corona bracht Verschuren ook nieuwe ervaringen op werkgebied: alle evenementen, zoals de Opening Academisch Jaar en MomenTUm, moesten plots online worden georganiseerd. Had ze nog wel zin in al die virtuele nieuwigheden, zo tegen haar pensioen? Een lach, want de aanstaande pensionada voelt zich prima thuis op het internet. “Ik heb lang in de gemeentepolitiek van Son gezeten, daarvoor was social media heel belangrijk – ik geloof dat ik wel drieduizend contacten heb op LinkedIn.”

Lees verder onder de foto

Het raadswerk hield op toen ze met man Rob verhuisde naar een boerderijtje bij Breugel, nét over de gemeentegrens. Ze wijst spijtig naar de schuur van de overburen: “Daarachter is het Son. De VVD-fractie van Sint Oedenrode – de gemeente waar we nu officieel wonen – heeft gevraagd of ik dan niet bij hen wilde komen, maar Son is de gemeente waar ik mijn hele getrouwde leven heb gewoond, en waarmee ik me verbonden voel.”

Ook met de TU/e voelt Verschuren een band, die ze altijd het sterkst ervaren heeft bij promoties. “Als ik de samenvatting van zo’n proefschrift las, voelde ik me zó trots op de universiteit. Dan dacht ik: daar ben ik gewoon onderdeel van!”

Plannetje

De connectie met de TU/e begon in 1995, in het Paviljoen. Verschuren had toen al het nodige op haar cv staan. Direct na de havo was de aannemersdochter, oudste van vijf, aan de slag gegaan bij Philips Nederland: “Mijn vader verbouwde het huis van iemand die daar werkte, en die wist wel een baantje voor me.” Met cursussen steno, typen en handelscorrespondentie ontwikkelde ze zich op secretarieel vlak. Er volgden meer werkgevers en meer verantwoordelijkheden. Ook toen ze moeder werd, bleef ze een dag per week werken.

Als ik de samenvatting van zo’n proefschrift las, voelde ik me zó trots op de universiteit

Annelies Verschuren-Dirks

Toen de kinderen – twee meisjes, twee jongens – naar school gingen, wilde Verschuren weer meer uren maken. Het was 1995 en via Manpower kon ze een zwangerschapsvervanging doen in de groep van hoogleraar Peter Sander (IE&IS, inmiddels gepensioneerd). “We zaten in een knus kantoor, ik herinner me de houten vloer van het Paviljoen. Elke middag om half vier dronken we gezamenlijk thee.” Zo rolde ze in meer vervangingen – “Dan hoorde ik bij het kopieerapparaat dat iemand was uitgevallen met rugklachten" – en de drie jaren dat ze maximaal uitgezonden mocht zijn bij dezelfde organisatie, vlogen om.

“Ik wilde op de TU/e blijven en solliciteerde.” Zo werd Verschuren secretaresse voor bouwkundedecaan Harry Timmermans. Ze maakte kennis met universiteitssecretaris Harry Roumen, die bepalend zou worden voor haar carrière: “Hij had een ander plannetje met me.”

Blokje kaas

En Roumens plannetje werd al snel werkelijkheid. Hij vroeg Verschuren in 2000 samen met Elly Duran het bureau Promoties en Plechtigheden op te zetten. Ze ging de promoties organiseren, en ook de intreeredes en afscheidscolleges van hoogleraren, die voorheen door de faculteiten zelf werden geregeld. “Aan ons om daar eenheid in te brengen. Er kwamen gezellige voorontvangsten en recepties met borrelhapjes, hoewel CvB-lid Willem Te Beest een plakje worst en een blokje kaas eigenlijk wel genoeg vond.” Nieuw waren de benoemingsbijeenkomsten, een gezamenlijk welkom voor hoogleraren die in dezelfde periode waren aangesteld.

Lees verder onder de foto

Al doende nam Verschuren steeds meer taken over van secretaris Roumen. “Organiseren zit in mijn aard. Collega’s moeten soms horendol zijn geworden van mijn bemoeizucht. Elke presentatie moest bijvoorbeeld getest worden. Niet even op de computer, niet op zo maar een beamer, maar op de beamer van de Blauwe Zaal, in mijn aanwezigheid.”

Pedel

Omdat het aantal promoties flink toenam, moesten er meer pedellen komen om het ‘hora est’ uit te spreken. Samen met Cees Heijmans, destijds financieel directeur van Bouwkunde, richtte Verschuren een groep van zeven pedellen op, die regelmatig overleggen en ook wel eens wat gezelligs ondernemen samen.

“Sinds zijn pensionering is mijn man Rob, voormalig leraar Nederlands, ook pedel. Zelf lijkt het me ook wel wat, want de promoties liggen me na aan het hart. Als je die voldoening ziet op het gezicht van de promovendus! Als het even kan, keer ik terug als pedel.”

Sfeer

Verschuren wil enerzijds dat alles tot in de puntjes geregeld is en is anderzijds heel alert op de menselijke kant. “Een chocolaatje bij de koffie, water voor de bloemen, iemand die je naar je stoel begeleidt: het is belangrijk dat gasten zich welkom voelen.”

Ook bij de informele, interne gezelligheid is ze lang betrokken geweest: ze organiseerde gala’s voor de Faculty Club (een ter ziele gegane vereniging voor hoogleraren en emeriti) en regelde de kerstversiering in het voormalige Hoofdgebouw, het Auditorium en MetaForum.

Lees verder onder de foto

Het gevoel voor sfeer en gastvrijheid zit er kortom ingebakken bij Verschuren. “Ik bedenk altijd: hoe zou ik het thuis doen?” Dát ze het thuis ook doet, daarvan getuigt het rookvat dat nog op het terras staat. Laatst heeft ze samen met Rob het eerste uitje voor de buurt sinds corona georganiseerd: forelvissen en aansluitend de vangst roken.

De sfeergevoeligheid houdt ook in dat een goede band met collega’s essentieel is voor Verschuren. Haar oud-collega’s typeert ze in termen als ontzettend aardig, attent en superlief, en met velen is ze nog bevriend. “Als de sfeer op de werkvloer slecht is, trek ik mijn conclusies en vertrek ik. Gelukkig is dat op de TU/e zelden aan de orde geweest.“

Supertrots

Door de jaren heen ondersteunde Verschuren de rectoren Martin Rem, Rutger van Santen en Hans van Duijn bij promoties. “Bij het aantreden van de huidige rector Frank Baaijens lag mijn focus al op de grote academische plechtigheden zoals de opening van het Academisch Jaar, de Dies en de nieuwjaarsreceptie.”

Daarnaast drukte ze haar stempel op een lange reeks evenementen en projecten, zoals een viertal lustrums, de Academic Awards, de Marina van Damme Beurs, MomenTUm en de Alliantie: een samenwerking op het vlak van Challenge Based Learning, met Wageningen University, Universiteit Utrecht en UMC Utrecht.

Lees verder onder de foto

Zelf denkt ze heel graag terug aan de edities van lichtkunstfestival GLOW op de campus, in de lustrumjaren 2006, 2011 en 2016. “Na zo’n week voelde ik me supertrots op de TU/e, en dankbaar dat ik er werkte.” Samen met studenten en collega’s van beveiliging, brandweer, huisvesting en de technische dienst, en onder supervisie van hoogleraar en natuurkundedecaan Gerrit Kroesen, zorgde ze voor de realisatie van een dertigtal lichtprojecten op de campus. “Het was geweldig om kunstenaars, studenten en medewerkers bij elkaar te brengen om iets moois te realiseren, zoals Exploding Wires, een installatie die bliksem simuleerde.”

De pensionering van Harry Roumen in 2012 markeert voor mij de overgang naar een wat zakelijker tijdperk

Annelies Verschuren-Dirks

Een van de kunstwerken, Transformatie, is dankzij inspanningen van de Kunstcommissie en Verschuren nog altijd in drievoud op de campus te bewonderen. ’s Avonds projecteren deze cilinders van cortenstaal de woorden ‘TU/e, where innovation starts’, en klinken er gefluisterde wiskundeformules.

Afwisseling

Toen Verschuren in 2010 overstapte naar het Communication Expertise Center (CEC) nam ze de organisatie van de academische evenementen met zich mee. “Mijn taken worden  straks door maar liefst zeven verschillende collega’s  overgenomen, verdeeld over General Affairs, CEC en een faculteit.”

Met CEC verhuisde ze kriskras over de campus: “Van Laplace naar het Auditorium, Metaforum, Kennispoort en ten slotte Atlas. Om vervolgens door corona de laatste anderhalf jaar vanuit huis te werken.” Die afwisseling was er ook in werkzaamheden: “Harry Roumen mopperde wel eens: ‘Jij wilt ook altijd iets anders!’ maar bij CEC bleek dat een voordeel. Ik heb er misschien wel het meeste geleerd: over studentenwerving, relatiebeheer, internet en online evenementen.”

Lees verder onder de foto

Toch begon er bij Verschuren langzaam iets te, tja, schuren. De tijden veranderen, de universiteit verandert en misschien haar blik ook, verexcuseert ze zich: “Dat klagen, dat is dus de leeftijd”. Maar toch: vroeger liep je even naar een collega om iets te regelen, nu moet je een officieel mailtje sturen. En bij elk evenement moet een veiligheidsplan van 25 pagina’s opgesteld worden. We zijn in “regeltjesland” terechtgekomen, concludeert ze.  

Aanhikken

Hoewel Verschuren de dynamische werksfeer met veel jonge collega’s bij CEC waardeert, evenals de ruimte die ze kreeg om haar werkzaamheden geleidelijk af te bouwen, mist ze de knusse Brabantse gezelligheid van weleer: “De pensionering van Harry Roumen in 2012 markeert voor mij de overgang naar een wat zakelijker tijdperk.”

Teken aan de wand was ook dat ze voor het eerst niet uitkeek naar, maar aanhikte tegen een lustrumjaar vol grote evenementen. “Ook dat is de leeftijd.” Dus besloot ze de overuren (die ze opbouwde tijdens piekmomenten rondom evenementen) en niet-opgenomen vakantie-uren (in coronatijd) in te zetten om niet dit najaar, maar al vóór de zomer met pensioen te kunnen gaan. “Maar de afspraak staat: bij het eerste ‘live’ event dat CEC weer organiseert, ben ik erbij en nemen we persoonlijk afscheid!”

Vriendschappen

Wat blijft, zijn de vriendschappen die Verschuren door de jaren heen op de verschillende afdelingen opbouwde. De herinneringen aan al die mensen, maar ook aan de campus die zo veranderd is sinds 1995: de houten vloer van het Paviljoen, de kooi van Faraday in het lab van elektrotechniek en de geur die in de W-Hal hing – waar nu Metaforum staat: “Je róók er gewoon de industrie, heerlijk”.

Maar nu is het tijd voor andere dingen: oppassen op haar beide kleinzonen, borduren, tuinieren, lezen en netflixen. “Opstaan en denken: wat zal ik vandaag eens gaan doen? Dat voelt echt als een luxepositie.” Maar zodra er een plekje voor een pedel vrijkomt, staat ze vooraan om te solliciteren.

Deel dit artikel