door

UR | Buiten de lijntjes kleuren

29/11/2017

Dit is mijn laatste column namens de UR. Twee jaar geleden werd ik de UR in gepraat door Jannelies Smit, met wie ik meer dan eens digitale discussies had. Ik ben twee jaar lid geweest van de personeelsfractie en heb ontzettend veel geleerd. Onder meer over hoe de universiteit werkt, waarom deze zo werkt, hoe besluiten tot stand komen, waarom sommige besluiten genomen worden, maar vooral hoe intensief ons College van Bestuur probeert de gemeenschap bij die besluitvorming te betrekken.

Door middel van allerlei werk- en praatgroepen, medezeggenschapsorganen en town hall-achtige bijeenkomsten wordt de hele universiteit uitgenodigd om mee te praten. En hoewel deze bijeenkomsten altijd zeer nuttig zijn, heb ik me meer dan eens afgevraagd: waarom doet het bestuur dit? Als ik dit probeer uit te leggen aan vrienden buiten de universiteit gebruik ik graag de analogie van het kleurboek.

De universiteit is een kleurboek. En niet zomaar een kleurboek, maar zo’n thematisch ‘kleuren op nummer’ boek. Voor volwassenen wel te verstaan. Het CvB definieert eerst het thema. Dat noemen we ‘strategic areas’ of ‘centers’. Dan worden er platen gemaakt voor alle onderdelen van de organisatie. Een plaat voor het Bachelor College en een voor de Graduate School, een plaat voor Data Science en een voor de faculteit Technische Natuurkunde, een plaat voor ICT services en een voor ESA.

Al deze platen worden vervolgens ontdaan van kleur en omgezet in kleurplaten, met genummerde vakjes. De bedoeling is dat iedere dienst, faculteit of student de plaat inkleurt volgens de cijfertjes in de vakjes en als iedereen dat doet ontstaat er een prachtig prentenboek.

Maar ja, de TU/e is een organisatie vol eigenwijze professionals (vaak ook nog behept met een wat gebrekkige fijne motoriek). De platen worden dus niet ingekleurd zoals aangegeven, maar de vlakjes die in de ogen van het CvB rood moesten worden, worden blauw, en de vakjes waar groen voor bedacht was, worden geel. Soms wordt de hele plaat aangepast naar eigen goeddunken.

Uiteindelijk hebben we een bont geheel van ingekleurde platen. Iedereen is trots op de plaat waar men aan meegewerkt heeft, maar het geheel past net niet meer helemaal goed bij elkaar. Aan het CvB dan de nobele taak om de ingekleurde platen toch mooi te vinden. Zoals ouders de tekeningen van hun kinderen ook altijd mooi vinden, hoe lelijk ze ook zijn.

Er zijn maar weinig kleurtjes over voor onderwijs

Soms grijpen ze in. Dan worden er kleurtjes afgepakt. Dat noemen we ‘richtlijnen’. Met name rondom onderwijs zijn er voor de faculteiten weinig kleurtjes over (om precies te zijn: bruin, groen en roze). En dit werkt. De afgelopen jaren is de TU/e in staat gebleken om uiterst succesvol te zijn in onderwijs. Zo succesvol dat we de werkdruk door toename van studentenaantallen en regels hebben zien oplopen tot voorbij het breekpunt. Aan het CvB de taak om ook dat op te lossen. Daarnaast moeten er voor TU/expedition nieuwe schetsen gemaakt worden voor het kleurboek van 2030.

De komende week moeten ook weer vakjes ingekleurd worden, want op 5 en 6 december zijn er verkiezingen voor faculteitsraden, de dienstraad en de universiteitsraad. Tijdens de campagne zal de TU/e groen, geel en blauw kleuren door toedoen van de studentenfracties en ik wens bij dezen dan ook alle kandidaatleden succes de komende periode.

En denk eraan: Als de kleurpotloden op zijn, kan de medezeggenschap altijd nog gaan verven. Alsof je iconen schildert, maar dan niet zoals Herman Finkers.

Deel dit artikel