Illustratie | Sandor Paulus
door

Tussen de oren | Oei ik groei

07/01/2016

Wij hebben vier kinderen en ze groeien allemaal als kool. Geregeld hangt een broek op hoog water of groeit er een uit zijn jasje. Dat is altijd even schrikken, dan slikken: ik probeer ze niet wijs te maken dat kort de nieuwe mode is, of raad ze aan hun jasje nu eens aan de linker-, dan eens aan de rechtermouw te dragen. Ik koop een nieuwe.

De TU/e groeit ook: studentenaantallen blijven toenemen en daar hoort natuurlijk ook een groeiende staf bij. En de TU/e is flink aan het bouwen, maar ironisch genoeg aan een compactere campus. Alle prognoses ten spijt zullen de komende jaren nauwelijks nieuwe collegezalen gebouwd worden. In plaats daarvan wordt ons gevraagd mooc's te maken, klaslokalen te ‘flippen’ en vanaf komend semester nu eens overdag, dan eens ’s avonds college te geven.

Ik heb een groot hart voor onderwijs en probeer dat zo goed mogelijk te verzorgen. Ik houd Play-Doh-sessies met studenten om ze gevoel te geven voor de structuur van ons brein; speelde laatst nog Weerwolven met ze om ze te leren hoe je gedrag kunt observeren. Ook de collega’s om mij heen zie ik stuk voor stuk consciëntieus nadenken over hun onderwijs en hoe dat beter kan. We volgen onderwijsvernieuwing op de voet. Maar bij voorkeur staat die vernieuwing primair in het teken van kwaliteitsverbetering.

Een universiteit is een tweede huis

Ik begrijp dat budgetten krap kunnen zijn (nogmaals, wij hebben vier kinderen…) en dat ook efficiëntie en financiën soms mede richting zullen geven aan onze faciliteiten. Maar we moeten niet vergeten dat die faciliteiten uiteindelijk maar een fractie kosten vergeleken bij de mensen die daarin onderwijs geven en genieten. En het zijn juist die gebouwen die mogelijkheden scheppen voor goed onderwijs en goed werk.

Sommige collega’s geloven in spannende Ted-talks en online feedback. Ik vertrouw erop dat die vormen passen bij wat zij hun studenten willen bijbrengen. Anderen willen hun studenten in de ogen kijken als ze een verhaal vertellen, ze betrekken in een discussie, en er samen met hen iets van maken. Een universiteit is een tweede huis voor ieder die er studeert en werkt. Het is ons nest voor dromen, fantaseren, inspireren, innoveren. Dat moet staan als een huis en passen als mijn favoriete jasje, of het nu mode is of niet.

Yvonne de Kort is hoogleraar Omgevingspsychologie bij Human-Technology Interaction

Deel dit artikel