Hun idee was simpel: meld je met het mailadres van je universiteit aan voor Dropbox, dan ontvang je van ons extra opslagruimte. Hoe meer mensen van jouw universiteit zich aanmelden, hoe meer punten jouw universiteit verdient en hoe meer gratis opslagruimte jij en je medestudenten bemachtigen.

Binnen no-time werd er overal ter wereld geshared, geliket en getweet en ontstond er een Space Race variant van de Times Higher Education ranking. Onze eigen TU/e maakte een beetje een slow start, maar haakte ook al snel aan in de strijd naar gratis bytes en inmiddels beschik ik (en hopelijk jij ook) over >17 GB, geweldig!

Al met al een geweldig initiatief. Wetenschappers en studenten over de hele wereld wisten hun opslagruimte met een factor x te vergroten en Dropbox had een enorme social media buzz gecreëerd en het aantal gebruikers zien toenemen. Missie geslaagd, iedereen blij.

Maar niet onze mensen van de Dienst ICT; u weet wel, het brein achter het onvolprezen OASE. Zij waarschuwden dat files wegzetten in Dropbox oliedom is, onder andere omdat Amerikaanse overheidsdiensten dan ongevraagd jouw bestanden kunnen inzien. Dat is waar, maar in mijn ogen geen reden om Dropbox niet te gebruiken.

Ik vraag me ook af of de waarschuwing uit frustratie is voor het feit dat een groep TBK'ers de clouddienst vorig jaar gebruikte als (werkend!) alternatief toen OASE keihard faalde tijdens de tentamenperiode. Hoe dan ook, ik denk zelf dat iedereen op onze TU slim genoeg is om in te schatten wat hij of zij wel en niet op Dropbox opslaat.

Bij mij rest nog één vraag: vind ik het enger dat een paar mensen in de USA in mijn Dropbox kunnen rondneuzen, of dat onze eigen Dienst ICT wil bepalen waar ik mijn OGO-rapporten, columns en partypics opsla?