Leren van ‘oh-shitmomenten’
‘Het vertrouwen van BMT-studenten in hun eigen kunnen daalt gestaag over de drie jaar van hun bachelor’. Een studieadviseur bij BMT vertelde mij ooit over deze opmerkelijke resultaten van een enquête onder studenten. In eerste instantie leek me dat onzin (ik had in m’n tweede jaar genoeg ‘vertrouwen’ in mezelf), maar ik begin steeds meer te geloven dat die resultaten kloppen. Vertrouwen zakt inderdaad aan het eind van de bachelor – maar misschien is dat maar goed ook.
Aan het eind van een OGO-casus in mijn tweede jaar leverde ik voor mijn gevoel een echt, degelijk verslag in. Ik had voor het eerst het idee dat ik ‘eindelijk echt onderzoek’ had gedaan en een bijdrage had geleverd aan mijn vakgebied. Achteraf was dat natuurlijk ongelofelijk naïef: die OGO draait al zo’n vijf jaar en de verantwoordelijke docent heeft waarschijnlijk al vijftig keer exact hetzelfde verslag gelezen.
Als ik nu terugkijk op drie jaar OGO-casussen, merk ik dat ze allemaal hun eigen ‘zijwieltjes’ hebben, ook al leken ze destijds zo hectisch/zwaar/uitdagend. De eerste OGO van praktisch elke studie is stiekem alleen maar bedoeld om vergaderstructuur aan te leren. In de tweede leer je om een verslag te schrijven, in de derde experimentenopbouw, et cetera. Je zou bijna gaan denken dat elk project leerdoelen heeft.
Ook tijdens het voorbereidend werk voor mijn BEP, merk ik dat ik eigenlijk toch minder kan dan ik hoopte te kunnen na drie jaar onderwijs. De eerste jaren krijg je bij BMT veel theorie, dus voor de eerste keer praktisch, langdurig labwerk uitvoeren is -zachtjes uitgedrukt- een uitdaging. Het helpt niet dat je BEP-begeleider denkt dat je bekwamer bent in organische chemie dan eigenlijk het geval is.
Het afgelopen jaar zat vol met bovenstaande ‘oh shit-momenten’, waar ik me plots realiseerde dat mijn prestaties tijdens drie jaar bachelor toch minder betekenen dan verwacht. Ik kan garanderen dat elke student ook op een gegeven moment zo’n gevoel heeft, wanneer hij/zij beseft hoeveel werk nog gedaan moet worden, eer ze het felbegeerde papiertje in handen krijgen.
Er is misschien nog wel een lichtpuntje te vinden tussen alle pessimisme: een blik op al het komende werk biedt perspectief. Het laat zien dat leren nooit ophoudt en vaardigheden zich opstapelen. Het klopt dat je na je bachelor nog eigenlijk vrij weinig kunt – en dit besef maakt nederig. Maar sommige mensen hebben nederigheid nodig om verder te komen.
Discussie