Klimaatoptimisme
Het is eindelijk te laat: de laatste rapporten van het IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties, hebben geconcludeerd dat de ozonslaag dusdanig ver is aangetast dat een niet te stoppen kettingreactie in gang is gezet. De poolkappen zullen binnen vijftien jaar de grootte van ijsklontjes hebben en Nederland zal teruggenomen worden door de zee. We kunnen niks meer doen - de strijd voor het klimaat is klaar, we hebben verloren.
Het bovenstaande is niet waar (grapje!), maar ik vraag me wel af hoe ik me zou voelen als de krantenkop ‘De strijd voor het klimaat is voorbij’ groot op de voorpagina zou staan. Ik dacht hier recent over na omdat het IPBES, het mondiale platform voor biodiversiteit, afgelopen week in Parijs een vernietigend verslag publiceerde (geen grap dit keer). Biodiversiteit staat er rampzalig voor: soorten sterven links en rechts uit en een ‘game over’-scenario komt steeds dichterbij.
Ik werd geraakt door de positieve noot waarmee Sir Robert Watson, voorzitter van het IPBES, ondanks alles het verslag presenteerde: ‘Er is nog hoop […], als we nu de schouders er onder zetten, kan de natuur worden gered’. In Trouw van 7 mei stond een profiel over Watson, waarin hij omschreven wordt als een geboren optimist. Zijn profiel stond naast een stuk over een ecoloog die als reactie op het verslag zei dat ‘er nog kansen zat zijn voor verandering’.
Het is opmerkelijk hoeveel artikelen over de verontrustende staat van het klimaat en natuur eindigen met de boodschap ‘maar dingen vallen nog te redden’. Ik heb het gevoel dat we dit al redelijk lang aan het zeggen zijn en dat doet je afvragen hoelang het nog duurt totdat dit niet meer waar is. Het liefst zou ik willen dat, voordat het game over is, klimaatwetenschappers zoals Sir Watson hun persconferenties zouden afsluiten met een indringende blik in de camera, doodangst in de ogen, en een smeekbede aan burgers, politici en bedrijfsmensen om eindelijk hun woorden serieus te nemen.
Het klimaatoptimisme van Sir Watson is begrijpelijk. Je kunt als expert niet de handdoek in de ring gooien. Bovendien zou expliciet zeggen dat dit écht de laatste kans is (of erger, dat het moment al voorbij is), A) alleen maar meer paniek creëren die weinig uithaalt, of B) mensen nog apathischer maken dan ze al zijn. Desalniettemin ben ik bang dat de huidige communicatietactiek - ‘het is erg, maar valt nog te redden’ - binnenkort tekort blijkt te schieten.
Discussie