door

Open deuren

07/06/2022

Vorige week bladerde ik door een verzameling open deuren. Het was een rapport van Berenschot, opgesteld in opdracht van OCW, over wat het hoger onderwijs heeft geleerd van de coronapandemie. Ik zag niet veel voorbijkomen dat ik nog niet eerder had gehoord of had kunnen bedenken. De belangrijkste vraag lijkt me nu vooral welke lessen er nog te leren zijn.

Even een greep uit de bevindingen van Berenschot: hogescholen en universiteiten willen online onderwijs na de pandemie niet in de ban doen, digitaal onderwijs zal niet helemaal verdwijnen. Is het werkelijk waar? Volgens mij was dit een ontwikkeling die al ruim voor de pandemie gaande was.

Een andere ontdekking: de coronapandemie heeft duidelijk gemaakt hoe belangrijk de sociale component in het onderwijs is. Leek mij ook al iets dat toch wel bekend is in onderwijsland. Het zou beschamend zijn als er een pandemie voor nodig was om dat inzicht op de radar te krijgen bij de instellingen. 

Nog een open deurtje: studenten met een beperking of een chronische ziekte kregen door de pandemie meer mogelijkheden om hun lessen op afstand te volgen. Duuuh…

Maar de onderzoekers schrijven ook: “Over het algemeen zijn er niet minder studiepunten behaald door studenten, al zijn de langere-termijneffecten nog niet zichtbaar”. Oké, dat is opmerkelijk, temeer daar die onderzoekers ergens anders in het rapport ook concluderen dat studenten “over het algemeen minder mee leken te krijgen van de lesstof”. Hoe is het een met het ander te rijmen?

Nog iets dat de Berenschotters zagen gebeuren: de pandemie gaf aanleiding om opnieuw over het onderwijs te praten. Het ging daarbij minder over “vaste normen en uren” en meer over de competenties en vaardigheden van studenten. Tegelijkertijd zagen “instellingen en experts” ook dat sommige opleidingen moeite hadden om oude patronen te doorbreken en om de “geboden ruimte direct te benutten”. Even een aantekening maken voor mezelf: hoe wordt die discussie binnen onze instelling gevoerd?

Terugkijken en leren van het voorbijgaande is altijd goed, maar wat doen we er op de korte termijn mee? Als ik nu rondloop in het Auditorium langs de studieplekken op de eerste ring, zie ik regelmatig studenten die wat glazig en enigszins verloren voor zich uitstaren. Indachtig Hugo de Jonge zou ik wil zeggen: “We lijken klaar te zijn met corona (tot de herfst?), maar met de nasleep en de effecten ervan op de gemoedstoestand van onze studenten zijn we nog niet klaar." Dus laten we daar - ook nu de zomervakantie lonkt met weer onbeperkte mogelijkheden - oog voor blijven houden. Niet alleen op instellingsniveau, maar ook ieder van ons individueel als het gaat om degenen om ons heen.

Deel dit artikel