Art + Tech
‘Poème électronique’, die twee woorden heb je vast wel eens gezien. Ik verwonder me er al jaren over als ik er op de campus langs struin. Zeggen die woorden je iets? Ze zijn verbonden aan een wereldbefaamde architect en een avant-garde componist, maar ook aan ons eigen Philips.
Philips maakte in 1958 deel uit van Expo 58, de wereldtentoonstelling in Brussel. Daar zetten landen hun grootste prestaties op het gebied van technologie en kunst in de etalage en sloven ze zich uit in het tonen van hun welvaart. Uit wereldtentoonstellingen zijn dan ook vaak bekende werken overgebleven, zoals de Eiffeltoren in Parijs en het Atomium uit die van 1958. Naast het Atomium werd toen het Philips-paviljoen gebouwd.
Hyperbolische vlakken staken daar uit de grond, tot wel twintig meter hoog. Alsof er een tent werd opgezet door lakens te spannen tussen enkele schots en scheefstaande stokken. Alleen was het geen stof die tussen de stokken zat, maar zeven millimeter dik beton.
Binnen was er een spektakel gaande. De enorme ruimte werd gevuld door een muziekstuk, dat uit honderden luidsprekers kwam. Dit geluid werd ondersteund door de speciale akoestiek van de gebogen betonnen wanden, waar ook nog eens beelden op werden geprojecteerd. Die hele synthese van kunsten kreeg van de architect Le Corbusier de overkoepelende titel ‘Le Poème électronique‘. Toen, meer dan 64 jaar geleden, was het al zeer GLOW-waardig.
Het hele paviljoen fungeerde als platform voor interessante samenwerkingen. Philips, Le Corbusier en de componist Edgard Varèse creëerden in nauwe samenwerking een haast ongeloofwaardig verhaal. Philips werd uitgedaagd door de verbeelding van de kunstenaars, die op hun beurt uitgedaagd werden door de techniek. Voor mij een van de meest inspirerende voorbeelden van wat ik Art-Tech-projecten noem, een broedplaats voor innovatie.
Sinds 2011 staat tussen Vertigo en het Auditorium het kunstwerk dat in 1958 bij de ingang van het paviljoen alle bezoekers welkom heette, genaamd ‘L’Objet Mathématique’. Elke ochtend ben ik weer enthousiast als de woorden ‘Poème électronique’, die daar in neonblauwe letters te lezen zijn, mij en mijn fiets verwelkomen. Een De Stijl-achtig veelvlak bakent die twee woorden in en staat zo symbool voor het Eindhovense hoofdstuk over de synergie tussen kunst en technologie.
Een hoofdstuk dat nog lang niet voorbij is, want steeds vaker hoor ik over Art-Tech-projecten aan de TU/e. Zoals over innoSpace-projecten die gaan over Artificial Intelligence in muziek en de programmareeks 'Artist-in-Residence’, waar de afgelopen jaren Spinvis en Arnon Grunberg voor werden uitgenodigd. Ik wil daar deel van uitmaken! Jij toch ook?
Discussie