K3 | Naast mijn MBO-vrienden voelde ik me vaak nutteloos, met mijn hoogleraarstitel
Onze onderwijsminister wil af van de hiërarchische aanduiding hoog- en laagopgeleid. Hij presenteert het Nederlandse onderwijssysteem liever niet als een verticale trap, maar als een horizontale waaier, waarin studenten ongehinderd kunnen manoeuvreren. Maar we zouden ons vooral druk moeten maken over hóé we (jonge) mensen kunnen helpen zich optimaal te ontwikkelen.
Geschoold in de theoretische natuurkunde – en gezegend met een uitzonderlijk hoog IQ – kan minister Robbert Dijkgraaf de meest onbegrijpelijke concepten eenvoudig voor het voetlicht brengen. Maar waar het in de theoretische natuurkunde nog wel eens spaak loopt is in de verhouding van die theorieën tot de realiteit.
Het zal ongetwijfeld goed bedoeld zijn, maar ik heb geen enkele MBO-geschoolde vriend die aanstoot neemt aan de classificering hoog- en laagopgeleid. Zij ontlenen hun eigenwaarde niet aan hun opleiding, maar aan het leven dat ze voor zichzelf hebben gecreëerd. Mijn vriend (en tevens naamgenoot) Willem heeft een opleiding MTS-werktuigbouwkunde gevolgd. Hij leidt tegenwoordig een team van technici dat in een visfabriek ervoor zorgt dat alle machines blijven draaien. Hij woont met zijn gezin boven een werkplaats waar hij in zijn vrije tijd van alles repareert en restaureert.
Vriend Wout is opgeleid in de installatietechniek. Hij voert als zelfstandige in het hele land inspecties uit. Ook hij heeft zijn zaakjes prima voor elkaar en houdt een zeer goede boterham over aan zijn werkzaamheden. Ronnie is zelfstandig timmerman. Hij is de eigenaar van een prachtige woning, die hij voor het grootste deel zelf vorm heeft gegeven.
Zo’n beetje 10 jaar later dan mijn “MBO-vrienden” kocht ik een paar maanden voor mijn 40-ste verjaardag, na jarenlang hard werken, mijn eerste woning. Mijn vrienden waren ontzettend belangrijk in allerlei beslissingen met betrekking tot de aankoop. Ze hebben verbouwingen uitgevoerd, de vloerverwarming aangelegd en zijn nog steeds betrokken, bijvoorbeeld om te adviseren over energieverbruik. Ik moet hier toegeven dat juist ik me vaak nutteloos voelde, met mijn hoogleraarstitel.
En dan denk ik: moeten we die titels misschien ook niet een kwartslag draaien en er een kleurenwaaier van maken. In plaats van weledel-, weledelzeer- en hooggeleerd een veel groter en inclusiever palet van lichtkleuren. Van UV-geleerd, naar blauw-, groen-, geel-, oranje-, rood- en infraroodgeleerd? Maar dan denk ik ook, dat licht is een elektromagnetische straling van een bepaalde golflengte. Zo komen we nooit af van hiërarchische aanduidingen!
Maar ik denk vooral, misschien moeten we ons druk maken over hóé we (jonge) mensen het beste kunnen faciliteren in het ontwikkelen en inzetten van hun talenten, ten gunste van zichzelf, hun dierbaren en de maatschappij. En hoe we daarnaar verwijzen, dat lijkt vooral een dingetje van een clubje wereldvreemde weledel-, weledelzeer- en hooggeleerden, niet van degenen die zij menen te representeren.
Willem Mulder is professor Precision Medicine aan de TU/e. Hij schrijft deze column op persoonlijke titel.
Discussie