Toen ik vijf jaar terug in mijn huidige studentenhuis kwam wonen werd er nog veel vlees gegeten. In sommige pannen pasta ging makkelijk een kilo gehakt. Er is de afgelopen jaren bij ons een hoop veranderd; veel huisgenoten hebben de voorkeur minder vlees te eten, al is niemand echt uitgesproken vegetariër. Als kookliefhebber moet je je daar op aanpassen, anders wil er niemand mee-eten!

Ik zag er wel wat in. Vlees, en ook vis, is ontzettend belastend voor het milieu. Een kilo rundvlees kost zo vele duizenden liters water en brengt kilo’s CO₂-uitstoot met zich mee. Die ruimte hebben we simpelweg niet meer om zo veel uit te stoten. Daarnaast heb je het dierwelzijn. Nu kan je daar door lokaal te kopen bij de slager, of door je iets aan te trekken van het ‘drie-sterren-beter-leven’-keurmerk, wel iets van invloed op uitoefenen (hoop ik dan).

Het resultaat is dat ik nu een stuk minder kook met vlees en vis en het zelf ook een stuk minder eet. Is dat moeilijk? Integendeel, je kan zo veel doen met een knolselderij, een courgette, of met een pompoen. Champignons zijn ook geweldig en vullen goed. Nu moet ik hier wel bij vermelden dat je qua koken dan een beetje creatief moet worden. Mijn gouden tip: de verspakketten. Die bevatten vaak alleen groenten en bieden je een mooie leerschool hoe je een lekker gerecht zonder vlees kan maken.

En vleesvervangers dan? Daar ben ik niet zo’n fan van. Moet je vlees echt vervangen, of kan je je kookkunsten uitbreiden met groentes en andere producten? Ik moet toegeven: ze smaken vaak erg goed en kunnen het originele product zeker nabootsen. Helaas zijn ze meestal duur en ze bestaan vaak voornamelijk uit soja en heel veel smaak- en kleurstofjes. Geef mij dan maar gewoon een paprika!

Misschien valt het je op dat ik in dit hele stukje nog niet een keer het woord vegetarisch heb gebruikt. Oké, een keertje dan in de eerste alinea. Maar als ik kook zonder vlees zeg ik het er bewust nooit bij. Ik merk dat sommige mensen hier negatieve connotaties aan ophangen. Als ik niet eens benoem dat er geen vlees in het gerecht zit, hebben mensen dit vaak niet door, of ze komen er pas na de maaltijd achter. “Dat was lekker, en er zat geen vlees in!”