TU/e’s onderwijsdromen nu realiseerbaar met DRIVE

Om constant aan de kwaliteit van onderwijs te werken, zijn innovatieve ideeën van docenten de afgelopen jaren gefinancierd vanuit programma BOOST!. Een vervolg hierop is programma DRIVE. Om de overgang te markeren, is in Atlas deze week een expo te zien met 125 projecten.

door
foto Lea Hanckowiak

Ter inspiratie voor alle docenten is er in Atlas een tentoonstelling gemaakt met posters van meer dan honderd onderwijsvernieuwingen die de afgelopen vijf jaar aan de TU/e bedacht zijn. Van software om het hart of moleculen driedimensionaal te bestuderen tot de mogelijkheid om vanuit studentenkamers lab-apparatuur in Flux te kunnen gebruiken; er was heel veel mogelijk.

Ines Lopez Arteaga, dean van het Bachelor College, opent de expo met een woord van dank naar de docenten die hun onderwijsdromen realiseerden. “Het laat andere docenten zien wat al mogelijk is en kan hen op ideeën brengen. Voorstellen kunnen naar programma DRIVE.”

Studenten

Wat was BOOST! ook alweer? De letters staan voor Be the Owner of your Own Study. De naam geeft weer dat studenten een belangrijke stem hebben in het programma dat gefinancierd wordt met studievoorschotmiddelen, dat wil zeggen: het geld dat niet besteed is aan studiebeurzen in de jaren 2015 tot 2023. Het studentenklankbord mocht haar zegen geven aan de voorstellen die docenten indienden. Hoofdvraag was altijd: ‘Gaat het ons helpen bij het leren?’.

De follow-up van dit succesvolle programma heet DRIVE, opnieuw een vijfjarenplan. Programmaleider Ludo van Meeuwen bedacht de naam. “Ik hou van de beweging die het uitstraalt, de schroevendraaier die iets in gang zet, en daarbij staan de letters voor Digital, Resilience, Innovation, Visionary en Empower.” Van Meeuwen licht toe dat de bedoeling is dat digitale oplossingen voor het onderwijs omarmd worden, dat de nieuwe projecten voor langere tijd nuttig zijn en dat Empower slaat op de student. “We maken ze de leiders van hun eigen leerproces.”

Visiegedreven

Er zijn twee grote verschillen met BOOST. Er is minder geld en het programma is meer visiegedreven. “We gaan de voorstellen van de docenten controleren op TU/e’s onderwijsvisie. En in de voorgaande jaren hebben we geleerd wat de belangrijkste topics zijn om op te focussen.”

Die vijf hoofdthema’s zijn AI, learning analytics, digitale toetsing, flexibilisering en virtualisatie. Flexibilisering betekent dat de student goede ondersteuning ervaart in een eigen leerroute en bij virtualisatie moet je denken aan dingen als gamificatie en het gebruik van virtual labs en VR- en AR-brillen. De basis van learning analystics is ook gelegd in BOOST. “Het is gebruikmaken van datasporen van studenten om zo hun eigen leergedrag te optimaliseren. In samenwerking met de studenten is hier een code of conduct voor opgesteld”, zegt de programmaleider.

Opschalen

Maar er is meer nodig om de regie over succesvolle vernieuwingen in de hand te houden. “Een docent heeft een goed idee gehad, heeft dat uitgewerkt voor zijn eigen studenten, en vraagt zich af: hoe nu verder? Als we de succesvolste projecten willen opschalen, is daar hulp bij nodig.” Lopez Arteaga is blij dat er voor twee jaar een medewerker is aangesteld om de behoefte aan extra ondersteuning te managen. “Het zou zonde zijn om goede ideeën niet breder te gebruiken, vult Van Meeuwen aan. Dat kan bij meerdere TU/e-faculteiten en ook bij andere universiteiten of zelfs buiten de landsgrenzen.”

De TU/e is een lerende organisatie, benadrukt de dean van Bachelor College. “We zijn het gewend om tools te kopen en pilots te draaien, maar nu gaan we - met wat we leerden in de BOOST-jaren – kijken of dat voldoende is om onze onderwijsvisie te bereiken.”

Deel dit artikel