TU/e staat toch op DDW
De Drivers of Change expositie van de TU/e op de Dutch Design Week (DDW) gaat toch door, zij het met met een kleinere expositie. Nadat projectleider Lucas Asselbergs het vanwege bezuinigingen had afgeblazen, staat de tentoonstelling in oktober alsnog op het Ketelhuisplein, met ongeveer een derde van de expositieruimte in vergelijking met afgelopen jaren.
De nieuwe expositie zal bestaan uit een ruimte van 12 bij 7,5 meter van zes aaneengeschakelde containers. “Alles bij elkaar hebben we toch nog iets van vijftien projecten en ontwerpen, de helft van vorig jaar”, zegt Asselbergs. Die bestaan onder meer uit een nieuwe 3Dprinter, waarbij de gebruiker tijdens het printproces het ontwerp kan bijsturen. “We hebben ook een medisch project in de vorm van een niet invasieve borstkankertest en meerdere AI-toepassingen zullen te zien zijn.”
Ook is er dit jaar weer veel ruimte voor studententeams. Er worden twee auto’s geëxposeerd. Een van studententeam TU/ecomotive, waarbij alle onderdelen volledig recyclebaar of herbruikbaar zijn, en een zelfrijdende auto van University Racing Eindhoven. Daarnaast zal studententeam Serpentine AI een headset presenteren waarmee ze een cursor op een computerscherm met gedachten kunnen besturen.
Op de tentoonstelling is daarnaast een speciale plek voor halfgeleiders. “Het is op zich geen design, maar we willen het publiek toch meenemen in hoe semiconductors geavanceerde ontwerpen mogelijk maken”, zegt Asselbergs. “Semiconductors zitten natuurlijk in zoveel apparaten en de universiteit speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van deze technologie. Aangezien wij juist de partij zijn die met technische innovatie naar de DDW komt, vonden we het een belangrijk onderwerp om mee te nemen.”
Tekst loopt door onder foto.
Omslag
“Onze visie was: je moet het goed doen of helemaal niet”, zegt projectleider Lucas Asselbergs over zijn eerdere keuze om Drivers of Change dit jaar niet door te laten gaan. “Zo’n project kost gewoon een hoop geld en ik kreeg al redelijk vroeg te horen dat we het met de helft van het budget moesten organiseren. Een kleinere expositie kon niet dezelfde impact maken als van de afgelopen jaren.”
Ondanks de keuze om te stoppen met het project, bleef Asselbergs contact houden met de betrokken partijen. In die meetings nam de druk toe om het toch wel te doen. Zo werd vanuit de faculteiten Bouwkunde en Industrial Design aangedrongen om door te gaan met de expositie. Gaandeweg begon Asselbergs steeds positiever tegenover het idee te staan. “De conclusie was dat we gewoon niet konden ontbreken op de DDW. Juist omdat we met onze harde technologie toch wel van waarde zijn tijdens zo’n week. Het is toch een vorm van valorisatie, een stukje impact dat je creëert.”
In de praktijk betekent een kleiner budget niet alleen een kleinere expositie. Asselbergs en zijn team zullen ook meer taken op zich nemen, die normaal worden uitbesteed. Zo worden er geen productieassistenten, schrijvers, vertalers en amper gidsen van buitenaf meer aangenomen. “Zo proberen we toch de kosten te beperken. Het is op zich een leuke uitdaging moet ik zeggen. Je wordt er wel creatief van.” Ook is de Drivers of Change gewisseld van tentoonstellingsdesigner.
Doel bereikt
Asselbergs is benieuwd hoe een kleinere expositie gaat uitpakken. “Het is een experiment. Het blijft de vraag of we met ons nieuwe plan genoeg impact kunnen maken en weten op te vallen met een kleinere tentoonstelling in de toch al visueel onrustige omgeving van het Ketelhuisplein.” Dat zal het team achter Drivers Of Change dan ook gaan evalueren. “Als we met deze compacte tentoonstelling toch impact kunnen maken, goede discussies op gang brengen bij bezoekers en het gevoel krijgen dat we een betaalbaar en herhaalbaar format hebben, dan hebben we ons doel bereikt.”
Discussie