- Student
- 11/10/2024
TU/ecomotive presenteert voor 75 procent recyclebare auto
Studententeam TU/ecomotive presenteert vandaag hun nieuwe auto: Phoenix. Het elektrische voertuig is voor 75 procent recyclebaar en kan worden gebruikt om volgende generaties auto’s te maken. Dat is een groot verschil met de huidige generatie auto’s, waarbij dat percentage op 21 procent ligt. Met het slimme design hopen de studenten de auto-industrie te inspireren.
Ieder jaar belanden er meer dan zes miljoen auto’s op de schroot in Europa, wat miljoenen tonnen afval veroorzaakt. Het doel van het TU/ecomotive voor Phoenix was dan ook om een zo hoog mogelijk percentage closed-loop recycling te bereiken, waarbij de materialen herwonnen kunnen worden om nogmaals te gebruiken in nieuwe auto’s.
Het team stuitte op de verordening van de Europese Commissie (EC) over afgedankte voertuigen, bedoeld om de circulariteit en duurzaamheid in de auto-industrie te bevorderen. Daarin staat dat nieuwe auto’s in 2035 voor 25 procent uit gerecycled kunststof moeten bestaan, waarvan 25 procent afkomstig is uit afgedankte auto’s. In totaal 6,5 procent dus uit close-loop recycling. Het voorstel moet nog behandeld worden door het Europees Parlement.
Het team besloot uit te zoeken hoeveel kunststof 6,5 procent zou zijn. “Dat kwam neer op zo’n 12 kilogram”, zegt student Computer Science Stijn Harks (23), software en electrical engineer in het team. “Daar maak je niet eens een dashboard van.”
Closed-loop
Dat percentage herbruikbare componenten zou een stuk hoger kunnen zijn, dacht het team. “Maar toen we met onze partners in de auto-industrie gingen praten, vonden die het plan van de EC juist te ambitieus”, zegt business manager van het team, student Industrial Engineering Eduardo Luna (23). “De autofabrikanten zeiden dat het probleem lag in de kwaliteit van de componenten, die zijn te laag voor closed-loop recycling, en dat auto’s niet ontworpen zijn om op die manier te recyclen.”
Daarop besloot het team een auto te ontwerpen, specifiek gericht op closed-loop recycling. De studenten pasten zogeheten monomateriaalstructuren toe, waarbij zo min mogelijk verschillende materialen zijn gebruikt. Die zijn vervolgens met slimme bevestigingsmethodes aan elkaar gekoppeld, waardoor de kwaliteit van de componenten minder snel achteruit gaat en ze dus voor dezelfde soort toepassingen hergebruikt kunnen worden.
“We kunnen nu met trots zeggen dat we een percentage van 75 procent hebben behaald”, zegt Luna. “En zelfs 78 percent voor het recyclen van kunststof. Dat is meer dan achthonderd kilogram.”
Batterijen
Omdat batterijen in elektrische voertuigen zeer moeilijk te recyclen zijn, heeft het team een systeem bedacht dat de levensduur van batterijen verlengt. Phoenix heeft namelijk zowel zes vaste batterijen als vier uitneembare batterijen. Die laatste worden alleen gebruikt voor lange afstanden, waarbij het rijbereik met meer dan zestig procent verhoogd wordt. Hierdoor worden de batterijen minder intensief belast en gaan ze langer mee.
Als de batterijen niet gebruikt worden, dan kunnen ze thuis gebruikt worden. “Bijvoorbeeld om zonnestroom op te slaan”, zegt Harks. “Maar ook voor energieopslag binnenshuis.”
Het team heeft daarnaast een lease-systeem bedacht, waarbij mensen de batterijen kunnen huren wanneer ze bijvoorbeeld op vakantie gaan. “Dat is vooral voor autofabrikanten mooi, want die hoeven dan minder batterijpakketten te maken dan auto’s. Ook nog kosteneffectief dus.”
Brussel
Na de presentatie van vandaag staat het team met de auto op de Dutch Design Week en de Electronic Fair in München. Ook gaan ze op pad langs drie technische universiteiten in Zweden, Denemarken en Duitsland. Daarna gaan ze langs bij autofabrikanten, waaronder bij Volvo. “En we gaan misschien naar Brussel wanneer de verordening wordt behandeld door het Europees Parlement”, zegt Luna.
Met Phoenix hoopt TU/ecomotive autofabrikanten te inspireren om auto’s circulair te ontwerpen. Luna: “Als wij in een jaar tijd zo’n auto kunnen ontwikkelen, dan kunnen autofabrikanten, met al hun middelen, hopelijk verder bouwen op ons idee.”
Discussie