Decaan Kees Storm wint AcademieKus voor strijd tegen hiërarchie op de universiteit

De Algemene Onderwijsvakbond (AOb) reikt ieder jaar de Academiekus uit aan mensen zie zich hard maken voor betere werkomstandigheden in de academische wereld. Dit jaar ging de prijs naar twee winnaars: prof. Marie-José van Tol (Rijksuniversiteit Groningen) en Kees Storm, decaan van de Faculteit Applied Physics & Science Education. “Ik denk dat je mensen moet laten zien dat je ze waardeert.”

door
foto Bart van Overbeeke

De jury prijst Storm omdat hij zich inzet voor het ‘platter’ maken van de universiteit. Dat deed hij al tijdens zijn intreerede in 2018, waarin hij zei: “Ik vind dat iedereen die zich bezighoudt met het opleiden van onze studenten en promovendi, met het verwerven en beheren van de gelden die ons onderzoek mogelijk maken en met het optuigen en uitvoeren van ons toekomstig onderzoek, het werk van een professor doet.” Daarnaast speelde hij een belangrijke rol in het overtuigen van zijn collega-decanen van het belang van minder hiërarchie, valt te lezen in het persbericht van de AOb.

Eerdere waardering

Volgens Storm zouden naast hoogleraren ook universitair docenten en hoofddocenten de titel professor mogen dragen. Daarnaast pleit hij voor nog twee andere maatregelen, namelijk dat docenten ook een toga mogen dragen tijdens plechtigheden, en dat ze het recht krijgen om hun eigen studenten te promoveren. ”Storm: “Soms denken mensen: waar maak je je druk om, maar het betekent echt iets. Het staat symbool voor de kwaliteit die wij als professoren vertegenwoordigen. Dat moeten we breder erkennen.”

Storm vindt het belangrijk om deze maatregelen door te voeren, omdat er een nieuwe generatie aantreedt op de universiteit. Die nieuwe generatie wil niet wachten voordat ze zichzelf professor mogen noemen. “Ik denk dat je hen moet laten zien dat je ze waardeert. Je kan ze niet laten wachten tot ze eind veertig of begin vijftig zijn. Ze hoeven niet per sé hoogleraar te worden, dat kan later, maar deze blijk van waardering kan je wel eerder geven.” Daarbij benoemt Storm dat er wettelijk gezien geen enkel obstakel is om deze maatregelen door te voeren. “Een toga mag je altijd dragen en de titel ‘professor’ is niet eens beschermd.”

Alhoewel de TU/e op het gebied van het promotierecht voor universitair (hoofd)docenten er vroeg bij was, loopt de universiteit nu achter met de twee andere maatregelen. “Ik hoop dat Eindhoven ze alle drie kan omarmen. Al pleit ik er niet voor dat iedereen zomaar hoogleraar kan worden en ook niet dat iedereen onvoorwaardelijk het promotierecht kan krijgen,” benadrukt Storm. “Je moet wel blijven letten op de kwaliteit. Bij het begin van een Master krijg je ook niet meteen de titel erbij. Je moet het wel verdienen. Wellicht kan dat middels een cursus.”

Andere winnaar

Naast Storm kreeg ook Marie-José van Tol, hoogleraar cognitieve neuropsychiatrie aan de Rijksuniversiteit Groningen de prijs. Zij heeft zich net als Storm 'onvermoeibaar ingespannen' om het thema ‘iedereen professor’ onder de aandacht te krijgen. Van Tol deed dat als voorzitter van De Jonge Akademie. De jury gaf daarnaast een ‘eervolle vermelding’ aan de derde genomineerde voor de prijs. Dat is Evgenia Salta, verbonden aan het Nederlands Herseninstituut en de KNAW. Zij zet zich in voor een meer inclusieve werkomgeving.

Hoe zit het met de titel professor? 

De wetenschappelijke staf op universiteiten in Nederland is voor een groot deel ingericht in drie niveaus: universitair docent, universitair hoofddocent en hoogleraar. Alhoewel zij allemaal gepromoveerd zijn en zelfstandig onderwijs geven, een eigen onderzoekslijn opzetten en uitvoeren, voert nu alleen een (adjunct) hoogleraar de titel ‘professor’. Volgens de wet mogen ook universitair (hoofd)docenten deze titel voeren, maar dat wordt bepaald door de universiteit. Bron: Iedereen professor! | De Jonge Akademie

Deel dit artikel