Wie maakt ‘stoere keuzes’ over buitenlandse studenten?
Er komen nogal veel buitenlandse studenten naar Nederland, vinden verschillende politieke partijen. Dat zeiden ze gisteren tijdens de Algemene Beschouwingen in de Tweede Kamer. Afgelopen maandag waarschuwde Robert-Jan Smits, collegevoorzitter van de TU/e, er in diverse dagbladen nog voor dat een beperking van de instroom van buitenlandse studenten “rampzalig” zou zijn, vooral ook voor de Brainport-regio.
De verkiezingen wierpen hun schaduw vooruit tijdens het debat over de nieuwe begroting van het kabinet. Die begroting zelf kwam maar zijdelings ter sprake. Het ging vooral over migratie en de koers van het land. PVV-leider Geert Wilders mocht aftrappen en sprak over de ‘vreemdelingen’ die ons land overspoelen. “Van asielzoekers tot arbeidsmigranten en buitenlandse studenten, iedereen en zijn moeder wordt hier binnengelaten. Ik vraag u: welke gek heeft dat verzonnen?”
Maandag 18 september had collegevoorzitter Robert-Jan Smits nog alarmerende woorden geuit in onder meer het ED en het Algemeen Dagblad over een mogelijke inperking van de instroom van buitenlandse studenten. Iets wat volgens hem zeker zou gaan gebeuren als er besloten wordt om opleidingen te dwingen het onderwijs weer in het Nederlands aan te bieden. Op de bachelor van Biomedical Engineering na zijn aan de TU/e alle opleidingen Engelstalig.
Iets wat Smits ook nog maar eens benadrukte in het interview met als motivering “dat bij die specialistische opleidingen de voertaal Engels is". De Brainportregio zou volgens hem ook juist "snakken naar technische talenten op mbo-, hbo- en universitair niveau". Smits hoopt dat onder de ‘uitzonderingen’ waar minister Robbert Dijkgraaf van heeft gezegd dat die mogelijk niet mee hoeven in die omslag naar het Nederlands, ook de technische studies van TU/e komen te vallen. “Maar hoe die uitzonderingen worden bepaald en onder welke criteria is nog onduidelijk”, aldus Smits.
Als de TU/e haar studenten in het Nederlands les moet gaan geven, verwacht hij dat een kwart van de instromers afhaakt. ”Die komen hier niet om verplicht Nederlands te leren (wat dan noodzakelijk zou zijn, red.), maar om een opleiding in hun vakgebied te volgen.” Het zou volgens Smits om vierhonderd tot vijfhonderd studenten per jaar gaan. Ook vreest hij dat de TU/e daarmee veel minder aantrekkelijk wordt voor buitenlandse docenten en medewerkers, en die zijn volgens hem nu al zeer moeilijk te vinden.
Verschillende meningen
Het kabinet viel op 7 juli van dit jaar omdat de vier regeringspartijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie er niet uitkwamen op het thema van de gezinshereniging. Maar ook over arbeidsmigratie en studenten verschillen de meningen. “Als we in de studentensteden komen, horen we de verhalen van hoe juist de buitenlandse studenten, waarvan er steeds meer zijn, druk veroorzaken op de woningmarkt”, zei Mirjam Bikker van de ChristenUnie. “We hebben een stagiair op onze fractie: twee derde van zijn collega-studenten politicologie aan de UvA is buitenlands. Is dat de richting die we op moeten?”
Bikker nam ook de arbeidsmigratie onder vuur. Na alle grote woorden van andere partijen over asielzoekers vroeg Bikker zich af “of we op arbeidsmigratie niet net zo stevig of misschien wel steviger moeten zijn. Nu is 30 procent van het inkomen van mensen die uit Polen of India komen, vrijgesteld van belasting. Daarmee doen we toch iets heel scheefs? De gewone Nederlander betaalt die belasting toch ook gewoon?”
Bikker vroeg aan Sophie Hermans van de VVD welke “stoere keuzes” zij wil maken op het punt van arbeidsmigratie en internationale studenten. Overigens maken ook veel buitenlandse docenten in het hoger onderwijs gebruik van de regeling voor arbeidsmigranten. VVD-fractievoorzitter Hermans noemde het belang van arbeidsmigranten voor grote bedrijven, maar ze wilde wel “een aantal stappen” zetten. Overigens wilde ze ook best naar het hoger onderwijs kijken, voegde ze eraan toe. “Dan gaat het over de taal die op de universiteit of de hogeschool wordt gesproken, maar bijvoorbeeld ook over het instellen van een numerus fixus voor bepaalde opleidingen.”
“Dat vind ik winst”, antwoordde Bikker. “Want, eerlijk gezegd, vraag ik mij af wat zó veel buitenlandse studenten politicologie toevoegen aan onze economie, om het maar even in VVD-woorden te zeggen." Dat laatste was overigens iets dat Smits in zijn interview van maandag ook nog aankaartte. Hij zei ervoor te pleiten om de regie bij de universiteiten te laten liggen en niet door ministers wetten opgelegd te krijgen. Smits: "Maar we kunnen wel als opleidingsinstituten kritisch kijken welke opleidingen wellicht wel in het Nederlands gegeven kunnen worden. En daarbij ook naar de vraag op de arbeidsmarkt kijken. Hebben we Engelstalige psychologen en filosofen nodig of tienduizenden techneuten?”
Niets over onderwijs
Jan Paternotte van D66 zou het liever over het onderwijs zelf hebben, zei hij gisteren. “Ik vind het echt opvallend dat vijf uur en een kwartier aan debat eigenlijk nog niets heeft opgeleverd over het onderwijs, behalve een heel kort interruptiedebat over politicologiestudenten, maar dat had dan weer niet zo veel met onderwijs te maken.”
Alleen met D66 in het kabinet komt er extra geld voor onderwijs en onderzoek, stelde hij. Bij andere partijen moest je maar afwachten of ze straks niet gaan bezuinigen. “Je hebt goed onderwijs nodig om ervoor te zorgen dat iedereen wat kan maken van het leven”, zei Paternotte. “Bestaanszekerheid is het vangnet; onderwijs is de springplank.”
Maar er waren nog een paar momenten in het debat waarin het onderwijs opdook. Sylvana Simons van BIJ1 wil in het onderwijs meer aandacht voor slavernij en racisme. “Het immense tekort aan collectieve kennis over de gruwelijkheden uit onze geschiedenis versterkt helaas het onbegrip en de vijandigheid jegens postkoloniale groepen”, stelde ze. Dat tekort houdt onrechtvaardige structuren in stand. “Dat zien we terug in ons onderwijssysteem zelf, waarbij we kinderen op 12-jarige leeftijd al indelen in de sociale klasse waarin zij de rest van hun leven door zullen moeten brengen.”
Druk op zorg en onderwijs
Verder kwam onderwijs vooral zijdelings ter sprake als politici het over de druk op ‘zorg en onderwijs’ hadden. Alleen Thierry Baudet van Forum voor Democratie noemde het hoger onderwijs nog even in een samenvatting van zijn verkiezingsprogramma. “Niet iedereen hoeft naar de universiteit. Er moet een hogere compensatie komen voor de pechgeneratie, de mensen die tussen 2015 en 2023 studeerden en die de basisbeurs zijn misgelopen. Nederlands wordt weer de voertaal in het voortgezet en wetenschappelijk onderwijs.”
Voormalig Volt-Kamerlid Nilüfer Gündoğan sneed ook het onderwerp van ‘integritisme’ aan: sommige mensen krijgen het verwijt dat ze de sociale veiligheid in gevaar brengen, terwijl dat helemaal niet zo is, meent Gündoğan. Ze is zelf door zulke verwijten uit de Volt-fractie gezet.
Gündoğan noemde het voorbeeld van een hoogleraar. “Wat had deze beste man gedaan? Toen hem opviel dat een van zijn studenten onvoorbereid in de collegebanken zat, heeft hij hem aangesproken en hem gevraagd waarom hij er dan wel was.” Ze doelde op een column van hoogleraar Bas van den Putte. “Waar we in het strafrecht slachtoffers van zedenmisdrijven uitleggen dat aangifte niet mogelijk is zonder te getuigen, kunnen medesupporters, boze inwoners van de gemeente of luie studenten je het leven zuur maken.”
Vandaag gaan de Algemene Beschouwingen verder. Demissionair premier Mark Rutte antwoordt de Tweede Kamer. De partijen kunnen vandaag ook moties indienen, waarover vanavond laat gestemd zal worden.
Discussie