Drivers of Change, het TU/e-onderdeel van DDW, verhuisde vorig jaar van de universiteitscampus naar Strijp-S. “De expositie vindt nu voor de tweede keer plaats op het Ketelhuisplein, in het bruisende hart van de DDW”, zegt projectleider Lucas Asselbergs. “Een DDW-polsbandje is niet nodig; Drivers of Change is gratis te bezoeken.”

Collegevoorzitter Robert-Jan Smits, die voormalig collegelid Nicole Ummelen opvolgt in de DDW-stuurgroep, verricht de opening. Hoogleraar Maarten Steinbuch zal bij die gelegenheid zijn licht laten schijnen op de robotica die bij Drivers of Change te zien is.

Samen met coördinator Jeanette Schoumacher heeft Asselbergs elk jaar een flinke kluif aan het inventariseren van alle deelnemers: in totaal meer dan 25 onderzoeksprojecten en studententeam-innovaties. “Het zwaartepunt ligt dit keer iets meer op design dan vorig jaar, toen de technologische component wat groter was. Wel ligt de focus zoals altijd niet op het esthetische alleen, maar op de bijdrage aan de grote veranderingen van morgen”, zegt hij.

Robots

Kijk bijvoorbeeld naar de robotica, zegt Asselbergs: “We hebben zowel aandacht voor bijvoorbeeld de mediagenieke voetbalrobots en de cheetahs (gerobotiseerde viervoeters, red.) als voor in de maatschappij inzetbare robots als zorgrobot CURA.”

Maar óók die “meer gimmick-achtige” robots dragen bij aan de ontwikkeling van robotica die in allerlei sectoren van groot nut kan zijn. “Voorafgaand aan wedstrijden van het robotvoetbal-WK houdt iedereen natuurlijk de kaarten tegen de borst, maar nadien wordt alle nieuwe technologie volop gedeeld, die op tal van maatschappelijk relevante vlakken – zoals in de zorg – kan worden ingezet.”

Innovaties

Op het Ketelhuisplein zullen in strakke expo-containers de meest uiteenlopende TU/e-ontwerpen worden gepresenteerd: van de artificial womb (kunstmatige baarmoeder) tot de rugzakjes van de rescue rats. Duurzame blikvanger is het bio-based BRIC-paviljoen, van de hand van bouwkunde-uhd Faas Moonen (zie hoofdfoto bovenaan).

“Daarnaast zijn er twee labs aanwezig van Industrial Design”, somt Jeanette Schoumacher op. “Eentje met een 4D-weefmachine, die stoffen maakt die van vorm kunnen veranderen. En een met 3D-printers die onder andere kunnen printen met biomateriaal.”

De studententeams zijn vertegenwoordigd met onder andere de ‘CO₂-etende’ auto ZEM van TU/ecomotive, die vorig jaar verstek moest laten gaan. Ook present zijn de Stella Terra en Stella Vita: de terreinwagen en camper op zonne-energie van het Solar Team.

Dialoog

De meerwaarde van deelnemen aan DDW ligt voor de TU/e in de gesprekken met de bezoekers. “We zorgen dan ook voor een goede bezetting: de onderzoekers zijn vaak zelf aanwezig om uitleg te geven bij hun vinding”, zegt Asselbergs.

“De artificialwomb is bijvoorbeeld al meermaals gepresenteerd op DDW. Enerzijds omdat het zo’n complexe puzzel is waar steeds nieuwe stukjes aan worden gelegd, maar anderzijds omdat het onderzoek vragen en meningen oproept: het publiek wil erover van gedachten wisselen.”

In het lab of op een conferentie kom je het algemene publiek – misschien wel de eindgebruiker van de innovatie – niet tegen. “Juist de dialoog met die groep maakt DDW zo waardevol voor de TU/e.” En wat maakt de TU/e op haar beurt interessant voor DDW? “Omgekeerd levert de universiteit een unieke bijdrage aan DDW: met designprojecten met een sterke wetenschappelijke basis én een zware technologiecomponent”, besluit Asselbergs.

Redactionele noot

Bij Cursor is op dit moment grote onduidelijkheid over haar journalistieke vrijheid. In samenwerking met de vakbonden hebben de redactieleden een voorstellenbrief ten aanzien van persvrijheid neergelegd bij het College van Bestuur en is er een eerste gesprek gevoerd. Dit artikel is gepubliceerd in afwachting van de uitkomst van het onderhandelingsproces.