TU/e wil percentage excessieve en zware drinkers terugdringen
Een convenant dat is opgesteld door de studentenverenigingen zelf, moet de komende jaren het aantal excessieve en zware drinkers onder de studentenpopulatie terugdringen. Op werkdagen mag straks pas vanaf half vijf ‘s middags alcohol worden geserveerd in de sociëteiten en campuskroegen en voor een alcoholische consumptie moet dan minimaal één euro worden betaald. Een kernteam dat nu wordt samengesteld uit de verenigingen die het convenant gaan ondertekenen, helpt met de invoering van de maatregelen, de promotie ervan en ziet toe op de uitvoering. Over drie jaar wordt het geëvalueerd.
Uit een onderzoek van het Trimbos-instituut en de RIVM van december 2021, waarbij de reactiegraad niet heel hoog was (23 procent voor de TU/e en 11 procent nationaal), kwam naar voren dat 9,2 procent van de TU/e-studenten gerekend kan worden tot de categorie excessieve drinkers, wat betekent 14 drankjes per week voor vrouwen en meer dan 21 voor mannen. Nog eens 16,3 procent valt in de categorie zware drinkers, dan gaat het om vier drankjes voor vrouwen en zes voor mannen bij één gebeurtenis en minimaal één keer per week. In 2030 wil de universiteit dat de percentages voor beide groepen met twee procentpunten zijn teruggedrongen. Bij het Trimbos-onderzoek is destijds niet gekeken naar het alcoholgebruik van de TU/e-medewerkers.
Negatieve effecten
Waarom de universiteit die percentages wil terugdringen staat ook in het beleidsstuk (alleen toegankelijk via intranet) dat vorige week aan bod kwam in de U-raadsvergadering. Zo wordt vermeld dat te veel drinken een negatief effect heeft op de universitaire gemeenschap als geheel en op individueel niveau bestaat er het risico op een gewelddadig incident, een verkeersongeval, seksuele misdragingen en verslaving. Wanneer alcohol een dominante rol speelt in het sociale leven zouden studenten en stafleden uit andere culturen of landen zich ook minder veilig voelen of zelfs buitengesloten.
Volgens de nota zijn de studentenorganisaties die over een eigen bar beschikken, de partijen die het convenant hebben opgesteld. Aan de TU/e zijn er studieverenigingen met een on-campus bar, sportverenigingen met bars buiten het TU/e-terrein, en de drie gezelligheidsverenigingen en de christelijke studentenvereniging Ichthus hebben hun eigen sociëteiten in de binnenstad. Volgens de opstellers van het convenant is het daarom niet echt mogelijk om een ‘one-size fits all’ aanpak op te stellen. Maatwerk is essentieel om ervoor te zorgen dat de maatregelen serieus worden genomen en ook worden ingevoerd.
Weerstand
Vanuit Education & Student Affairs (ESA) is beleidsmedewerker Jim Bergmans betrokken bij het opstellen van het convenant. Volgens hem is het essentieel dat het convenant door de studentenorganisaties zelf is opgesteld. Bergmans: “Toen we enkele jaren terug hiermee van start gingen, stuitten we al direct op veel weerstand uit de studentengemeenschap. Daar leefde sterk het idee dat de universiteit op dit gebied wel eventjes iets eenzijdig ging opleggen aan de verenigen en daar ontstond onrust over. Het convenant en de invoering is nu echt een zaak van de studenten zelf. Zij hebben de regels bepaald, zij zijn nu bezig met het samenstellen van een kernteam dat de verdere invoering gaat begeleiden, en zij zijn ook degenen die gaan toezien op de uiteindelijke handhaving ervan. Ze voelen zich er echt verantwoordelijk voor, het is zeker geen kwestie van windowdressing.”
Gabriël Nusselder, president van studievereniging Thor en nauw betrokken bij de totstandkoming van het convenant, sluit zich daarbij aan. De zorgen over bepaalde groepen studenten die te veel drinken worden volgens hem ook door de verenigingen gedeeld, en hij vindt het dan ook goed om regels op te stellen die dat moeten terugdringen. Al voegt hij daar direct aan toe dat bestuurders van de verenigingen die een eigen bar hebben en het barpersoneel daar ook nu ook al zeer actief mee bezig zijn. Nusselder: “Zij moeten sowieso het IVA-certificaat (Instructie Verantwoord Alcohol, in Nederland verplicht voor vrijwilligers die bardiensten draaien) hebben behaald. In de toekomst zou het een idee zijn als we dit nog gaan opschalen door op de campus zelf fysieke bijeenkomsten voor barpersoneel te organiseren waar voorlichting wordt aangeboden, onder meer over hoe om te gaan met problematische drinkers. De geregelde oefeningen die BHV’ers aan onze universiteit volgen, dienen daarbij als voorbeeld voor ons.”
Bierpolitie
Ook het College van Bestuur ondertekent het convenant en vorige week vertelde collegevoorzitter Robert-Jan Smits in de U-raadsvergadering dat dit onderwerp zeer hoog op de agenda van het CvB staat. Op dit moment wordt in de maand oktober een datum gezocht voor de ondertekening, aldus Bergmans. De invoering van de nieuwe maatregelen vindt de komende maanden plaats. Nusselder: “Zodra het convenant door alle relevante partijen is ondertekend wordt het eigenlijk ook van kracht. Maar we mikken erop om het de komende maanden dan geleidelijk te gaan invoeren bij alle bars op de campus en bij de bars van de gezelligheidsverenigingen en Ichthus en bijvoorbeeld ook de bar in het botenhuis van Thêta.” Volgens Bergmans van ESA is dat ook iets dat echt wordt overgelaten aan de studentenorganisaties zelf, of beter gezegd aan het kernteam dat nu wordt samengesteld. “Wij gaan vanuit ESA niet als een soort bierpolitie controleren of de verenigingen de tap dan echt pas om half vijf opengooien.”
Nusselder zegt dat de FSE (Federatie Studieverenigingen Eindhoven) daar deels op gaat toezien, “want de FSE checkt nu jaarlijks ook alle andere zaken die de verenigingen met een eigen bar geregeld moeten hebben, zoals bijvoorbeeld of hun dranklicentie nog op orde is.” Maar de controle zal vooral bij het kernteam zelf liggen, aldus Nusselder. Dat kernteam wordt de komende weken gevormd, en volgens Nusselder wordt nu gekeken wie daarin vertegenwoordigd moeten zijn. “Worden dat vertegenwoordigers uit de koepelverenigingen of worden het vertegenwoordigers uit de diverse verenigingen? Het aantal teamleden moet niet te omvangrijk worden, we willen niet dat het een soort Poolse landdag wordt, maar alle partijen moeten zich wel vertegenwoordigd voelen.”
De kwestie waar Cursor vorig jaar september nog over schreef, het risico dat als verenigingen straks minimaal één euro voor een biertje moeten vragen, ze te veel winst maken en daarmee in de problemen komen met de Belastingdienst, is op dit moment nog niet opgelost. “Dat probleem is zeker aan de orde geweest bij het opstellen van het convenant”, zegt Bergmans, “en daarbij is afgesproken dat de TU/e-afdeling Finance & Control samen met juridische deskundigen van de universiteit snel op zoek gaan naar een oplossing hiervoor.”
Horecagelegenheden
Het Studenten Sportcentrum van de TU/e verbindt zich ook aan het convenant, wat betekent dat de sportkantine op werkdagen ook pas vanaf half vijf 's middag alcohol zal schenken. In de weekenden zal dat niet geval zijn, laat Bergmans weten, "wanneer er dan bepaalde sportevenementen op het SSC plaatsvinden". Bergmans en Nusselder hopen dat op termijn ook de Zwarte Doos, Hubble en de University Club zich aansluiten bij het convenant en de daarbij behorende regels. “Maar in die horecagelegenheden zitten externe exploitanten met eigen contracten en daar hebben we als universiteit geen zeggenschap over”, zegt Bergmans. “Wanneer die contracten aflopen zullen we met de exploitanten hier zeker het gesprek over aangaan. En ook met supermarkt Spar, waar ook alcohol verkrijgbaar voor half vijf, willen we gaan praten om te kijken wat daar mogelijk is.” Ook Nusselder vindt het een goede zaak als de drie horecagelegenheden op de campus en de Spar zich in de toekomst bij het convenant zouden aansluiten.
Discussie