NWO laat quota voor diversiteit in wetenschap onderzoeken

Hoe kun je in Nederland de weerstand wegnemen tegen verplichte quota voor ‘geracialiseerd academisch personeel’? Dat is een van de onderwerpen die NWO laat onderzoeken ter bevordering van kansengelijkheid en inclusie in de wetenschap.

door
archieffoto Sicco van Grieken

Onderzoeksfinancier NWO heeft een nieuw programma in het leven geroepen: Advancing Equity in Academia through Innovation. Met 1,3 miljoen euro wordt onderzoek gefinancierd naar kansengelijkheid en inclusie in de academische wereld.

'Verschillende perspectieven en achtergronden stimuleren nieuwe ideeën en creatief denken, en leiden tot een dieper, beter begrip van onderwerpen en problemen', staat in het persbericht van de organisatie.

Vier projecten

Er gaan vier onderzoeksprojecten van start. Die 'ontwikkelen, implementeren en onderzoeken interventies in de academie', aldus het persbericht, met als doel om diversiteit en inclusie te bevorderen. Ze buigen zich onder meer over verschillen in perspectief, het delen van kennis en het doorbreken van impliciete normen.

Het meest opvallend is een onderzoek naar het buitensluiten van 'geracialiseerd academisch personeel' in Nederland, oftewel docenten en onderzoekers van kleur. Verplichte quota voor deze groep zijn volgens de projectomschrijving 'onmisbaar, zoals wetenschappelijk is aangetoond in andere contexten'.

Het project wil werken aan 'grootschalige implementatie van deze quota', onder meer door het opzetten van een netwerk voor geracialiseerd personeel. Ook wil het inzicht verkrijgen in de weerstand tegen zulke quota in Nederland.

Vooroordelen

In een interview op de NWO-website vertelt hoogleraar Margot Weijnen, sinds maart 2020 voorzitter voor het NWO-domein Toegepaste en Technische Wetenschappen en binnen de Raad van Bestuur portefeuillehouder op het onderwerp diversiteit en inclusiviteit, waarom ze het nieuwe programma zo belangrijk vindt. Het onderwerp raakt haar persoonlijk, zegt ze. “Toen ik mijn studie aan de TU Delft begon (in 1975, red.), ontdekte ik ineens hoe het is om op te vallen in de massa. Opeens behoorde ik tot een minderheid: minder dan vijf procent van de studenten was vrouw.”

Ze kreeg dus ook met vooroordelen te maken. “In die tijd waren er altijd mensen die op subtiele wijze suggereerden dat het niet aan je wetenschappelijke kwaliteit lag dat je een bepaalde functie kreeg, maar aan het feit dat je vrouw was. Er werd ook veel geïnsinueerd over de kwaliteit van het werk van vrouwen.”

Deel dit artikel