Valt de droom van Lex Hoefsloot en Lightyear in duigen?
De afgelopen weken leek het er juist op dat TU/e-alumnus Lex Hoefsloot de droom nu echt aan het realiseren was: de productie van Lightyear 0 in het Finse Uusikaupunki was gestart en diverse leasebedrijven hadden mooie orders geplaatst voor opvolger Lightyear 2. Gisteren werd door Atlas Technologies BV, waar Lightyear 0 onder valt, uitstel van betaling aangevraagd. Is de droom nu definitief over?
TU/e-hoogleraar Maarten Steinbuch, die onlangs inschreef op een Lightyear 2, liet weten dat hij hoopt dat het team bij elkaar blijft. In de Volkskrant zegt hij vandaag dat dat het grote risico is, “dat hun goede mensen nu vertrekken”. Steinbuch wijt de problemen waar Lightyear nu hard tegenaan lijkt te zijn gelopen, aan "lastige omstandigheden". Die hebben onder meer betrekking op een hoge rente en problemen in de toelevering als het gaat om accu’s en computerchips. Ook was volgens website Automotive de burn rate van het Helmondse bedrijf hoog: maandelijks werd er tien miljoen euro uitgegeven van de geïnvesteerde middelen die een kleine 200 miljoen groot waren.
TU/e-alumnus Lex Hoefsloot, in 2013 teammanager van het allereerste Solar Team Eindhoven dat namens de TU/e deelnam aan de World Solar Challenge in Australië, vertelde vijf jaar geleden aan Cursor vol trots en enthousiasme over de opening van de fabriek in Helmond, waar ze met veertig mensen van start gingen. En nog geen jaar geleden trad Hoefsloot in het Evoluon op in College Tour, waar hij aan presentator Twan Huys vertelde hoe Lightyear zich verder ontwikkeld had in de tussenliggende jaren en dat hij inmiddels wist dat een prototype bouwen relatief makkelijk is.
“Het is tien keer moeilijker een productielijn te starten”, deelde hij toen al mee. Maar ook dat obstakel leek overwonnen te zijn. Eind november ging in Finland de productie van Lightyear 0 van start, maar de auto was wel veel duurder uitgevallen dan oorspronkelijk was begroot. Die ging niet 125.000 euro kosten, maar het dubbele, een kwart miljoen. Maar er kwam een goedkopere versie aan, de Lightyear 2, die je voor 40.000 euro zou kunnen aanschaffen. De focus is er nu op gericht om daarvoor de ontwikkeling en productie zo snel mogelijk van de grond te krijgen. Op de site van Lightyear kan nu nog steeds op die versie worden ingeschreven.
Ook Carlo van de Weijer, die nu aan de TU/e directeur is van AI-instituut EAISI en Lightyear als adviseur lang heeft bijgestaan, hoopt op een vervolg voor Hoefsloot en zijn team. In de Volkskrant zegt hij: “Ik had honderd redenen waarom het niet ging lukken, daar hebben ze er 92 van afgevinkt. Hopelijk bewijzen ze voor die andere acht ook nog mijn ongelijk. Het zou me niet verbazen.”
Solar Team Eindhoven
Bob van Ginkel, de technisch manager van het huidige Solar Team Eindhoven, zegt dat er tussen zijn team en Lightyear “warme contacten" zijn. "Dat was ook zo bij alle solarteams die er in het verleden zijn geweest.” Veel studenten die ooit deel uitmaakten van een STE, zijn na hun afstuderen bij Lightyear terecht gekomen.
Van Ginkel zegt dat hij om “begrijpelijke redenen” niet heel inhoudelijk kan ingaan op vragen die te maken hebben met het zware weer waar Lightyear in verzeild is geraakt. “Maar we herkennen natuurlijk wel de enorme complexiteit die gepaard gaat met dit soort processen in deze branche. Binnen ons huidige team hebben we er zeker nog vertrouwen in dat Lightyear 2 een succes gaat worden.”
Is er binnen het huidige STE ook wat teleurstelling vanwege de mogelijkheid dat het Helmondse bedrijf nu wegvalt als een potentiële werkgever? Van Ginkel: “Nee, want de belangrijkste motivatie om deel te nemen aan STE is het verlangen om een vette zonnewagen te bouwen, niet de gedachte dat je dan later wellicht bij Lightyear kunt gaan werken. Al maakt de cutting-edge technologie die ze daar bedrijven, het wel heel aantrekkelijk natuurlijk.”
Op 1 maart maakt het huidige solarteam bekend waar ze zich dit jaar op gaan werpen. “Dat wordt een heel mooi project", aldus Van Ginkel, "waar we van hopen dat we het al in de zomervakantie kunnen opleveren.”
Discussie