EuroTech-postdocs op bootcamp in Eindhoven
De ‘fine fleur van de aanstormende generatie jonge onderzoekers’ is deze week in Eindhoven aanwezig voor een bootcamp van het door de TU/e geleide tweede postdocprogramma van de EuroTech Universities Alliance. De dertig postdocs, elk na een strenge selectie toegelaten tot het programma, volgen samen diverse praktische en - hopelijk - inspirerende workshops en krijgen daarnaast alle gelegenheid om elkaar beter te leren kennen.
Het gonst dinsdag op de vierde verdieping van het Klokgebouw van de geanimeerde gesprekken, gevoerd in Engels met een breed palet aan internationale accenten. Het is de lunchpauze die de workshop van deze dag - ‘Street combing’ - in tweeën deelt. Na een inleiding van cursusleider Richard Stomp (auteur van het boek ‘Straatjutten’) zijn de postdocs in tweetallen de straat opgegaan om zich door de omgeving te laten inspireren. Na de pauze worden de door hen gemaakte foto’s ‘en groupe’ besproken.
De gedachte achter de workshop is dat de gebruikelijke brainstorm - waarbij mensen in een groep zoveel mogelijk ideeën spuien - helemaal niet zo goed werkt. In je eentje kom je op betere ideeën, mits je je kunt laten inspireren door je omgeving. Strijp-S, het hippe voormalige Philipsterrein, blijkt de ideale plek voor zulke inspiratie. En dan helpt het wel als er toevallig een voertuig - dat waarschijnlijk is ingezet bij de bouw van de naast het Klokgebouw gelegen flat - op tientallen meters hoogte aan een gigantische kraan bungelt. Een onverwachte plek voor een auto, daar zijn de deelnemers het wel over eens. Dat biedt wellicht aanknopingspunten voor het creatieve denkproces.
Lees verder onder de foto
De bootcamp, die zich overigens grotendeels op de TU/e-campus afspeelt, wordt georganiseerd door beleidsmedewerker Willem van Hoorn en programmamanager Ingrid Vliegen van het EuroTechPostdoc2 Programme. Van de vijfendertig postdocs die vorig jaar zijn ingestroomd in deze lichting van het programma, zijn er dertig aanwezig. “De overige vijf hadden deze week belangrijke conferenties die ze niet wilden laten schieten”, vertelt Van Hoorn. “Deze mensen vertegenwoordigen de ‘fine fleur’ van de aanstormende generatie onderzoekers. Ze hebben onderzoeksvoorstellen moeten indienen om een postdocpositie te bemachtigen binnen dit programma en zijn uit een kleine driehonderd kandidaten gekozen.”
De EuroTech postdocs hebben een aanstelling voor twee jaar verworven aan de Technical University of Denmark (DTU), Technical University of Munich (TUM), École Polytechnique (L’X) uit Parijs of aan de TU/e. Daarnaast brengen ze enige tijd door aan één van de andere partneruniversiteiten van de EuroTech Universities Alliance, waartoe ook het École Polytechnique Fédérale de Lausanne (EPFL) en het Israel Institute of Technology (Technion) uit Haifa behoren.
Vrijheid
“Voor de huidige lichting is dit de eerste bootcamp”, licht programmamanager Vliegen toe. “Volgend jaar volgt voor hen nog een bootcamp in Denemarken. De bootcamps voor de volgende lichting van 35 postdocs worden in München en Parijs georganiseerd.” Binnen het postdocprogramma is veel aandacht voor scholing, vertelt ze. “Er wordt voor elke deelnemer een persoonlijk ontwikkelingsplan opgesteld, waarbinnen ze veel vrijheid krijgen om eigen accenten te leggen.” Die vrijheid is inherent aan het programma, vult Van Hoorn aan: “Postdocs worden vaak aangesteld binnen bestaande onderzoeksprojecten, wat automatisch beperkingen met zich meebrengt; omdat de postdocs uit dit programma hun eigen voorstel hebben geschreven, kunnen ze meer hun eigen keuzes maken.”
Anke van Oosterhout is de enige Nederlandse deelnemer aan de bootcamp. Dat is niet verwonderlijk, aangezien de kandidaten voor het postdocprogramma vooral buiten Europa zijn geworven - ze komen onder meer uit China, India, Brazilië en Cuba. Bovendien mogen de postdocs in de drie jaar voorafgaand aan hun aanstelling niet langer dan een jaar in het land hebben verbleven van hun gastuniversiteit. “De financiering komt deels vanuit het Marie Curie-programma van de EU”, verklaart Vliegen. “Daarin ligt de nadruk op mobiliteit van wetenschappers.”
Haptische feedback
Van Oosterhout, alumna van de TU/e-opleiding Industrial Design, heeft haar promotie echter in Denemarken gedaan en kwam daardoor in aanmerking voor een plek als EuroTech-postdoc aan de TU/e - een positie die ze met negen buitenlandse collega’s deelt. Ze doet onderzoek naar de mogelijkheden om zogeheten haptische feedback in te zetten voor de interactie van gebruikers met slimme technologie. “Ik heb ooit een thermostaatknop ontworpen die weerstand bood als je hem te hoog wilde zetten; dat kan een manier zijn om mensen ertoe te bewegen duurzamere keuzes te maken”, geeft ze als voorbeeld.
Volgend jaar wil ze voor haar ‘secondment’ voor drie maanden naar Lausanne. “Daar zit een heel technische groep die aan modulaire robots werkt en gebruikmaakt van allerlei bijzondere nieuwe materialen. Ik hoop daar inspiratie op te doen om meer esthetische en gebruiksvriendelijke ontwerpen te kunnen maken.”
Netwerken
De deelnemers komen uit zeer uiteenlopende disciplines. Toch is het netwerkelement van de bootcamp belangrijk, benadrukt Vliegen. “Voor veel Europese projecten is het zelfs een vereiste om samen te werken met mensen van buiten je vakgebied.” Postdoc Van Oosterhout heeft tegen haar eigen verwachting in al interessante inhoudelijke verbanden gezien met aanwezige collega’s: “Ik heb al meerdere personen gesproken die iets doen met materiaalwetenschap en robotica, dus ik kan hier zeker interessante connecties leggen.”
Discussie