Onderzoek luchtreiniging “op sympathieke wijze uit de hand gelopen”
Luchtreiniging inzetten om de pandemie te bestrijden: het is een no-brainer, zegt TU/e hoogleraar Bert Blocken. Toch willen overheid en RIVM er (nog) niet aan. Om daar verandering in te brengen is de bouwfysicus nu een onderzoek gestart met ventilatie-expert Leen Peeters en viroloog Marc Van Ranst.
Het is er, het werkt en het is snel te implementeren. Luchtreiniging is in de huidige coronapandemie als laaghangend fruit, zegt Bert Blocken, hoogleraar bij de faculteit Built Environment en expert op het gebied van aerodynamica. “Beter gezegd: het fruit ligt al op de grond, je hoeft het alleen nog maar op te rapen.” Toch zijn er tot zijn grote frustratie in Nederland en België nog nauwelijks luchtreinigingsapparaten te bekennen. Het zou niet bewezen zijn dat luchtreiniging het virus uit de lucht filtert. Onzin, zegt Blocken, want virus zit in druppels. Als je die uit de lucht haalt, haal je dus ook het virus uit de lucht.
Om dat te bewijzen heeft hij nu een onderzoeksproject opgezet met onder anderen de bekende Belgische viroloog Marc Van Ranst, hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Leuven, waar ook Blocken een aanstelling heeft. Aanvankelijk lagen beiden ironisch genoeg nog in de clinch over luchtreiniging: “Hij deed wat minimalistisch over een project met luchtreinigers op scholen in Staphorst. Daarover raakten we in een stevige woordenwisseling op Twitter.” Diezelfde avond nog legden de twee het echter bij en besloten de handen ineen te slaan voor een grootschalig bouwfysisch-virologisch onderzoek naar luchtreiniging in klaslokalen. Waarbij de onderzoekers ook willen nagaan hoezeer dit de besmettingen kan terugdringen.
Onaanvaardbaar
Dat laatste is meteen een moeilijk punt in het onderzoek, want kinderen kunnen ook op andere plekken dan in de klas besmet raken. “Als je zo’n onderzoek echt waterdicht wil opzetten, krijg je onaanvaardbare situaties. Dan zou je kinderen zes maanden lang in een klaslokaal moeten opsluiten. Dat gaan we natuurlijk niet doen.” Het maakt de uitkomst van dat onderdeel van het onderzoek onzeker, geeft Blocken toe.
Toch is dit project grotendeels opgezet om wetenschappelijk bewijs te verzamelen voor iets wat de hoogleraar al lang weet. Namelijk dat je door middel van voldoende sterke luchtreiniging de aerosolenconcentratie en viruslading met zo’n 90 à 95 procent reduceert. “Het is een kwestie van mensen en overheden overtuigen van het feit dat dit een oplossing is en dat men daarop moet inzetten.”
Hopelijk draagt dit onderzoek eraan bij dat luchtreiniging wordt aanvaard als maatregel.
Is het daar niet een beetje laat voor, nu de pandemie lijkt te luwen? Dat zou kunnen, zegt Blocken. “Maar hopelijk draagt dit onderzoek eraan bij dat luchtreiniging wordt aanvaard als maatregel en kunnen we daarmee lockdowns en vele doden voorkomen in een volgende pandemie. Want het is maar een kwestie van tijd voor die er komt.”
Mede vanwege de grote tijdsdruk is dit een atypisch onderzoek, vertelt Blocken. “Normaal gesproken schrijf je een voorstel, ga je op zoek naar financiering en onderzoekers. Je bent dan zo anderhalf jaar verder. Dat was hierbij geen optie. Daarom starten we alles tegelijk op.” In Aarschot en Bilzen worden op dit moment daarom al luchtreinigers geïnstalleerd, terwijl Blocken in Nederland nog bezig is om meer scholen te rekruteren.
Wachtlijst
Dat lijkt niet zo’n moeilijke taak. In België doen al vijftig scholen mee en is er nu zelfs een wachtlijst. In Nederland stromen de aanmeldingen ook binnen. “We begonnen bescheiden met dit project, maar je kunt wel zeggen dat het op sympathieke wijze uit de hand is gelopen.” Blocken hoopt op duizend deelnemende klaslokalen.
Het project wordt van onderaf georganiseerd. Ook op financieel gebied. “We vragen aan steden en gemeenten om een kleine financiële investering te doen en een aantal luchtreinigers aan te kopen. En ik regel met fabrikanten dat scholen zes maanden lang kosteloos en zonder aankoopverplichting gebruik mogen maken van de apparaten.” Blocken, Peeters - die zich ook al langere tijd hard maakt voor luchtreiniging op scholen - en Van Ranst nemen de kosten voor hun eigen laboratoria voor hun rekening. “Het zal een gaatje slaan in mijn financiën, maar dat is dan maar zo. We laten ons niet stoppen door een gebrek aan budget.”
Blauwe Zaal
Daarnaast kan Blocken rekenen op steun van de TU/e en de KU Leuven in de vorm van grootschalige inzet van meetapparatuur. De universiteiten nemen zelf ook deel aan het project. In sommige ruimtes op de campus is de ventilatie dik in orde: “In de Blauwe Zaal voel je bijvoorbeeld letterlijk de lucht stromen. Daar wordt de lucht intensief ververst.” Op andere plekken, vooral in oudere gebouwen, wordt alleen voldaan aan het Bouwbesluit. “In tegenstelling tot het RIVM ben ik er niet van overtuigd dat dat voldoende is, integendeel. Het is het absolute minimum wat je aan ventilatie mag verwachten.”
Op geen enkele plek op de campus wordt gebruikgemaakt van luchtreiniging. Daarom zit de TU/e ook in het consortium als locatie. “Ik heb nu aan Real Estate gevraagd om een lijst van locaties op te stellen waar veel mensen in relatief slecht geventileerde, vaak oude ruimtes bij elkaar zitten. Die gebruiken we dan voor de studie. De lucht wordt daar dan gereinigd en niet alleen ververst.
Met dit luchtreinigingsproject heeft Blocken zich een grote klus op de hals gehaald, terwijl hij het vanwege de pandemie al druk genoeg heeft. Zo zei hij vorig jaar in een interview dat mensen hem mochten mailen als ze advies nodig hadden over luchtreiniging. Blocken ontving honderden mails. “Dat gaat maar door, maar ik help die mensen graag.” Door al het extra corona-gerelateerde werk komt hij moeilijk aan zijn basisbezigheden als hoogleraar toe.
Slaap
“Het begint te wegen. Creatief nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek is teruggebracht naar nul. De begeleiding van promovendi is te weinig en mijn aandacht voor het onderwijs is tot een minimum gereduceerd. Dit kan niet lang meer blijven duren. Ik zit aan de 120 uur per week en ik heb ook nog wat slaap nodig om te kunnen functioneren. Hopelijk wordt het iets rustiger als het project wat begint te lopen.”
Discussie