Profpraat | Kies voor de partij met direct ingaande klimaatplannen
TU/e-klimaatdeskundige Heleen de Coninck gaf afgelopen zondag een mini-college bij het Eindhovens Klimaatalarm, waarmee ze liet zien dat de wetenschap reden geeft om de klimaatcrisis politieke topprioriteit te geven. Net als duurzaamheidsonderzoeker Frank Veraart roept ze de kiezer op om morgen 17 maart in het stemhokje een groene keuze te maken.
Waar in de jaren negentig nog wat lacherig werd gedaan over de risico’s van klimaatverandering - ‘het stokpaardje van de geitenwollensokken’ - is iedereen er zich nu wel van bewust dat de mensheid geen goede toekomst tegemoet gaat wanneer de aarde twee of zelfs drie graden opwarmt. Daarom klonk er zondag 14 maart in diverse steden een oorverdovend Klimaatalarm. Want hoewel voor veel kiezers klimaat inmiddels een belangrijk thema is, krijgt het in de verkiezingsdebatten nauwelijks aandacht. Als protest dus uitstekend getimed.
Om de klimaatverandering af te stoppen worden er wel stappen gezet, maar zit er volgens hoogleraar Innovatie en Klimaatverandering Heleen de Coninck een enorme kloof tussen woord en daad. De Coninck: “In ieder partijprogramma is wel een maatregel te vinden die moet gaan bijdragen aan het ombuigen van de klimaatverandering. Een CO2-heffing, een vleestax. Het klinkt zeer vooruitstrevend, maar zelfs als het tot uitvoering komt, ben je er nog niet met losse maatregelen alleen.”
De Coninck, die voor het wetenschappelijk klimaatpanel van de VN meeschreef aan het IPCC-rapport over de opwarming van de aarde tot anderhalve graad Celsius, pleit daarom voor systemische veranderingen. “We kunnen wel zeggen dat we minder moeten vliegen, maar dan is een betere prijsverhouding tussen treinkaartjes en vliegtickets ook noodzakelijk. En snellere treinverbindingen. Er moet meer tegelijkertijd worden gehandeld en in een groter geheel. Ons voedselsysteem, ons energiesysteem, de inrichting van onze steden; het moet allemaal anders als we onder de anderhalve graad opwarming willen blijven.”
Klimaatakkoord Parijs
Willen we onder de anderhalve graad - of in ieder geval ruim onder de twee graden, zoals is afgesproken in het Klimaatakkoord van Parijs - blijven, dan lijkt het roer nog drastischer om te moeten. Want de VN berekenden dat met het huidige tempo van maatregelen we zelfs op een opwarming van drie graden afkoersen. En Nederland loopt niet voorop in het behalen van de klimaatdoelen. Zo moeten we de CO2-uitstoot in 2030 reduceren met 49 procent ten opzichte van 1990 en besloot Europa daar met de Green Deal 55 procent van te maken. Maar uit rekenwerk van het Planbureau van de Leefomgeving blijkt dat we met het huidige beleid uitkomen op een tegenvallende afname van 34 procent, al moet daar nog wel de industriële CO2-heffing in verrekend worden.
Politiek gezwabber
“We zijn op klimaatgebied nooit ‘het braafste jongetje van de klas’ geweest”, zegt Frank Veraart, universitair docent History of Technology en gespecialiseerd in de duurzame samenleving. “Er is in Nederland in de afgelopen decennia veel wisseling geweest in de politieke kleur van onze regering. Daardoor werden meer compromissen gesloten en zag je gezwabber tussen links en rechts. Niet bevorderlijk voor de politieke stabiliteit. Dat vertaalde zich in het niet doorlopen van maatregelen tot het afhaken van investeerders die niet konden inschatten of bepaalde regels over vijf á tien jaar nog zouden gelden. Daarnaast speelt privatisering een belangrijke rol en is de wereld verknipt geraakt. Dat helpt niet mee als je grote klappers wilt maken.”
Net als De Coninck zet Veraart in op systemische verandering en moeten we volgens hem onze leefomgeving en ons gedrag aanpassen. Veraart: “Je ziet dat nu veel geïnvesteerd wordt in nieuwe energievormen, zoals windparken en zonnecellen, en dat het debat momenteel gaat over het wel of niet bouwen van een nieuwe kerncentrale. Al die zaken gaan uit van een toenemende vraag naar elektriciteit. Maar we moeten ook gaan werken aan energiebesparing, anders blijft het dweilen met de kraan open. Dat zal niet pijnloos zijn, iedere burger gaat dat merken.”
Geopolitieke gevolgen
Daarnaast benadrukt Veraart dat er achter de energietransitie ook een andere transitie zit die geopolitieke verschuivingen tot gevolg gaat hebben. “Achter de windmolen zit nog een heel verhaal. Als fossiele energie vermindert, neemt ook de macht van olieproducerende landen af. Wat doet dat met de stabiliteit in die regio’s? En dan hebben we ook nog de grondstoffen zelf. Voor een windmolen worden bijvoorbeeld allerlei zeldzame metalen en mineralen gebruikt, uit gebieden die nu verre van stabiel zijn. Dit soort complexe zaken zijn nu nauwelijks onderdeel van de klimaatdiscussie, maar zouden zeker met het oog op een langetermijnvisie meegenomen moeten worden.”
Complex of niet, we moeten niet langer praten, maar gaan uitvoeren, zegt De Coninck. “We hebben haast. De anderhalve graad ligt nu nog binnen ons bereik. En dat maakt verschil voor dier, plant en mens. Het is nog niet te laat. Maar hoe langer we wachten met het nemen van maatregelen, des te meer risico we nemen. Nu is het de tijd dat de regering systemisch gaat handelen en de kiezer kan daar invloed op uitoefenen.” Hoewel beide onderzoekers geen concreet stemadvies geven, zijn ze hierover wel heel duidelijk. Kies voor een partij met concrete, onmiddellijke klimaatplannen, die niet alles afschuift op Europa en die het grote plaatje in de gaten houdt.
Discussie