Gemenacom / Shutterstock

Profpraat | Snel een dak boven je hoofd

De woningnood is nijpend. Huizenprijzen zijn historisch hoog, terwijl er nog nooit zo weinig huizen aangeboden werden. Doorstromen vanuit je studentenhuis naar een starterswoning? Een betaalbaar koophuis in de buurt van je nieuwe baan? Het lijkt bijna onmogelijk. TU/e-hoogleraar Theo Arentze vindt dat de landelijke overheid weer de touwtjes in handen moet nemen om vlot nieuwe bouwlocaties aan te wijzen, liefst met veel 'prefab' bouw. Tot die tijd moeten we vooral creatief zijn.

door
foto Gemenacom / Shutterstock

Het verstoorde evenwicht tussen vraag en huisaanbod speelt in de grote steden al langer, maar afgelopen jaren is ook landelijk gezien de woningnood steeds groter geworden. Vooral onder starters, maar ook bij ouderen die niet kunnen doorstromen naar een passende kleinere woning en zo een gezinswoning vasthouden, leidt dat tot problemen. Vanuit alle kanten wordt er opgeroepen om meer te bouwen; in de komende tien jaar moeten er een miljoen woningen uit de grond gestampt worden. Maar focussen we niet te veel op nieuwbouw, en zouden we zeker voor de kortere termijn niet beter naar mogelijkheden binnen bestaande bouw kunnen kijken?

Nieuwbouw kost tijd, en omdat we op dit moment snel veel woningen nodig hebben, moeten we naar andere oplossingen zoeken, zegt Theo Arentze, TU/e-hoogleraar Real Estate and Urban Development. “Er is een grote behoefte aan kleine, goedkope woningen -  waar projectontwikkelaars veelal de neiging hebben om vooral grote luxueuze huizen te bouwen. Door bestaande grotere huizen op te splitsen tot meerdere appartementen creëer je op een snelle manier woonruimte.”

Woningdelen

Landelijk ontrollen momenteel meerdere experimenten om bestaande woningen intensiever te gebruiken.  Want de Nederlander woont, met gemiddeld 65 m2 woonruimte, groot in vergelijking met andere Europese landen, en daarom zouden kostbare vierkante meters beter verdeeld kunnen worden. Zo kunnen nu in de regio Nijmegen twee (alleenstaande) starters samen een eengezinswoning delen, met elk een eigen woonunit. Son en Breugel ontwikkelt het concept Duo-wonen, waarbij ouderen hun grote koophuis kunnen opsplitsen en bijvoorbeeld een leegstaande bovenverdieping aan jonge woningzoekenden kunnen verhuren.

Een prima tijdelijke oplossing, meent Arentze, net zoals flexibele woonvormen als tiny houses. “De woningnood zou echter opgelost moeten kunnen worden zonder dat we in heel kleine privéruimtes moeten leven zoals je bijvoorbeeld in grote Chinese steden ziet. Zeker door de coronacrisis zijn we onze binnenruimte belangrijker gaan vinden. Waar eerst heel lang sprake was van een trek naar de stad, zie je dat mensen juist weer de andere kant op bewegen. We hebben afgelopen tijd geleerd dat thuiswerken in veel gevallen prima te doen is, en dan weegt een extra kamer zwaarder dan midden in de stad in een klein appartement dichtbij voorzieningen zitten.”

Landelijke regie

Toch denkt Arentze dat voor de lange termijn wel naar het stedelijk gebied gekeken moet worden. “Vanuit ruimtelijke planning heb je eigenlijk twee opties. Ontwikkeling van de buitengebieden - dat kan zeker, maar wel in beperkte mate aangezien we ook willen dat het buitengebied groen blijft voor natuur en landbouw. Compacte steden, die je door hoogbouw kunt verdichten, hebben veel voordelen op het gebied van infrastructuur en voorzieningen. Maar het aanwijzen van nieuwe bouwlocaties blijft ook hier essentieel. We zitten in de nasleep van de economische crisis, toen weinig huizen werden gebouwd. Dat moet nu gecompenseerd worden, met versnelde en opgeschaalde bouw. Wel graag met een landelijke regie, om overzicht te houden en een snelle uitrol. Nu we geen Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu meer hebben, worden bouwlocaties op gemeentelijk en provinciaal niveau bepaald, met veel processen die het daadwerkelijke bouwen vertragen. Het is tijd voor minder praten en meer actie.”

Voor mensen die snel op zoek zijn naar een woning, zouden omgebouwde schuurtjes in de achtertuin of een studio geplaatst op een plat dak uitkomst kunnen bieden. “De afgelopen tien jaar heeft er ook een transformatie plaatsgevonden van leegstaande kantoorruimte naar woonruimte. Maar omdat de meest geschikte locaties waar dat kan ondertussen benut zijn, moet je creatief blijven. En ondertussen investeren in nieuwe methodes om snel veel woningen te bouwen. Er is steeds meer technologie voorhanden, denk aan prefab bouw, of het nieuwe betonprinten. Veelbelovend, maar er zijn nu nog te weinig bouwbedrijven die hier op grote schaal mee aan de slag kunnen. Want onder veel bouwen komen we niet uit.”

Deel dit artikel