Haagse wenkbrauwen schoten omhoog toen afgelopen zomer bleek dat 2.400 docenten waren afgewezen voor een zogeheten ‘lerarenbeurs’. Deze subsidie is bedoeld voor docenten die zich verder willen scholen, bijvoorbeeld met een master. Maar dat potje was dus opeens leeg: het geld was al gebruikt voor de aanpak van het lerarentekort.
De Tweede Kamer debatteerde zich een maandlang een slag in de rondte, zonder resultaat. Onderwijsministers Slob en Van Engelshoven konden niets meer voor de gedupeerde leraren betekenen, zeiden ze. De afgewezen aanvragen zouden de volgende keer maar met voorrang moeten worden behandeld.
GroenLinks en de SP wilden vorige maand al van de ministers weten wat ze zouden doen als het geld opnieuw op zou zijn. Herbezinnen en focus aanbrengen, was toen het antwoord.
Domino-effect
Dat zal dus nu gaan gebeuren. Want van de in totaal 5.895 aanvragen voor een lerarenbeurs zijn er dit jaar 4.676 toegekend, staat in een brief van de onderwijsministers. Oftewel: 1.219 docenten kregen slecht nieuws.
Dat zijn stuk voor stuk docenten die de beurs voor het eerst aanvroegen: zij stonden dit keer immers achter in een lange rij, na de docenten die de beurs voor hun tweede of derde jaar aanvroegen en docenten die vorig jaar nul op het rekest kregen. Die aanvragen konden wel worden toegekend.
Het leidt tot een domino-effect, blijkt uit de brief. Want bij de aanvraagronde voor schooljaar 2022-2023 zullen afgewezen docenten opnieuw voorrang krijgen. Hierdoor zal er “mogelijk geen tot zeer beperkt budget resteren” voor nieuwe aanvragen, schrijven de ministers.
Soap
Kamerlid Lisa Westerveld (GroenLinks) reageert met verbijstering op Twitter. “Niet te geloven. De soap rondom de lerarenbeurs herhaalt zich gewoon.” Ondanks dat de Kamer bijna met zomerreces gaat, wil ze snel een oplossing vinden. “Dit soort idioterie motiveert alleen maar meer.”
Ook Peter Kwint (SP) vindt het onbegrijpelijk. “Politiek Den Haag heeft het potje voor deze belangrijke regeling geplunderd. En weigert nu al tijden dit recht te zetten. Ondertussen zijn leraren die bijscholing willen volgen de dupe.”
De Algemene Onderwijsbond vindt dat het ministerie de beurzen alsnog moet toekennen. “Het is niet uit te leggen dat er met miljarden wordt gestrooid in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs, maar dat er geen relatief beperkt bedrag kan worden vrijgemaakt voor de lerarenbeurs”, zegt bestuurder Jelmer Evers in gesprek met het Onderwijsblad.
Onderzoek
De aanvraagronde voor de lerarenbeurs ging op 1 april van start. Voor docenten in het primair, voortgezet en hoger onderwijs werd het ‘subsidieplafond’ nog diezelfde dag bereikt en voor het mbo op 2 mei. In het hoger onderwijs waren 263 docenten uiteindelijk te laat.
De ministers willen met docenten, schoolleiders en de Tweede Kamer in gesprek over de problemen met de lerarenbeurs, schrijven ze. Ook hebben ze een evaluatieonderzoek uitgezet. Die resultaten verwachten ze in het najaar.
Discussie