- De universiteit , Student
- 24/11/2020
Studentleden UR: “Acht uur voor medezeggenschap is onvoldoende”
De acht uur die de leden van de universiteitsraad wekelijks tot hun beschikking hebben voor het uitvoeren van hun medezeggenschapstaak, vinden ze onvoldoende. Gisteren drongen met name de studentenfracties aan op een uitbreiding van het aantal uren. Collegevoorzitter Robert-Jan Smits opperde dat de U-raadsleden zich te veel op detailniveau bezighouden met de dossiers die aan de orde komen. In december gaan de U-raad en het CvB om tafel om deze kwestie verder te bespreken.
“Verdrink niet in de details”, was de oproep die collegevoorzitter Robert-Jan Smits gisteren in de online universiteitsvergadering deed aan de achttien leden van de U-raad. Iets daarvoor had Naomi Amsing, lid van studentenfractie Groep-één, een hartstochtelijk pleidooi gehouden voor de uitbreiding van het aantal uren dat de leden van de raad wekelijks ter beschikking staat om hun werk te kunnen doen.
Dat zijn er op dit moment acht en volgens Amsing staat dat aantal niet meer in verhouding met de uren die de raadsleden er daadwerkelijk in moeten steken om hun werk goed te kunnen doen. Amsing: “Gemiddeld zijn de leden van de studentenfracties zo’n 24 uur per week kwijt om stukken te lezen, zich goed te verdiepen in de materie, informatie op te zoeken die met bepaalde onderwerpen te maken heeft, en de diverse vergaderingen voor te bereiden en bij te wonen.”
Complexer
Volgens Amsing zijn in de loop van de jaren de dossiers en onderwerpen die in de maandelijkse U-raadsvergadering aan bod komen in aantal en in complexiteit sterk toegenomen. Amsing: “We willen het College van Bestuur bij de verdere uitwerking van het beleid juist graag helpen en dat gaat in onze ogen verder dan er slechts een enkele vraag over te stellen.”
Volgens Smits moet de raad zich richten op de hoofdzaken en daar "strategische vragen" over stellen, en niet al te gedetailleerd in de materie duiken. “Nu gaat dat vaak wel heel ver”, zei Smits, die zich vervolgens nadrukkelijk tot de studentleden richtte: “Als jullie de universiteit straks gaan verlaten, zullen jullie in je toekomstige werkomgeving merken dat je ook daar niet álle zaken die er spelen kunt behandelen. Je zult keuzes moeten maken op basis van het aantal uren die je voor een bepaalde taak ter beschikking staan.”
Amsing vroeg zich hardop af of het CvB wel zicht heeft op de enorme hoeveelheid werk die de leden van de U-raad wekelijks verzetten. “Daarbij gaat het echt niet zozeer om de details binnen bepaalde dossiers", aldus Amsing, "maar liggen er maandelijks grote onderwerpen voor, waarbij de fractieleden veel tijd kwijt zijn om zich die eigen te maken. Bijvoorbeeld over de toekomstige hervorming van ons onderwijs.”
Het CvB wilde gisteren nog geen enkele toezegging doen over een mogelijke uitbreiding van het aantal uren. In samenspraak werd besloten om over deze kwestie in december verder te praten. Vicevoorzitter Nicole Ummelen uitte tot slot haar waardering voor de inzet en het werk van de U-raadsleden, maar zei tevens dat bij de bijeenkomst in december goed gekeken moet worden waar bij bepaalde onderwerpen nu de eindverantwoordelijkheid ligt.
Discussie