Profpraat | Hoe help je mensen zich te houden aan de coronamaatregelen?
We zitten middenin een tweede lockdown, die volgens de experts niet nodig was geweest als iedereen zich aan de basisregels had gehouden. Hoe kunnen technische ontwerpen en hulpmiddelen eraan bijdragen dat zoveel mogelijk mensen zich verantwoordelijker gaan gedragen?
Panos Markopoulos is hoogleraar Design for Behavior Change bij Industrial Design. Hij merkt op dat het zeker niet altijd onwil is als mensen zich onverstandig gedragen. “Ik was onlangs voor familiebezoek in mijn geboorteland Griekenland. Daar was ik in gesprek met een ober, die voortdurend met zijn hand aan zijn masker zat. Misschien beseft hij niet dat dat verkeerd is, of vergat hij het in het vuur van de discussie over de strenge lockdown die in Griekenland nu weer ingesteld is. Om dat te voorkomen, zou je mondkapjes kunnen ontwerpen die een signaal geven als je er aan zit. Maar ook beter passende mondkapjes zouden al helpen.”
In winkels zou je daarnaast iets met licht kunnen doen, kan Markopoulos zich voorstellen. “Het is niet zo moeilijk om in binnenruimtes de afstand tussen mensen in de gaten te houden, de vraag voor ontwerpers is vervolgens hoe je daarmee omgaat. Je wilt geen alarmbellen laten afgaan, maar een subtiele verandering in de kleur licht zou een goede waarschuwing kunnen zijn, mits de aanwezigen weten hoe ze dat moeten interpreteren.”
Online interactie
Maatregelen zijn ook makkelijker vol te houden als je met technische hulpmiddelen toch je hobby’s kunt blijven beoefenen, stelt Markopoulos. “Als je niet samen mag sporten, kun je via een digitale verbinding toch samen vanuit huis aan ‘parallel’ fitness of yoga doen, zoals je ook online met elkaar kunt gamen. Dat zorgt voor onze essentiële sociale interactie.”
Voor de komende winter zullen we het nog van bestaande oplossingen moeten hebben, denkt de hoogleraar. “Het kost tijd om nieuwe vindingen breed te verspreiden. Maar dat neemt niet weg dat het goed is om met technische ontwerpen bezig te gaan die nuttig kunnen zijn tegen een pandemie. Het blijft de vraag hoe effectief een vaccin zal zijn en ik vrees dat dit niet de laatste pandemie is. Onze studenten krijgen ook de opdracht om hierover na te denken en met ontwerpen te komen.”
Goed voorbeeld
Jaap Ham is universitair hoofddocent bij Human-Technology Interaction en technologie voor gedragsverandering is zijn wetenschappelijke passie. Er bestaat volgens hem al heel wat ‘persuasive technology’ die van nut kan zijn tijdens de pandemie. “Ik heb bijvoorbeeld een button langs zien komen die de afstand tot andere personen meet en gaat piepen als je te dichtbij komt.” Er zijn daarnaast talloze technologieën te bedenken die aansporen om beter je handen te wassen, vertelt hij. “Je zou een filmpje kunnen afspelen in een toiletruimte waarin iemand voordoet hoe je dat het best doet. Dat voordoen, wat we in ons vakgebied ‘modeling’ noemen, is een heel sterk mechanisme.”
In zijn algemeenheid kun je volgens Ham stellen dat de poging tot beïnvloeding bij voorkeur in het hier en nu moet plaatsvinden. “Dus op het moment en op de plek waar een bepaald gedrag gewenst is. De jaarlijkse energierekening doet maar weinig voor energiebesparing, maar zie je dat mensen mondkapjes dragen in de supermarkt, dan voel je al snel druk om ook een kapje op te doen; de sociale norm is in zo’n situatie heel zichtbaar. En die druk wordt sterker gevoeld naarmate mensen onzekerder zijn.”
Het hoeven overigens geen echte mensen te zijn die het voorbeeld geven, zegt Ham. “Een poster bij de ingang van een station waarop je iemand ziet die een mondkapje opdoet, kan ook prima werken. En je kunt ook technologie inzetten om te detecteren of iemand die door het poortje komt een mondkapje draagt en een bepaald signaal geven als dat niet het geval blijkt.”
Communicatie
Peter Ruijten-Dodoiu is universitair docent bij Human-Technology Interaction, waar hij onder meer onderzoek doet naar ‘persuasive technology’ - zoals het gebruik van robots of virtuele personages om mensen gewenst gedrag te laten vertonen. Hij gelooft dat een keiharde aanpak, met strenge regels en strikte handhaving, te veel weerstand zou oproepen. “Ik denk dat je gerichte campagnes moet voeren om mensen aan te sporen elkaar bij de les te houden”, zegt hij. “Zoiets als #doeslief van SIRE; dat kan bij bepaalde bevolkingsgroepen best effectief zijn.”
In de communicatie moet daarbij vooral het grotere plaatje niet uit het oog verloren worden, vindt Ruijten-Dodoiu. “De regels zijn vatbaar voor verschillende interpretaties, waardoor je bij strikte handhaving veel discussie krijgt. Je zag tijdens de lockdown in het voorjaar situaties met drie mensen die wel afstand hielden en toch een boete kregen van een boa, terwijl grotere groepen samen op een picknickkleed dan wegkomen met een waarschuwing. Je mag als overheid best aangeven dat het ondoenlijk is om alle regels te allen tijde te volgen. Maar als iedereen zijn best doet, kom je er ook.”
Studieschuld
Daarnaast helpt het niet dat de jongere generatie gewend is om behoeftes vrijwel onmiddellijk te kunnen bevredigen, benadrukt Ruijten-Dodoiu. “Heb je trek, dan bestel je een pizza die tien minuten later wordt bezorgd. Je spreekt via Facebook in een oogwenk af met vrienden in een kroeg. Dan is het wel even slikken als je verteld wordt dat je bepaalde dingen misschien een jaar of langer niet meer kunt doen. En het helpt niet als je waarschuwt dat hun oma risico loopt als ze corona krijgt. Dan ga je toch gewoon een tijd niet bij je oma langs? Je moet meer inspelen op de zorgen die leven bij die jonge doelgroep. Zoals dat ze met onverantwoordelijk gedrag de economie zodanig schaden dat ze straks zelf geen werk kunnen vinden en hun studieschuld niet kunnen afbetalen.”
Discussie