Je zal er maar staan; een letter op je buik en een letter op je rug. Op anderhalve meter afstand van je groepsgenoten die ook gesandwicht zijn met letters. En dan krijg je vragen waarvan je het antwoord moet bedenken én vormen met je voor- of achterkant. De tijdsdruk is enorm, want een eindje verderop staat nog zo’n groep die ook deze opdracht – bedacht door studievereniging Protagoras- doet. Maar dan misschien wel sneller.

De vragen variëren van cryptisch tot simpel. Soms wordt er een letter uit het spel genomen. De groepsgenoten roepen antwoorden, goede en helaas soms foute.

‘Biermerk en reden dat we geen feestjes hebben’ is de aanwijzing om van rechts naar links in de volgende volgorde te gaan staan; A,N,O,R,O,C. Een simpeler opdracht is ‘Merk van sauzen’ (REMIA) en een laatste vierlettercombinatie is OGEN (‘iets waarmee je kijkt’).   

Sam van Wel, niet op de foto, is bloedfanatiek. Na afloop vraag ik of zijn groepje gewonnen heeft. “Nou, dat is een retorische vraag zeker? Tuurlijk hebben we gewonnen!” Misschien met dit spelletje, ja, maar een eventuele verkiezing voor de beste gadget zou groepje Rood Konijntje Amber niet winnen. Die hebben ze namelijk helemaal niet. “Niet nodig”, meent Sam, “we hebben onszelf”.