En hoe is het in Auckland?
Kia Ora! Oftewel 'Hallo!' maar dan in het Maori, de taal van de oorspronkelijke bewoners van Nieuw-Zeeland. De taal is ook hetgeen waarin deze cultuur het meest terugkomt. Veel plaatsnamen en vogels hebben immers een naam die in het Maori is. Ik -middelste op de foto hierboven in het Tongariro National Park met op de achtergrond Mt Ngauruhoe- probeer zoveel mogelijk van het land te zien.
Een bijzondere kennismaking met de Maoricultuur had ik in de pub tijdens het wereldkampioenschap rugby. Voor de wedstrijd wordt altijd de haka, een traditionele dans, opgevoerd om de tegenstander te intimideren. Behalve gek op rugby, zijn ze hier ook heel beschermend voor hun natuur. Dit werd me al meteen bij aankomst op het vliegveld duidelijk, omdat er werd gekeken of er geen vervuilde grond onder mijn bergschoenen plakte. Dat Kiwi's (hiermee worden Nieuw-Zeelanders bedoeld, dit zijn niet Maori) trots zijn op hun natuur en vogels blijkt verder uit de 'vogel van het jaar'-verkiezing. Hiervoor worden hele campagneteams opgezet, memes gemaakt en er is zelfs al een aantal jaren gefraudeerd bij de uitslag. Afgelopen week is bekendgemaakt dat de vogel van dit jaar de hoiho, oftewel de geeloogpinguïn is.
Tijdens mijn stage houd ik me bezig met het modelleren van geothermische velden. Behalve dat geothermie nuttig is om stroom op te wekken, zorgt het ook voor bijzonder mooie plaatjes. De foto hierboven is gemaakt in Rotorua tijdens een van de vele weekendtrips die ik heb gedaan. Om zo veel mogelijk van het land te zien heb ik een auto met een matras in plaats van een achterbank en de benodigde kampeerspullen gekocht.
Na mijn stage zal ik nog twee maanden mee naar het Zuidereiland gaan om rond te reizen. Mocht je hier zelf naartoe gaan en er tijdens je stage al iets langer tussenuit willen dan is dat geen enkel probleem. Ook dichtbij Auckland kun je de nodige mooie wandelingen maken, bijvoorbeeld die waar je een hele tijd langs en door een riviertje loopt, zie de foto hieronder.
In Auckland zelf valt het op hoe groen het overal is. Tijdens mijn eerste dag liep ik door een park naast het centrum en waande ik me eerder in een oerwoud dan in een miljoenenstad. Voor strandliefhebbers is het ook een prima plek, de stad ligt immers ingeklemd tussen twee zeeën. Door de hoeveelheid kustlijn per inwoner zijn de stranden niet druk en is het heerlijk om hier te relaxen of te wandelen. Verder kun je de ferry pakken naar een van de omringende eilanden, zoals de vulkaan Rangitoto. Vanaf hier heb je een mooi uitzicht over omringende eilanden en de skyline van de stad, zie hieronder.
Discussie