URE14 opstapje naar competitieve onbemande auto
Met de URE14 die woensdagmiddag in Atlas werd gepresenteerd, zet University Racing Eindhoven (URE) voor het eerst de stap naar de Formula Student Driverless competitie. Dit jaar zal het studententeam in ieder geval aan één coureur-loze wedstrijd meedoen. Daarbij zal het doel zijn om uit te rijden en informatie te verzamelen. Al leeft het gevoel wel dat het team mee kan doen om het podium.
Tijdens de presentatie was de auto nog in de ‘elektrische variant’ te zien, ofwel URE14E. Met grote vleugels waarop de sponsornamen prijken en zonder de sensoren waarmee de URE14D zichzelf laat besturen. Die zijn net van de URE11 afgehaald en zullen snel op de nieuwe auto zitten, want het team is in een race tegen de klok verwikkeld om alles te testen en betrouwbaar te krijgen voor de competitie begint.
Onbemand in Italië
In Italië moet het gaan gebeuren van 24 tot en met 28 juli. Dan staat op het circuit Riccardo Paletti Formula ATA op het programma. Waar aanvankelijk FS East in Hongarije de voorkeur had, bleek de selectieprocedure voor de Italiaanse race interessanter dan vooraf verwacht. “De inschrijving ging op basis van ‘first come, first serve’ en we wisten niet zeker of we toegelaten zouden worden. Uiteindelijk zijn we doorgeschoven naar de achtste plek, waardoor we nu dus bij de eerste tien zitten en mee mogen doen”, legt teammanager Engels uit. “Het primaire doel is uitrijden en dan verwachten we dat we meedoen om de zege en in ieder geval het podium halen”, voorspelt hij.
Ombouwen
FS Italy is één van de drie evenementen die dit jaar op de planning staan. De URE14 debuteert in de elektrische klasse tijdens Formula Student Netherlands van 7 tot en met 11 juli in Assen. Daarna wordt de auto naar driverless-configuratie omgebouwd om in Italië aan de start te verschijnen. Tot slot zal URE weer aan het elektrische klassement meedoen tijdens Formula Student Germany op het circuit van Hockenheim, waar het team de vijfde plaats van het vorige seizoen wil evenaren.
Engels: “We zijn nog aan het testen met de URE11D. Het systeem zijn we nog robuust aan het maken. We hebben nu een specifiek onderdeel, het framework, dat ervoor moet zorgen dat de communicatie tussen de onderdelen goed verloopt. We zagen dat dat te vaak fout ging. Dus we moeten nog heel veel finetunen. We willen dat alle berichtjes van het ene naar het andere script goed aankomen, dat is vrij pittig.”
Race tegen de klok
Het zal nog even spannend worden of alles meteen werkt op de nieuwe auto. “We hebben nu natuurlijk vrij weinig testtijd, aangezien de auto pas net klaar is. Het is dan ook te hopen dat alle driverless-onderdelen gelijk werken. Tussen de competities in Nederland en Italië hebben we anderhalve week. Maar na de presentatie gaan we de auto gelijk ombouwen, kalibreren en testen.”
Dat er wat vertraging is, heeft volgens de teammanager vooral te maken met de ingrijpende reglementswijzigingen voor het chassis. “De regels worden pas in oktober bekendgemaakt en wij zijn dan eigenlijk al klaar met het ontwerp van de auto. De nieuwe regels waren wat ingrijpender dan verwacht, waardoor we het chassis helemaal opnieuw moesten ontwerpen. Er werden andere eisen gesteld aan de sterkte van het chassis en daarom moesten we het koolstofvezel anders leggen. Het oefenen en testen hiervan kost tijd en daar hebben we ons redelijk op verkeken. In totaal heeft het ons dat zeker drie à vier weken gekost.”
Wedstrijdje met Delft gewonnen?
Het is nog even afwachten hoe de wedstrijd tegen Delft afloopt om te zien wie de eerste autonome auto heeft. Intussen zou de Driverless auto van de TU Delft ook al zijn eerste meters hebben gemaakt, al zijn daar nog geen beelden van. “Helaas hebben we geen directe competitie met ze”, baalt Engels die wel wil weten wie van de twee teams als eerste een wedstrijd uitrijdt. “Maar het is wel leuk om te zien dat zij ook een autonome auto hebben. Als Nederland twee autonome racewagens voortbrengt, is dat een hele prestatie. Uiteindelijk hebben wij het wel als eerste laten zien natuurlijk.”
Hoe rijdt de URE14 autonoom?
De vleugels maken bij de autonome wedstrijden plaats voor sensoren en computers. Met dubbele LiDAR sensoren worden de pionnen herkend. De camera’s zorgen ervoor dat de kleur van de pionnen wordt gedetecteerd en zorgt ervoor dat de auto weet waar hij heen gaat. Vervolgens moet hij uit zichzelf gaan rijden.
“De auto weet eigenlijk niets als we hem op de baan zetten. Hij weet alleen de regels van de baan en dat er een baan is. Hij weet dat de pionnen maximaal 5 meter uit elkaar kunnen staan. Vervolgens moet hij de baan voor zichzelf uitstippelen, weten waar hij is en tellen hoeveel rondjes hij heeft gereden. De auto moet uit zichzelf stoppen als hij tien rondes heeft gereden. Als wij de noodstop gebruiken, hebben we geen resultaat.”
“Het systeem is gesplitst in twee modi. De exploration-modus gaat op onderzoek uit: zoek de pionnen en rij langzaam over de baan. Na de eerste ronde weet hij hoe de baan eruit ziet en stapt hij over op de normale rijmodus. Dan kan hij sneller rijden. De limiet zit hem dan in de snelheid van je auto, maar vooral ook hoe snel je systeem werkt.”
Discussie