Als Cursor dinsdagochtend een kijkje neemt op de bouwplaats aan de Vestdijk, worden met behulp van een kraan net de betonnen dakplaten op de nieuwbouw gelegd. Ook Daan Hommersom, commissaris huisvesting van SSRE, grijpt zijn kans en maakt - tussen zijn toelichtingen door - de nodige foto’s en plakt op de tweede verdieping de gevallen timelapse-camera terug op zijn plek. Tevreden: “Het gaat hard nu”.

Lees verder onder de foto.

De studentenvereniging is dan ook van ver gekomen als het gaat om haar verhuisproces, dat al de nodige jaren loopt. Begin dit jaar kon SSRE dan eindelijk bij de notaris de hypotheekakte tekenen en kon de bouw van start - al moest de aannemer vervolgens op sommige materialen alsnog langer wachten dan gehoopt.

Ook afgelopen maart werd het “nog even spannend” toen na de eerste afgegraven decimeters bleek dat er sprake zou kunnen zijn van waardevolle overblijfselen in de grond, onder meer vanwege de vroegere nabijheid van Kasteel Eindhoven. Gelukkig voor de vereniging werd al snel geconcludeerd dat het terrein archeologisch gezien weinig interessant was.

Olietanks

Wél stuitten de bouwlieden tijdens hun graafwerkzaamheden op twee grote oude olietanks, waarvan zowel de gemeente als de vorige huiseigenaar geen weet had. Voor vertraging in het bouwproces zorgden ze niet, al moest een deel van de omliggende grond wel worden gesaneerd. “We hebben gelukkig snel kunnen schakelen met de aannemer, waardoor de geplande heiwerkzaamheden niet hoefden op te schuiven; anders waren we zo twee maanden verder geweest. Maar het heeft ons wel veel geld gekost”, vertelt Hommersom.

Lees verder onder de foto's. 

Maar sinds dit voorjaar wordt er dan echt gebouwd aan de honderdvijftig vierkante meter grote soos, gelegen achter de kenmerkende witte villa op Vestdijk 22. Een “doos in een doos” wordt het, zo legt de SSRE-bestuurder uit, met dubbele muren en raampartijen die ervoor moeten zorgen dat elke decibel straks binnenshuis blijft.

De aannemer verwacht de nieuwbouw medio oktober op te leveren, daarna gaat SSRE zelf aan de slag met de afwerking. De feestelijke openingsweek bewaart de vereniging tot half november, als de tentamens van het eerste kwartiel erop zitten.

Representatieruimte

Voor de aankomende Intro in augustus moet in elk geval de zogenoemde representatieruimte op de begane grond van de villa helemaal gereed zijn. Deze ‘repre’ vormt straks de tweede borrelruimte van SSRE, zo’n vijftig vierkante meter groot, die onder meer wordt gebruikt voor constitutieborrels en kennismakingen met disputen uit andere steden. Ook hierin wordt een ‘doos in een doos’ gemaakt om geluidsoverlast te voorkomen. De namen van alle huidige SSRE-leden die onlangs op de wand werden geschreven, zijn daardoor wel vereeuwigd, maar straks dus niet meer zichtbaar.

Lees verder onder de foto. 

Introgangers worden er in augustus welkom geheten tijdens het dagprogramma, “dan kunnen ze alvast zien hoe mooi het hier wordt”. Voor de afterparty’s na middernacht huurt de vereniging een grote zaal (De Schuilplaats) op Stratumseind, waar ze eind mei ook al een feest gaf tijdens de Na Examen Dagen voor aankomende studenten. 

In de rest van de bestaande villa zitten, verdeeld over drie verdiepingen, de nodige vergader- en opbergruimtes; ook komen er een keuken, toiletten en een garderobe. Verder gebeurt er in de oudbouw verbouwingsgewijs voorlopig niet zoveel, vertelt Hommersom; wel heeft de vereniging een meerjarenonderhoudsplan voor haar monumentale pand. Zo wil SSRE op termijn onder andere de gevel laten renoveren, en aan de binnenkant de originele dakconstructie (momenteel weggewerkt achter systeemplafonds) weer zichtbaar maken.

Hommersom zal die renovaties niet meer meemaken als student. Hij begint na de zomer met zijn master Data Science bij JADS in Den Bosch en draagt dan tevens zijn bestuurspost bij SSRE over. Dat neemt niet weg dat hij en huidig SSRE-praeses Fenno van den Eijnde het bouwproces nog een paar maanden zullen leiden, “dit project is nu niet echt overdraagbaar”. Wel gaat hij deze zomer drie weken op vakantie. Lachend: “Het is wel een wat intensiever bestuursjaar geweest dan gemiddeld, denk ik”.