De komende jaren wil het ministerie van Onderwijs de ov-studentenkaart tweehonderd miljoen euro goedkoper maken door studenten uit de spits te halen, maar afgelopen december erkende minister Van Engelshoven dat dit lastig gaat worden. Experimenten met gratis e-bikes en nieuwe collegetijden brengen niet genoeg op.

Die tweehonderd miljoen is bestemd voor het hoger onderwijs en daarom zitten met name VVD, PvdA, D66 en GroenLinks ermee in hun maag: bij het afschaffen van de basisbeurs rekenden ze mede op deze hoge opbrengst. Anders komen ze niet tot een miljard euro voor het hoger onderwijs, zoals ze de buitenwacht voorspiegelden. Critici vermoedden al langer dat deze besparing niet gehaald zou worden.

Complex

De minister wil nog steeds niet morrelen aan de ov-studentenkaart, blijkt uit haar brief van gisteren, maar ze weet nog niet hoe ze dan wél geld kan besparen. Ze spreekt van een complex vraagstuk, “waarvoor geen makkelijke oplossingen bestaan”.

Ze kan niet zomaar tegen de vervoersbedrijven zeggen dat ze minder gaat betalen, legt ze aan de Kamerleden uit: het ministerie heeft immers een contract. “Over de eventuele juridische mogelijkheden om rondom dit contract een besparing te realiseren, win ik momenteel advies in”, schrijft ze.