- Student
- 10/01/2017
URE hoopt op start raceseizoen op eigen bodem
University Racing Eindhoven hoopt het officiële raceseizoen dit jaar te starten op eigen, Hollandse bodem. Het TT-circuit in Assen vormt half juli namelijk het toneel voor de eerste Nederlandse editie van Formula Student, met al jarenlang events op onder andere de Duitse Hockenheimring en het Britse circuit Silverstone.
De plannen voor een Formula Student-evenement in Nederland waren er al een tijdje, weet Jesse Koenders, teammanager van TU/e-team University Racing Eindhoven (URE). Enkele Groningse alumni sloegen de voorbije maanden spijkers met koppen en zetten komende zomer, in samenwerking met onder andere het genoemde TT-circuit, de eerste Nederlandse editie neer.
De competitie in Assen zal volgens Koenders hetzelfde van opzet zijn als de al langer bestaande events in onder andere Duitsland, Oostenrijk, Spanje en Groot-Brittannië. Op het programma staan de bekende ‘statische’ onderdelen zoals scrutineering (waarbij wordt gekeken of deelnemende auto’s aan alle regels voldoen), de designpresentatie, een business- en cost-event. Voor dat laatste wordt volledig geanalyseerd hoe duur een auto eigenlijk is, vertelt Koenders: “Elk boutje en moertje wordt geadministreerd”.
Daarna volgen de dynamische onderdelen, zoals acceleratie op vijfenzeventig meter, skidpad (waarvoor auto’s zo snel mogelijk een achtvormige figuur proberen af te leggen) en de autocross (een kort circuit van ongeveer één minuut). Tijdens laatstgenoemd onderdeel wordt tevens de startpositie voor de endurance bepaald, het ‘koningsnummer’ binnen de Formula Student: “Vergelijkbaar met de autocrossronde, maar dan tweeëntwintig kilometer lang, met halverwege een bestuurderswissel. Achteraf wordt tevens bekeken hoe efficiënt elk team gereden heeft”, legt Koenders uit.
Volgens de masterstudent hebben zich tussen de veertig en vijftig teams vanuit heel Europa ingeschreven voor het evenement in Assen, “binnenkort moeten we de eerste documenten inleveren”. De URE-teammanager verwacht op korte termijn uitsluitsel te krijgen over een eventuele Eindhovense deelname; Nederlandse teams krijgen voorrang, zo heeft de organisatie volgens hem al laten weten.
Hij zou er sowieso raar van opkijken als Eindhoven niet bij de selectie zit; het TU/e-team is al sinds jaar en dag van de partij binnen de Formula Student. Ook studenten van de TU Delft en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen deden al meermaals mee. Verder is er volgens Koenders nog een team van de Groningse Hanzehogeschool actief, dat uiteindelijk echter nog niet met zijn ontwikkelde auto’s heeft kunnen deelnemen. “En dit jaar is voor het eerst ook Zuyd Hogeschool een auto aan het bouwen”, weet hij.
'Ontzettend blij' met Nederlands event
Volgens Koenders is URE “ontzettend blij” met het aankomende evenement in Assen. “De Formula Student is in Nederland nooit echt opgekomen. Mensen kennen soms wel een team, maar hebben geen idee wat de competitie eigenlijk inhoudt en hoeveel mensen er, vanuit verschillende disciplines, voor samenkomen.”
Terwijl de Formula Student volgens de URE-voorman een belangrijke en kansrijke competitie is. Niet alleen als ultieme ingenieursspeeltuin voor studenten van universiteiten en hogescholen, maar ook als mogelijke kiemgrond voor nieuwe ontwikkelingen binnen en nieuw talent vóór de auto-industrie. “Er komen allemaal automotive-bedrijven op af, vaak verbonden aan zo’n team, die er wellicht iets uithalen wat voor hen interessant en bruikbaar is.”
Als URE in Assen mag starten, is dat voor het Eindhovense team het eerste officiële evenement van aankomend seizoen, na een officieus event eerder in het Belgische Hasselt - volgens Koenders bovenal een belangrijk oefen- en testtoneel. Daarna gaat URE nog naar evenementen in Oostenrijk, Duitsland en Spanje. Het team laat Silverstone schieten; volgens de teammanager heeft de Britse organisatie besloten andere regels te gaan hanteren dan de andere evenementen, “wat betekent dat we moeten kiezen”.
De TU/e-studenten zetten dit jaar met hun nieuwe URE12 in op een plek in de top-vijf. Het team hoopt zijn nieuwste elektrische racewagen eind maart rijdend te hebben. Verschillende productieonderdelen stromen binnen, vertelt Koenders; ook de monocoque (het chassis) is bijna klaar. In het EPE-lab van de faculteit Electrical Engineering wordt intussen hard gewerkt aan de motortestopstelling waarmee URE zijn zelfontwikkelde aandrijflijn gaat testen.
Discussie