- Student , Campus
- 27/10/2016
Hulpbehoevende TU/e-student kan vlot terecht bij psycholoog
Studenten aan de TU/e die psychologische hulp nodig hebben, kunnen hiervoor gemiddeld binnen drie weken terecht bij een professional aan de eigen universiteit. Maar in urgentere gevallen wordt “desnoods dezelfde dag nog een gesprek geregeld”, aldus Larisa Camfferman, coördinator Professional Skills & Coaching bij STU.
Het aantal studenten dat hulp zoekt neemt toe, denken 35 studentenpsychologen die geënquêteerd zijn door studentenorganisatie ISO en het Nederlands Instituut voor Psychologen (NIP). De klachten lijken bovendien ernstiger te zijn geworden, blijkt uit hun bevindingen die vorige week zijn gepresenteerd. Vooral hogescholen stellen soms onvoldoende tijd en middelen ter beschikking voor hun studentenpsychologen, aldus ISO en NIP. Die zijn vaak moeilijk te vinden door studenten en de wachttijden voor een behandeling kunnen oplopen tot drie maanden.
Met name de studentpsychologen van universiteiten menen dat het bindend studieadvies invloed kan hebben op de toegenomen hulpvraag van studenten, al zien ze dit niet als de oorzaak van hun problematiek. De invoering van het leenstelsel heeft volgens hen minder invloed.
Ook aan de TU/e ziet men het aantal studenten dat psychologische hulp nodig heeft, groeien. Dit hangt volgens Larisa Camfferman (coördinator Professional Skills & Coaching bij STU) deels samen met de groei van het aantal studenten in het algemeen, maar ook spreekt ze van meer studenten zonder (sterk of nabij) sociaal vangnet. Ook duren trajecten bij de studentenpsychologen volgens haar soms langer doordat studenten moeite hebben om toegang te krijgen tot de reguliere zorg, mede vanwege de stijgende kosten daarvoor.
Hulpbehoevende TU/e-studenten moeten gemiddeld drie weken wachten voordat ze bij STU ‘aan de beurt zijn’. “Die wachttijd houden we scherp in de gaten”, verzekert Camfferman. “Als studenten snel geholpen worden, kunnen ze vaak toe met kortere begeleiding en hebben ze hun studie snel weer op de rit.” Bovendien: “In die drie weken krijgen studenten direct al een verwerkingsopdracht, zodat ze niet drie weken alleen maar zitten te 'wachten'. Deze verwerkingsopdracht vóór het eerste gesprek is één van de redenen waarom studenten vaak met korte begeleiding al geholpen zijn.”
Maar voor sommige studenten is ook de “relatief korte wachttijd van drie weken” te lang, zo weet ze. Als een student dit aangeeft, wordt volgens de coördinator direct een inschatting gemaakt van de urgentie “en desnoods dezelfde dag nog een gesprek geregeld”. Deze optie is alleen van toepassing indien de betreffende psycholoog inschat dat de urgentie echt heel hoog is. "Het is dus niet zo dat een student dat zelf kan bepalen, maar zij geven wel het signaal af."
Onvoldoende tijd
De ondervraagde Nederlandse studentenpsychologen zijn over het algemeen tevreden over de mate waarin ze door hun instelling in staat worden gesteld om studenten “adequaat te helpen”. Maar ze vinden niet dat ze voldoende tijd hebben om studenten “goed te helpen”.
Dat heeft alles te maken met de beschikbare capaciteit. Per hogeschool werken er blijkens de enquête gemiddeld 2,67 studenten psychologen (1,94 voltijdbanen). Dat zijn er aanzienlijk minder dan bij universiteiten die er 4,52 tellen (3,08 voltijdsbanen). Aan de TU/e werken drie psychologen in vaste dienst, “daarnaast hebben we een flexibele schil met vertrouwde collega’s die we extern inhuren”, aldus Camfferman.
Volgens de STU-medewerkster richten de TU/e-psychologen zich op maximaal vijf gesprekken per student, maar dat is volgens haar een richtlijn van de hier gebruikte methodiek en “geen harde regel. We kijken vooral naar wat een student nodig heeft”. In de meeste gevallen zijn studenten in twee tot drie gesprekken geholpen of doorverwezen, “maar meer tijd is ook niet ongewoon”.
Zes van de tien studentenpsychologen in het hbo zijn ontevreden over de huidige capaciteit, tegen veertien van hun 25 collega’s aan de universiteit. Het ervaren capaciteitsprobleem kan volgens het rapport veroorzaakt zijn doordat meer studenten de weg naar de hulpverlening weten zodat de vraag stijgt. Maar het is ook mogelijk dat meer studenten studie- of persoonlijke problemen ervaren.
Druk
Studentenorganisatie ISO vermoedt dat de druk op studenten toeneemt toe door strengere rendementsmaatregelen, de invoering van het leenstelsel en toenemende verdringing op de arbeidsmarkt. “Als een student onder al die druk bezwijkt, moet hij kunnen rekenen op professionele begeleiding”, stelt ISO-voorzitter Jan Sinnige.
Voorzitter Jeanette van Rees van de sectie studentenpsychologen van het NIP roept instellingen op om meer te investeren in deze begeleiding. “Studentenpsychologen zijn een voorziening en geen luxe.”
Samen adviseren ze de instellingen om de wachttijden terug te dringen tot hooguit een maand en om, afhankelijk van de studentenaantallen, een bepaald aantal psychologen in dienst te hebben. Hoeveel dat er per tienduizend studenten precies moeten zijn, laten ze in het midden.
Discussie