- Onderzoek
- 26/01/2016
Michael Boot doet onderzoek naar schone verbrandingsconcepten en schone brandstoffen. Als TU/e Fellow op het gebied van Designer Fuels gaat hij naar eigen zeggen “proberen dit domein de komende jaren op te zetten als heel sterk onderdeel van de TU/e, in samenwerking met industriële partijen”.
Aan het ontwikkelen van nieuwe brandstoffen wordt aan de universiteit al veel langer gewerkt, benadrukt Boot: “Ik wil de verschillende onderzoekslijnen op dat gebied in kaart brengen, de synergie zoeken en een strategisch plan schrijven voor hoe de TU/e in mijn ogen met dit thema zou moeten omgaan”.
Dat hoe, daar heeft Boot uiteraard al ideeën over. “Belangrijkste is in mijn ogen dat je altijd moet denken vanuit de klant - in dit geval de motor die bijvoorbeeld te weinig efficiënt is, of teveel roet uitstoot. Van daaruit probeer je terug te redeneren hoe een veranderde brandstof daarbij zou kunnen helpen. Om vervolgens te bedenken: welke moleculen heb je nodig voor een dergelijke brandstof? En wat is de beste manier om deze, op duurzame wijze, te maken?”
Boot heeft al ruime ervaring met deze omgekeerde manier van het ontwikkelen van een nieuwe brandstof. Als medeoprichter van de startup Progression Industry is hij nauw betrokken bij de ontwikkeling van de designer fuel CyclOx, een brandstof waarvoor veel concrete interesse is vanuit de scheepvaart.
Boot - afgestudeerd en gepromoveerd bij Werktuigbouwkunde en sinds 2010 deeltijd-UD aan die faculteit - is content met zijn benoeming tot Fellow. “Als je in een deeltijdpositie wilt doorgroeien, kun je twee kanten op: je kunt deeltijdhoogleraar worden, waarbij de nadruk op het academische ligt, of je wordt Fellow, dat meer gericht is op het betrekken van het bedrijfsleven bij je onderzoekslijn aan de TU/e. Dat laatste lag veel dichter bij mijn hart en bij wat ik al deed.”
Het Fellowship betreft formeel een benoeming van 0,2 fte, maar Boot ziet zijn zaken niet zo zwartwit: “De belangen van mijn spinoff-bedrijf, waarin de TU/e grootaandeelhouder is, en de belangen van de universiteit bij wat ik als Fellow zou moeten doen, liggen heel erg in elkaars verlengde. De TU/e profiteert van alles wat ik voor mijn bedrijf doe, en alles wat ik als Fellow doe, daar heb ik voor mijn bedrijf weer wat aan. Juist door die synergie kun je die twee banen ook hebben.”
De docent is de twaalfde TU/e Fellow sinds de universiteit in 2014 startte met deze benoemingen.
Bron: faculteit Werktuigbouwkunde
Discussie