‘Onderzoek ST behoort tot meest invloedrijke wereldwijd’
De TU/e-faculteit Scheikundige Technologie behoort tot het selecte gezelschap van meest invloedrijke onderzoeksgroepen wereldwijd op het gebied van chemical engineering. Dat is de conclusie van de zware commissie die het onderzoek op dit vlak onder de loep nam bij de drie Nederlandse TU’s.
Om de kwaliteit van het onderzoek te waarborgen, laten universiteiten periodiek hun facultaire onderzoeksprogramma’s doorlichten door middel van onderzoeksvisitaties. De drie Nederlandse TU’s lieten zo onlangs hun onderzoek op het gebied van chemical engineering beoordelen door een commissie van hoogleraren van vermaarde instituten als MIT en de École Polytechnique Fédérale de Lausanne. Hun rapport is vorige week gepubliceerd.
Het wetenschappelijke werk in Eindhoven is van ‘world class quality’, en daar dragen beide poten van de faculteit (molecular systems & materials chemistry en chemical & process technology) in gelijke mate aan bij, aldus het visitatierapport. De commissie is onder meer onder de indruk van het ‘uitzonderlijk hoge aantal’ nationale en internationale subsidies, het aantal wetenschappelijke toppublicaties, het aantal start-ups en spin-offs en de intensieve samenwerking met de industrie.
Het rapport geeft het onderzoek van de faculteit Scheikundige Technologie dan ook op twee van de drie criteria de hoogst mogelijke score, namelijk onderzoekskwaliteit en relevantie van het onderzoek voor de maatschappij. Zowel Delft als Twente scoort eveneens maximaal op maatschappelijke relevantie, maar deze TU's krijgen van de visitatiecommissie een lager cijfer (een ‘2’ op een schaal van 4 tot 1, waarbij een ‘1’ de beste score is) dan de Eindhovense faculteit.
Alle drie de faculteiten krijgen een ‘2’ voor het criterium viability (levensvatbaarheid). De voornaamste zorg van de commissie voor de TU/e-faculteit Scheikundige Technologie is dat de instroom van scheikundestudenten achterblijft, waardoor er in verhouding minder geld beschikbaar is voor de faculteit. Dit komt deels door de verdeelsleutel die de TU/e zelf aanhoudt, vindt de commissie.
In een officiële reactie laat het College van Bestuur weten dat naar aanleiding van het rapport een discussie is gestart over deze verdeelsleutel. Ook wordt gekeken naar het carrièrepad van onderzoekers (de tenure tracks) en wordt gekeken of via nieuwe leerstoelen een verbinding kan worden gelegd tussen de twee onderzoekspoten van de faculteit.
De commissie is in het algemeen lovend over het onderzoek op het gebied van chemical engineering aan de drie TU’s. Het is in de breedte wereldwijd ‘highly competitive’, schrijft de commissie. “De drie instellingen zijn succesvol in het combineren van chemical engineering en scheikunde en biologie. Dat is in lijn met de internationale ontwikkelingen in dit gebied en soms zijn ze daarin zelfs leidend.”
Bron: Persteam TU/e
Discussie