In vijf minuten zoveel mogelijk punten scoren met yuko's, wazari's of ippons: dat was de vertrouwde opdracht voor Olympisch debutante Verhagen, in 2014 onder meer winnaar van een bronzen medaille op de wereldkampioenschappen. Ze was de eerste vrouwelijke judoka die op de derde dag van de Spelen voor Nederland aantrad na een volgens kenners pittige loting. 

Hortense Diédhiou uit Senegal (nummer 47 op de wereldranglijst) was de eerste opponente die Verhagen maandagmiddag Nederlandse tijd trof op de Olympische mat. De Brabantse stelde zich aanvankelijk voorzichtig op in haar partij tegen de 32-jarige Afrikaanse, die in de eerste minuten van haar vierde Spelen nadrukkelijker de aanval zocht. Maar na wat pareren en aftasten sloeg Verhagen alsnog toe en bezorgde ze zichzelf met een waza-ari en houdgreep de overwinning.

In de achtste finales wachtte Verhagen een taaiere klus. Daar ontmoette ze, niet voor het eerst, Sumyia Dorsjuren uit Mongolië: de nummer één van de wereld. De twee judoka's stonden ook afgelopen mei al tegenover elkaar, tijdens de Judo World Masters in Mexico. De Nederlandse lag hier met dank aan haar Aziatische tegenstander al vroeg uit het toernooi. 

Ook maandag in Rio bleek de 26-jarige Dorsjuren voor Verhagen net een spreekwoordelijk maatje te groot. De studente weerde zich kranig, maar kon tegenover de favoriet niet voor een verrassing zorgen. Ze verloor uiteindelijk op een shido, het kleinste strafpunt, wegens passief gedrag. Daarmee zat het toernooi er na twee rondes op voor de debutante.

Voormalig Olympisch judokampioen Mark Huizinga roemde Verhagen na afloop, ondanks het verlies, om haar prestatie. Hij sprak op Twitter van een 'minimaal verlies tegen nr.1 vd wereld. Dat is knap, maar je hebt er zo weinig aan'. 

Onrustig jaar

De 23-jarige Verhagen maakte haar entree op het Olympisch toneel na een onrustig jaar, dat onder meer in het teken stond van maandenlang revalideren na een fikse hamstring-blessure, onrust binnen de judobond en de schorsing van haar hoofdcoach Mark Earle. Ze zat daardoor vlak voor de Spelen niet optimaal in haar vel, liet ze eind juni weten - fysiek noch mentaal. Desondanks zei de bedrijfskundestudente in Rio te zullen gaan knokken voor het eremetaal: "Het is niet onmogelijk." 

Nederland vaardigde dit jaar een recordaantal van elf judoka's (één per gewichtsklasse) af naar de Spelen. Verhagen plaatste zich als enige van die elf niet rechtstreeks, maar bemachtigde alsnog een ticket via een continentale ranking. 

Ook TU/e-studente en roeister Lisa Scheenaard (Bouwkunde) maakt deel uit van de Nederlandse equipe in Rio, als eerste reserve voor de vrouwen dubbelvier. Ze hoefde tot dusver echter niet aan de bak en die kans is ook klein, vertelde ze vorige maand al: "Ik ga er vanuit dat ik niet zal starten - tenzij iemand bijvoorbeeld z’n been breekt of het op een andere manier goed misgaat".