TU/e-studenten ontwerpen vliegende hulp in huis
Een nieuw team van TU/e-studenten gaat een drone bouwen voor in huis. De vliegende ‘huisvriend’ moet zelfstandig zijn weg kunnen vinden en kleine klusjes kunnen doen. Half januari moet de drone klaar zijn; in april moeten meerdere exemplaren ervan te bewonderen zijn tijdens het Dream & Dare Festival ter ere van zestig jaar TU/e.
Blue Jay is de naam van het nieuwe, vooralsnog vijftienkoppige studententeam dat vorige week, na enkele maanden van ‘ondergrondse’ voorbereiding, echt van start is gegaan. Het project komt voort uit de lustrumcommissie van de TU/e, die het zestigjarig bestaan van de universiteit in 2016 voorbereidt. Tijdens een driedaags festival eind april wil de universiteit volgens commissielid Tessie Hartjes “de rest van de wereld laten zien waar we hier mee bezig zijn en hoe dat er in de toekomst uit zou kunnen zien”.
En, zo vervolgt Hartjes, tevens teammanager van Blue Jay: “Dan wil je niet wéér een nieuwe auto presenteren”. Want in het ontwikkelen van innovatieve auto’s hebben Eindhovense studententeams inmiddels een aardige reputatie opgebouwd - maar drones zijn aan de TU/e een relatief nieuw onderzoeksgebied, met massa’s mogelijkheden, stelt Lex Hoefsloot van Blue Jay. Wel stortten enkele studenten bij Electrical Engineering zich eerder al op het onderwerp voor hun bachelor-eindproject; daarnaast is dit collegejaar een honorstrack rond quadcopters -een type drone- gestart.
Volgens Hartjes biedt de dronetechnologie veel meer dan er nu uit wordt gehaald, onder meer vanwege de snelheid en bewegingsvrijheid van een drone. “Mensen zien het vooral nog als een gimmick óf associëren het met oorlogsvoering. Drones hebben daardoor best een slecht imago. Wij willen daarin verandering brengen.”
De inzet is het maken van een domestic drone: een drone voor in huis, veilig, vriendelijk en behulpzaam, die autonoom zijn weg vindt. “Je kunt de drone bijvoorbeeld de opdracht geven: ‘haal mijn blikje cola’ of ‘zoek mijn sleutels’. Dat lijken simpele opdrachten, maar het is ontzettend moeilijk om dat voor elkaar te krijgen.” Hoefsloot vult aan: Als je eenmaal een drone hebt die zelfstandig objecten kan oppakken en bezorgen, kun je ‘m bijvoorbeeld ook inzetten om medicijnen rond te brengen in een ziekenhuis.”
Op langere termijn, zo droomt Hartjes hardop, zou de drone niet alleen concrete opdrachten kunnen herkennen en uitvoeren, maar ook kunnen anticiperen op sferen en stemmingen. “Stel je voor dat hij bijvoorbeeld aan jouw stem hoort dat je een beetje prikkelbaar bent, waarop hij heel rustig en zwierig gaat vliegen om jou wat te kalmeren.”
Krappe planning
Dergelijke extraatjes zijn vooralsnog echter toekomstmuziek. De planning van het team is namelijk krap: half januari hopen de studenten hun beoogde drone gereed te hebben, om in de weken erna op te schalen naar meerdere exemplaren. Hartjes: “We hebben dan ook geen tijd om alles zelf uit te vogelen.”
De studenten laten zich daarom bijvoorbeeld dankbaar adviseren door een zelf-knutselende dronefanaat die ze vonden via Tweakers, maar ook door TU/e-robotteam Tech United, dat met name voor zijn zorgrobots deels met vergelijkbare technologieën werkt en al de nodige ervaring opdeed met indoor navigatie.
Ook sloeg Blue Jay de handen ineen met het Eindhovense bedrijf Avular, opgericht door oud-TU/e’ers, dat drones voor industriële inspectie bouwt. Hartjes: “We kochten dezelfde hardware- en software als Avular gebruikt en met die basis zijn we gaan spelen.” Hoefsloot vult aan: “We hebben een cyclus waarin we proberen elke twee weken een werkende nieuwe of verbeterde versie van de drone te ontwikkelen. Dat gaat echt heel hard.”
De basis van de drone is een reguliere quadcopter: “Vier propellers, een x-frame ertussen en in het midden wat intelligentie en een batterij - dat is ons vertrekpunt”, vat Hoefsloot samen. De drone krijgt straks een vriendelijk ogend omhulsel dat het bovendien veilig maakt om hem aan te raken. Een eerste schets daarvan ligt er, maar met de uiteindelijke look and feel van de drone kan het nog alle kanten op, benadrukt Hoefsloot.
Vertrouwen
Grootste uitdagingen voor het team zijn het ontwikkelen van een degelijke grijper waarmee objecten kunnen worden opgepakt en het zelfstandig laten navigeren van de drone. “Het belangrijkste is dat de drone vertrouwen wekt”, stelt Hoefsloot, “dat hij zijn taken overtuigend uitvoert en dat mensen zich veilig voelen in zijn buurt “.
De kosten per drone liggen volgens Hoefsloot tussen de duizend en vijfduizend euro per stuk. Blue Jay krijgt hiervoor financiële ondersteuning vanuit de TU/e en is daarnaast volop op zoek naar sponsoren. Het studententeam is met meerdere bedrijven in gesprek, waaronder ASML en 3D-printbedrijf Shapeways.
Een idee is om deze drones in april, tijdens het lustrumfestival, aan het werk te zetten in een zogeheten drone-café, waar ze bestellingen van bezoekers opnemen en drankjes serveren. “Zo’n ervaring vergeten bezoekers nooit meer”, denkt Hartjes.
Of de TU/e de drone ook op langere termijn zou moeten omarmen als onderzoeksveld? Ja, vindt Hoefsloot, die eerder mede aan de wieg stond van Solar Team Eindhoven: “Er zit heel veel technologie die ook binnen ándere gebieden toepasbaar is. Autonome auto’s gebruiken bijvoorbeeld ongeveer dezelfde technologie als onze drone om autonoom te kunnen rijden. Op dat vlak doen we al het nodige, maar er valt ook nog veel te leren. Dit project is nu ontstaan vanuit het lustrum, maar ik denk dat de TU/e de opbrengst van onze effort van dit jaar zeker niet moet weggooien.”
Blue Jay kan nog versterking gebruiken, vooral aan de organisatorische kant. Het team zoekt bij voorkeur studenten die zich hiervoor minstens twee dagen per week kunnen inzetten. Interesse? Meld je bij Tessie Hartjes.
Discussie