- Student
- 25/02/2015
Studenten en docenten maken zich zorgen over de plannen met het promotieonderwijs, schrijven meer dan honderd leden van universitaire medezeggenschapsraden en lokale promovendiorganisaties in een brief aan universiteitsbestuurders. Ze vrezen voor verlies van talent en verslechtering van het niveau van wetenschappelijk onderzoek. Ook zouden promotiestudenten slechter voorbereid zijn op een academische carrière omdat ze tijdens hun promotietraject geen onderwijs geven.
In de brief worden de universitaire bestuurders opgeroepen de kritiek te bespreken met hun eigen medezeggenschap en roepen op niet mee te doen aan het experiment als de problemen niet eerst worden opgelost. De TU/e heeft eerder al laten weten niet mee te zullen doen aan het experiment.
Minister Bussemaker van OCW kondigde begin februari een experiment aan: universiteiten mogen de komende acht jaar een beperkt aantal promovendi behandelen als student, in plaats van als werknemer. Promovendi krijgen dan een studiebeurs in plaats van een salaris, waardoor ze voor universiteiten goedkoper zijn. De sociale lasten hoeven immers niet betaald te worden.
Eerder spraken het Promovendi Netwerk Nederland, studentenorganisaties en landelijke vakbonden zich al uit tegen het plan, en ook in de Tweede Kamer stuit het idee op weerstand.
In een schriftelijke vragenronde blijkt zelfs regeringspartij PvdA kritisch. De partij maakt zich zorgen over de aantrekkingskracht van Nederland voor buitenlandse promovendi en vraagt zich af wat de verandering betekent voor de kwaliteit van onderzoek. Ook lijkt de PvdA niet blij met de omvang van het experiment. Er mogen tweeduizend promovendi worden aangenomen met een studiebeurs en de partij vraagt zich af of dat er niet te veel zijn.
Hoewel universiteitenvereniging VSNU al jaren pleit voor de vrijheid om promovendi een beurs te geven in plaats van een salaris, hebben de universiteiten van Tilburg, Eindhoven en Nijmegen al aangegeven niet mee te doen aan het experiment. Ook de Universiteit Utrecht ziet er voorlopig weinig in.
Andere universiteiten moeten hun deelname nog bespreken met de medezeggenschapsraden. In hun aanvraag bij de minister moeten bestuurders het standpunt van de raden meesturen.
Discussie