- Onderzoek , Student
- 22/04/2015
Promovendi haken massaal af, meldde het Hoger Onderwijs Persbureau vorige week. Aan sommige universiteiten weet minder dan de helft binnen zes jaar het doctoraat te behalen. En dat terwijl het kabinet universiteiten juist wil aanmoedigen om meer promovendi te werven. Aan de TU/e is de slaagkans van een promovendus landelijk gezien overigens het hoogst: hier is na zes jaar tachtig procent gepromoveerd.
“Schrikbarend”, reageert Tweede Kamerlid Pieter Duisenberg van de VVD op de hoge nationale uitvalcijfers. “Als dit waar is, hebben we een megaprobleem.” Universiteiten zouden snel voorstellen moeten doen om de promotieopleiding te verbeteren, zoals ze ook het bachelor- en masteronderwijs aanpakken.
Mei Li Vos van de PvdA sluit zich daarbij aan: “Je zou willen dat universiteiten die zo veel afhakers hebben, als de wiedeweerga gaan kijken hoe dat komt. Het is een ontzettende kapitaalvernietiging, zowel van mensen als van geld.”
“Het is heel opvallend dat de verschillen tussen universiteiten zo groot zijn”, zegt Michel Rog van het CDA. “Ik zou de academische wereld willen oproepen: kijk eens waarom het op sommige universiteiten wel goed gaat en op andere niet. Juist van de academische wereld mag je verwachten dat er goed gekeken wordt naar de oorzaken.”
De cijfers roepen de vraag op of het kabinet inderdaad moet inzetten op meer promovendi, zoals in de ‘wetenschapsvisie’ staat. “Dat is weer zo’n doelstelling van een kabinet dat alleen naar aantallen kijkt en niet naar kwaliteit”, verzucht Jasper van Dijk van de SP. “En daar schort het dus aan: de kwaliteit. Promovendi moeten betere begeleiding krijgen. We moeten ons niet blindstaren op aantallen. Daarom moet dat experiment met promotiestudenten ook onmiddellijk van tafel.”
Want dat is een van de voorstellen waarmee het kabinet het mogelijk wil maken dat universiteiten meer promovendi werven: ze mogen gaan experimenteren met goedkope promotiestudenten. Tot nog toe zijn promovendi in Nederland over het algemeen werknemers en moeten universiteiten pensioen en sociale premies voor hen betalen.
Van Dijk is mordicus tegen de komst van de studentpromovendus, maar zijn collega Duisenberg van de VVD denkt juist dat het nieuwe systeem “deel van de oplossing” is: promotiestudenten kunnen zich helemaal op hun proefschrift storten zonder zich om bijkomende werkzaamheden druk te maken. Zo ziet Duisenberg ook een van zijn andere plannen: hij pleit voor meer professional doctorates, oftewel promoveren in het bedrijfsleven, met onderzoek waar het bedrijf iets aan heeft: “Dat kan de betrokkenheid bij het onderzoek vergroten.”
Dat zoveel promovendi tussentijds afhaken wil niet zeggen dat we maar moeten stoppen met het aanmoedigen van promoveren, vindt ook Rog. “We moeten goed onderzoeken hoe we succes kunnen versterken en falen kunnen voorkomen. Daarnaast grijpen we de kans om te kijken naar andere vormen om afgestudeerden zich te laten ontwikkelen. Pakt het experiment met de promotiestudenten goed uit, dan is het misschien iets om mee door te gaan. Maar we gaan niemand ertoe verplichten, het is een extra kans.”
Discussie