- Onderzoek
- 19/11/2014
Meer dan helft Projectruimte-gelden FOM naar TU/e
Bij drie van de zes subsidies uit de meest recente ronde van de Projectruimte van onderzoeksfinancier FOM zijn onderzoekers van Technische Natuurkunde betrokken. In totaal gaat zelfs 1,5 miljoen van de toegekende 2,3 miljoen euro naar deze TU/e-faculteit. Het geld wordt gestoken in onderzoek naar lichtbronnen op chips, de functie van biomoleculen en dataopslag met magnetische wervels.
In de eerste van de projecten gaat Henk Swagten (groep Physics of Nanostructures) samen met collega’s uit Utrecht de mogelijkheden onderzoeken van zogeheten skyrmionen: lokale wervelachtige structuren in magnetische materialen. De hoop is dat deze structuren dienst kunnen doen als magnetische bits voor dataopslag. Door de geringe afmetingen van zo’n skyrmion (waarschijnlijk slechts enkele nanometers) zou het maar weinig energie kosten om ze met kleine elektrische stroompjes te verplaatsen.
In het project dat is aangevraagd door Peter Zijlstra (groep Molecular Biosensors for Medical Diagnostics) wordt onderzocht hoe je gouden nanodeeltjes kunt gebruiken om biomoleculen en hun functie te bestuderen. Zijlstra en zijn collega’s willen hiervoor nieuwe nanodeeltjes ontwikkelen. Gecombineerd met nieuwe optische methoden zou je met de gouden nanodeeltjes biomoleculen kunnen detecteren in complexe biologische omgevingen zoals bloed of levende cellen.
Het laatste project, geleid door Erik Bakkers en Jos Haverkort (groep Photonics and Semiconductor Nanophysics), draait om een nieuw type silicium, met een andere kristalstructuur dan het silicium dat wordt gebruikt om chips van te maken. Gemengd met germanium zou dit hexagonale silicium een materiaal vormen dat licht kan uitzenden, waardoor er onder meer ‘lasers op een chip’ van kunnen worden gemaakt voor optische communicatie.
De Projectruimte is één van de subsidie-instrumenten die FOM heeft om natuurkundig onderzoek te financieren. De Projectruimte maakt kleinschalige projecten mogelijk voor fundamenteel onderzoek met een vernieuwend karakter en een aantoonbaar wetenschappelijke, industriële of maatschappelijke urgentie. Een deel van de middelen hiervoor komt uit de gelden van het Sectorplan natuur- en scheikunde.
Discussie