Archieffoto | Bart van Overbeeke

Stijgende lijn in aantal vrouwelijke UD’s

Waar in 2012 het aantal nog flink achterbleef, was in 2013 bijna de helft van de nieuwe universitair docenten (UD) een vrouw. In het eerste kwartaal van 2014 stroomden geen vrouwelijke UD’s in of uit. Het College van Bestuur had halverwege 2012 als streven gesteld dat tenminste de helft van de nieuw aangestelde UD’s in 2012 en 2013 vrouw moest zijn. Daarbij is overwogen om de faculteiten die achterblijven bij die doelstelling alleen nog vrouwelijke UD’s te laten aannemen. Die maatregel is vooralsnog van de baan.

De uitspraak van rector prof.dr.ir. Hans van Duijn tijdens de universiteitsraadsvergadering in april vorig jaar, dat enkele faculteiten wellicht alleen nog maar vrouwelijke universitair docenten mogen aannemen, leidde destijds tot aardig wat commotie. Uiteindelijk gaat dit niet door. In 2013 kwamen er (volgens cijfers van Dienst Personeel en Organisatie) 16 vrouwelijke UD’s bij, tegenover 18 mannelijke UD’s. Dit komt neer op 47 procent. Ter vergelijking: in 2012 zaten bij de 21 nieuw aangestelde UD’s slechts twee vrouwen. In het eerste kwartaal van dit jaar zijn geen vrouwelijke UD’s in- en uitgestroomd. In diezelfde periode zijn vijf mannelijke UD’s ingestroomd en drie uitgestroomd.

De (universiteitsbrede) 50%-afspraak is bewust niet een-op-een doorvertaald naar iedere individuele faculteit, laat collegelid mr. Jo van Ham in een reactie per mail weten. Als reden daarvoor noemt hij dat het per faculteit verschilt welke factoren een rol spelen bij de realisatie van de goede man-/vrouwverhouding. Zo hangt het samen met de strategische koers en financiële ontwikkelingen van een faculteit. En ook van het aantal verwachte uitstromers dan wel doorstromers in het personeelsbestand. In onderstaande tabel een overzicht van de streefcijfers en de resultaten voor 2013 per faculteit. Die ambities hebben ze zelf opgesteld -op basis van de situatie en context- en die zijn in overleg met het College van Bestuur vastgelegd.

Van Ham benadrukt dat de kwaliteit van de kandidaten voorop blijft staan en doorslaggevend is. Ook laat hij weten dat eerder gemaakte afspraken met zittend personeel over doorgroei niet worden geschonden. Om verdere groei van het aantal vrouwen in UD-posities te bevorderen, heeft de TU/e ook in 2014 en 2015 de doelstelling gezet dat tenminste vijftig procent van de nieuwe universitair docenten vrouw moet zijn.

Onderstaande tabel laat zien welke streefcijfers (uitgedrukt in percentages) de verschillende faculteiten hadden voor eind 2013 en wat ze uiteindelijk hebben gehaald. (Bron: Dienst Personeel en Organisatie)

Streefcijfers % vrouwelijke UD’s ultimo 2013

Resultaat % vrouwelijke UD’s ultimo 2013

 

 

 

TU/e totaal

18

19

TN

4

8

W&I

11

9

W

12

10

EE

11

11

ST

14

16

B

32

32

IE&IS

26

30

BMT

33

31

ID

14

21


Deel dit artikel