Instellingstoets positief bevonden door NVAO
Het College van Bestuur maakte vandaag bekend dat het bestuur van de NVAO (Nederlands Vlaamse Accreditatieorganisatie) de Instellingstoets kwaliteitszorg definitief heeft goedgekeurd. Het afsluitend adviesrapport komt in grote lijnen overeen met de bevindingen van de toetsingscommissie die eind vorig jaar de TU/e bezocht.
"We gingen er wel van uit dat de zaak goed zat, maar het is toch wel lekker om de bevestiging daarvan nu ook in de vorm van deze brief van het bestuur van de NVAO in huis te hebben", zegt rector Hans van Duijn. Vijf maanden terug had hij ook opgelucht gereageerd toen de accreditatiecommissie meedeelde een positief advies te gaan afgeven bij het NVAO-bestuur.
De zaken die toen bij de mondelinge reactie van commissievoorzitter Kees Mouwen de revue passeerden, komen ook weer grotendeels voorbij in het bijgevoegde adviesrapport. De commissie vindt onder meer dat de TU/e 'de formele kant van de kwaliteitscultuur sterker kan aanzetten'.
Van Duijn begrijpt dat er een aantal zaken duidelijker moeten worden vastgelegd, maar hij zegt er direct bij te willen waken voor het doorschieten in meer bureaucratie. Van Duijn: "Zo moet bijvoorbeeld duidelijker worden vastgelegd wat de status is van de deans van het Bachelor College en de Graduate School en van de organisatievormen die daarbij horen. Daar werken we aan. Maar het moet wel leuk blijven."
De opmerking dat door alle ontwikkelingen op onderwijsgebied en de groei van de instroom het meten van de werkdruk een aandachtspunt moet zijn, onderschrijft Van Duijn ook. "Daar doen we nu al navraag naar binnen de faculteiten. We kijken ook waar zich groei voordoet en als die groei een blijvend karakter heeft zullen we extra geld beschikbaar stellen voor meer docenten. Want de opbrengst van die groei ziet een faculteit vaak pas na enkele jaren binnenkomen."
Ook de opmerking dat het toetsbeleid beter moet worden uitgewerkt, kan Van Duijn onderschrijven. "We wisten vorig jaar juni al dat dat echt nog een zwak onderdeel was bij ons. Het is niet echt formeel beschreven voor de hele universiteit, het is te versnipperd. Daar zijn we nu echter ook mee aan de slag en voor het eind van dit kalenderjaar moet er een goed toetsbeleid voor de hele universiteit geformuleerd zijn. Dat is belangrijk, want het is een garantie voor de kwaliteit van onze diploma's."
Tot slot zegt Van Duijn te hopen dat door deze goed verlopen Instellingstoets, die een looptijd heeft van zes jaar, de individuele accreditaties van opleidingen nu aanzienlijk lichter van aard zullen zijn. "Al ben ik daar nog niet helemaal van overtuigd", besluit hij wat sceptisch.
Discussie