De toekomstige baas van ASML, Peter Wennink, hield donderdagavond in het Evoluon alle opties open tijdens het symposium ´Flexibiliteit in de Keten´van vakbond de FNV. Maar hij gaf duidelijk aan dat in zijn ogen het aantal wetenschappers in de Brainportregio te gering is om daar een topinstituut op te bouwen.

ASML heeft vier universiteiten verzocht om een plan te ontwikkelen voor een wetenschappelijk researchcentrum. Het bedrijf dat in Veldhoven complexe machines maakt voor de productie van geïntegreerde schakelingen zoals IC’s of chips, wil graag een onderzoeksgroep bundelen met eigen hoogleraren en zo´n honderd promovendi die onderzoek doen in opdracht van ASML. De TU/e moet hierbij de concurrentie aangaan met Aken, Nijmegen en Amsterdam.

Dat ASML op een steenworp afstand ligt van de TU/e, is een klein voordeel maar weegt nauwelijks in de toekomstplannen van het gerenommeerde hightech bedrijf. De onderneming ziet voor zichzelf namelijk geen rol als aanjager om het wetenschappelijk onderzoek in de Brainportregio te vergroten. Volgens Wennink is het eenvoudiger om iets op te zetten in een regio die qua omvang wel voldoende potentie bezit op de vakgebieden wiskunde en mechatronica.