De Tweede Kamer praat vandaag over het experiment met het bindend studieadvies in latere studiejaren. Minister Jet Bussemaker van Onderwijs wil universiteiten en hogescholen de gelegenheid geven om treuzelaars weg te sturen, ook als ze al in hun tweede of derde studiejaar zitten. Op dat plan kreeg ze vorige week veel kritiek.

Het is allang gebruikelijk dat studenten in hun eerste studiejaar veertig of vijftig studiepunten moeten halen om door te mogen naar het tweede jaar. Halen ze de norm niet, dan krijgen ze een ‘bindend studieadvies’.
Maar op treuzelen staat in latere studiejaren geen sanctie. Sommige universiteiten en hogescholen willen hun studenten sneller door hun studie loodsen en de dreiging van een bindend studieadvies ook in latere jaren gebruiken.

Daarmee mogen ze van de minister gaan experimenteren, zolang het niet om het laatste studiejaar gaat. Dus universiteiten mogen dit in het tweede bachelorjaar doen en hogescholen in het tweede en derde bachelorjaar.

Dat laatste vindt de PvdA te ver gaan. “Het is ook niet nodig”, denkt Kamerlid Mohammed Mohandis. “Een experiment moet je kleinschalig houden. Kijk eerst eens naar de resultaten in het tweede studiejaar.”
Hij wil bovendien dat het experiment minder studenten zal treffen. “In het vorige debat was het mantra dat hooguit de helft van de onderwijsinstellingen mee mag doen. Maar als dat toevallig de twaalf grootste zijn, dan is het toch nog een groot experiment.”

Eigenlijk zou hooguit tien procent van de studenten met het experiment in aanraking mogen komen, vindt Mohandis. “Dan houd je de kleinschaligheid intact.” Hij overweegt ook daarover een motie in te dienen.