Tom Vrancken: “Ik heb mijn studietijd wel gemaximaliseerd”
PDEng op weg naar WK raften
Voor het eerst heeft Tom Vrancken (32 jaar oud) het gevoel dat hij genoeg heeft meegemaakt van het studentenleven. In 2006 kwam hij voor het eerst op de TU/e-campus, in oktober 2021 zal hij er naar verwachting zijn laatste bul komen ophalen. Dan heeft hij zijn PDEng afgerond en kan hij eens verder gaan kijken in het bedrijfsleven. Het is niet uitgesloten dat Vrancken terugkomt, onderwijs geven blijft een van z’n passies. Een andere hartstocht betreft het peddelen over water, of dat nu in een kano, een drakenboot of een raft is. Deze maand doet hij mee aan het WK raften in Frankrijk.
Het was voor Tom redelijk logisch dat hij na het afsluiten van zijn master Computer Science and Engineering nog even verder zou gaan aan de TU/e. “Al tijdens mijn bachelorstudie zag ik op een infodag dat een ontwerpersopleiding of PDEng echt iets voor mij is. Ik wil me niet vier jaar bezighouden met één specifiek onderwerp zoals promovendi doen, maar me liever twee jaar verbreden op professioneel vlak en me inhoudelijk verdiepen. In plaats van softwareontwikkelaar, een functie waar veel afgestudeerde masters mee beginnen, wil ik me opwerken naar softwareontwerper en uiteindelijk softwarearchitect. Daar lijkt deze PDEng Software Technology voor in het leven geroepen.” Tom vindt zijn afstudeerproject bij Philips op de High Tech Campus uitdagend en leerzaam. “Het is gaaf om aan een complex ontwerpvraagstuk van een echt product te mogen werken.”
Om terug te komen op zijn leeftijd: “Leeftijd zegt niks, ik voel me nog steeds thuis op de TU/e.” Dat konden we trouwens uit zijn inspanningen voor het zomerkamp van de Eindhovense Studenten Kano Vereniging Okawa al opmaken. “Ik ben inmiddels wel een van de papa’s binnen de groep”, zegt hij laconiek.
Topsporter
Toen Tom als 17-jarige naar de TU/e kwam, hoorde hij al bij de beste kanoërs van Nederland. Als middelbare scholier was hij geselecteerd voor de juniorenselectie, als eerstejaars student trad hij toe tot de seniorenselectie. Hij kwam in aanmerking voor een topsportstatus. “Je kan op basis van deze status aanspraak maken op een beurs uit het TU/e-profileringsfonds om te compenseren voor studievertraging en je mag je tentamens verzetten indien deze samenvallen met belangrijke wedstrijden of trainingskampen. Ik had vooral contact met de studieadviseur om in samenspraak vakken door te schuiven naar volgende studiejaren.”
Ieder jaar werd het curriculum overhoop gehaald; een roostertechnische nachtmerrie.
Het was in zijn bachelorjaren een roostertechnische nachtmerrie, om zijn vakken te plannen. “Ik begon mijn studie Technische Informatica met een rooster van drie trimesters, kreeg toen te maken met semesters en heb tenslotte ook kwartielen meegemaakt. Ieder jaar werd het curriculum overhoop gehaald.” Hij deed er zes jaar over om z’n eerste bul te halen. “Ik heb daar trouwens niet wakker van gelegen, ik heb mijn tijd nuttig besteed aan sport, heb een extra minor gedaan en alvast wat mastervakken gehaald. Daarnaast was ik als student-assistent actief bij studievoorlichting en het begeleiden van vakken.”
Op die manier merkte Tom dat hij lesgeven erg leuk vindt en omdat de mogelijkheid er was om verkort de lerarenopleiding bij ESoE te volgen, heeft Tom nu ook een onderwijsmaster en een lerarenbevoegdheid Informatica op zak. “Kan altijd van pas komen.”
Okawa
In zijn eerste studiejaren heeft Tom “best wat heeft laten staan voor de topsport” maar toen de bond de kanoërs verplicht liet trainen op de Bosbaan in Amsterdam en het wat rommelde binnen de technische staf, was het voor Tom even genoeg. “Ik wilde mijn lichaam een jaar rust gunnen en besloot tijdelijk te stoppen om nog wat van het studentenleven mee te pikken.”
En dat lukte! Hij werd lid bij Okawa en het voelde of hij zeeën van tijd had. Het eerste bestuursjaar dat hij als secretaris bij de Sportkoepel ESSF volbracht, smaakte naar meer. “Organiseren en besturen vond ik leuk en nuttig.” Het jaar daarna was hij vice-voorzitter bij Okawa (een peuleschil vergeleken bij ESSF) en nog een jaar later was hij er voorzitter.
Ondertussen had hij mee gepeddeld bij het grootse Drakenbootfestival in China waar hij Nederland vertegenwoordigde in de Holland 22. Het trainen in zo’n grote boot met twintig vaarders, een stuurman en een trommelaar, op de Alkmaarse grachten was al geweldig, het avontuur in China is onvergetelijk.
Toen Tom in 2016 ook nog in het bestuur van de landelijke Stichting Studentenwintersport belandde, besefte hij dat hij met al die activiteiten en een masterstudie niet echt terug kon naar de topsport.
Wild water
Met Okawa beleefde Tom mooie avonturen op wilde stromen overal in Europa en ook tweemaal in Oeganda. Hij realiseerde zich dat hij als kanoër altijd vooral een individuele sporter was geweest en kreeg wel zin in een teamprestatie. “Paar jaar terug ontmoette ik op Corsica een jongen die rafte. Daarbij moet je met vier of zes personen de boot door een rivier manoeuvreren. Harken en gasgeven is het eigenlijk, waarbij het ritme van de ploeg en de balans van de boot erg belangrijk zijn. Daarnaast is het belangrijk om het raft over de snelste lijn naar beneden te sturen.”
Vanaf 2019 trainde Terminator Tom - zo staat ie bekend bij Okawanen omdat hij een ronde bulletcamera op zijn helm heeft -, mee met de rafttop van Nederland. Die trainen -oh toeval- op het water bij de Volmolen in Waalre. “De meeste Nederlandse wildwater toppers zijn bij de Volmolense kanovereniging grootgebracht.” Het Volmolen Energy Team, waar Tom dus lid van is, heeft zich (al meermaals) geplaatst voor het WK Raften. De editie van 2019 zou gehouden worden in het Chinese Wuhan, maar die viel vanwege Covid19 in het water (Toms woorden, red.).
De meeste Nederlandse wildwater toppers zijn bij de Volmolense kanovereniging grootgebracht.
Er is, sinds corona de wereld veroverde, geen enkele raftwedstrijd voor Tom geweest. Toch bleef hij trainen. “Ik heb skeelers en een racefiets gekocht en in de tuin bij mijn vader kon ik met trainingsmateriaal dat ik nog had van m’n topsporttijd aan de slag. Ik ben fit.” Sinds de eerste lockdown-versoepelingen heeft VET naar competitie gezocht, maar rafters moeten altijd wachten tot in het voorjaar voldoende sneeuw gesmolten is om water in bergdalen te hebben.
Nu mag VET aantreden in de Durancevallei in de Franse Alpen. Bekend terrein voor Tom, hij is er al zeker vijf keer eerder geweest met Okawa. Van 28 juni tot en met 3 juli zijn daar dertig landenploegen met in totaal 350 atleten. VET zal met een R4 (een vierpersoonsraft) Nederland vertegenwoordigen in de categorieën slalom, down river en head-to-head. Dat laatste is een afvalronde waar telkens twee boten tegen elkaar strijden.
“Ik was echt klaar met mijn topsportcarriere, maar voel me heel gelukkig dat ik nu mee mag liften met een ervaren ploeg om nog een WK mee te pakken”, zegt Tom. “Ze moeten me niet meenemen om mijn stuurmanskunst, maar ik ben wel een doorzetter en kan door veel kajakervaring de stromen en kolken goed lezen. En hard genoeg aan de peddels sleuren. Wellicht zit er nog een doorstart van mijn topsportcarrière in.”
De uitslagen van het WK raften is voor stuurlui aan wal te volgen via deze link.
Als VET de laatste prestatie heeft neergezet, kan Tom z’n papa-rol bij Okawa weer op zich nemen. In de Durancevallei zal aansluitend hun zomerkamp worden gehouden. “Dit zal naar verwachting niet mijn laatste studentenactiviteit zijn, want voorlopig blijf ik nog wel even lid bij Okawa. Ervaren leden zijn zeer gewenst binnen de club als trainer/instructeur en om buitentochten te begeleiden en ik ben het nog lang niet zat.”
Alle foto's in dit verhaal komen uit de privécollectie Tom Vrancken.
Discussie