

Sluitstuk | Zonnecel van de toekomst
Promovendus Mike Pols bestudeerde perovskieten, een veelbelovend materiaal voor gebruik in zonnecellen
Zijn unieke kristalstructuur en bijzondere eigenschappen maken van perovskiet een veelbelovende kandidaat voor de zonnecel van de toekomst. Maar voordat het zover is, moeten eerst nog flink wat uitdagingen worden overwonnen. In zijn thesis biedt Mike Pols meer inzicht in de processen binnen dit materiaal – kennis die kan bijdragen aan het verbeteren van de stabiliteit van perovskieten. Vandaag verdedigt hij zijn proefschrift aan de faculteit Applied Physics & Science Education.
Dankzij zijn dubbele bachelor en master heeft Pols zowel een achtergrond in scheikunde als natuurkunde – precies de expertise die nodig is voor zijn onderzoek naar materialen voor elektronische toepassingen, zoals zonnecellen, LED’s en fotodetectoren. “In onze onderzoeksgroep bestuderen we welke processen in het materiaal plaatsvinden, met als doel het materiaal te verbeteren voor verschillende toepassingen”, legt hij uit. “In tegenstelling tot sommige andere groepen doen we dit puur op basis van simulaties.”
Het materiaal waar hij zich mee bezighoudt, is perovskiet – een mineraal dat bijzonder veelbelovend blijkt te zijn voor het gebruik in zonnecellen. In zijn werk houdt hij zich bezig met een specifieke klasse perovskieten – halide perovskieten – die de potentie hebben om silicium te vervangen en de basis te vormen voor een nieuwe generatie zonnepanelen.
Uniek, maar instabiel
“Perovskiet is een mineraal met unieke eigenschappen”, vertelt hij. Doordat halide perovskieten heel goed licht absorberen, zijn ze bijzonder geschikt voor gebruik in zonnecellen. Bovendien zijn ze makkelijker en goedkoper te maken dan siliciumzonnecellen, terwijl ze bijna dezelfde efficiëntie bieden. Dit maakt ze ideaal voor toepassingen waarbij gewicht een belangrijke rol speelt, zoals op zonnepanelen voor gebouwen of op voertuigen.
Toch heeft het materiaal ook nadelen, geeft Pols toe. “Het grootste nadeel is dat het materiaal erg instabiel is en snel uit elkaar valt.” Huidige perovskieten blijven normaal gesproken hooguit drie maanden stabiel. “Stel je voor dat ik zo’n zonnepaneel aan iemand verkoop en het valt na drie maanden uit elkaar. Daar word je niet blij van, zoals je begrijpt”, zegt hij met een glimlach. “Een van de grote uitdagingen is dus: hoe krijg je het materiaal stabiel?”
Eigenschappen aanpassen
Gelukkig is het materiaal bijzonder modulair, wat betekent dat de chemische samenstelling en kristalstructuur van perovskieten relatief eenvoudig kunnen worden aangepast door verschillende elementen toe te voegen of eruit te halen. “Je kunt atomen toevoegen en een gewenste structuur aanbrengen, zoals verschillende lagen op elkaar”, legt Pols uit. “Zo kun je de eigenschappen van perovskieten afstemmen op specifieke toepassingen.” Daarnaast is het mogelijk om zogeheten chiraliteit te creëren – een asymmetrie in de chemische structuur, waardoor het materiaal licht op een andere manier absorbeert.
Al deze mogelijkheden maken perovskieten bijzonder veelzijdig. “In theorie kunnen we het stabiliteitsprobleem oplossen door de structuur aan te passen”, zegt Pols. “Maar daarvoor moeten we eerst begrijpen wat er precies gebeurt. Op dit moment weten we nog niet goed waarom het materiaal uit elkaar valt.”
Te veel om bij te houden
Met zijn onderzoek probeert hij meer inzicht te bieden in deze processen. En hij is zeker niet de enige; perovskieten vormen een bijzonder dynamisch en actief onderzoeksveld. De kast op de gang van het Cascade-gebouw – de plek waar zijn onderzoeksgroep huist – puilt dan ook uit van proefschriften met perovskieten in de titel. Onderzoekers richten zich daarbij op uiteenlopende aspecten van het veelbelovende materiaal. “Sommigen richten zich op het verbeteren van de energie-efficiëntie, terwijl anderen experimenteel onderzoek doen naar materiaaleigenschappen, zoals de beweging van atomen binnen het materiaal”, verduidelijkt hij.
“Er worden elke dag ontzettend veel papers over dit onderwerp gepubliceerd; te veel om alles bij te houden. Er zijn zelfs hele conferenties gewijd aan perovskieten”, vertelt Pols. De enorme stroom aan nieuwe kennis is waardevol, maar soms zie je door de bomen het bos niet meer, geeft hij toe. “Je moet als onderzoeker steeds keuzes maken over waar je in gaat duiken, en je kunt nooit een volledig overzicht van het hele veld krijgen.”
Diagnose stellen
Pols richt zich in zijn werk op een beter begrip van het proces waarin het materiaal uiteenvalt. “Uit experimenten blijkt dat de chemische structuur met de tijd verandert, waardoor het materiaal zijn oorspronkelijke functionaliteit verliest. Het is als het ware kapot”, legt hij uit. Dit proces is intrinsiek en treedt vanzelf op, vergelijkbaar met veroudering, maar wordt versneld door externe factoren zoals blootstelling aan zuurstof en water.
“In het lab kunnen we zien dat de structuur is veranderd, maar niet tot op atoomniveau”, vertelt hij. In zijn onderzoek onderzocht Pols wat er precies gebeurt op atomaire schaal. Waar en onder welke omstandigheden valt het materiaal uit elkaar? “Het is nog geen oplossing, maar het is vergelijkbaar met het stellen van een diagnose. Als je weet wat er gebeurt, kun je vervolgens onderzoeken hoe je het materiaal stabieler kunt maken”, stelt hij.
Simulaties
Om dat te achterhalen, voerde hij simulaties uit. “Je kunt een digitaal model van de materiaalstructuur maken en vervolgens een klein defect aanbrengen door een atoom te verwijderen. Vervolgens observeer je wat er gebeurt”, licht hij toe. “Zo ontdekten wij bijvoorbeeld dat niet alle defecten slecht zijn of tot instabiliteit leiden. De vervolgstap was te bepalen welke defecten het materiaal juist instabiel maken. Als je die slechte defecten kunt identificeren, kun je in een volgende fase onderzoeken hoe je hun vorming in het materiaal kunt voorkomen.”
Een probleem met simulaties is dat de kwaliteit van de output afhankelijk is van de kwaliteit van je model, oftewel in hoeverre dat overeenkomt met de realiteit. Om nauwkeurige data te krijgen, is het dus belangrijk om een goed model te hebben. “De helft van mijn tijd was ik bezig om een model zodanig te trainen met data dat het een goede benadering zou zijn van de werkelijkheid, de rest van de tijd gebruikte ik het model voor de simulaties”, vertelt Pols.
Virtuele microscoop
Met deze simulaties liet hij zien hoe de defecten precies door het materiaal gaan en wat het effect daarvan is op de stabiliteit. “Ik creëerde eigenlijk een soort virtuele microscoop, waarmee je op atoomniveau kunt kijken naar wat er precies gebeurt”, vat hij samen. "Dit draagt bij aan een dieper begrip van het materiaal en wat we tijdens experimenten waarnemen."
“Experimenten lopen vaak voor op simulaties. We zien veel dingen, maar kunnen ze nog niet helemaal begrijpen. Mijn onderzoek schept hier meer duidelijkheid over”, zegt hij. “Nu ligt de bal weer bij de experimenten. Andere onderzoekers kunnen met deze bevindingen verder werken en kijken of ze dit in het lab kunnen aantonen en meten. Zo ja, dan kan dit doorvertaald worden naar processen en uiteindelijk naar concrete toepassingen, zoals zonnecellen.”
Krijgen we dus binnenkort zonnepanelen 2.0 op basis van perovskiet-zonnecellen? “Dat is allemaal nog onduidelijk”, reageert Pols. “Er zijn zoveel productiefaciliteiten voor de huidige zonnecellen en zoveel bestaande zonnepanelen dat de nieuwe zonnecellen echt veel beter zouden moeten zijn zodat het de moeite waard is om ze te vervangen”, stelt hij. “Er wordt nu ook gekeken of we laagjes perovskieten boven op de bestaande zonnepanelen kunnen aanbrengen om ze efficiënter te maken. Dat zou een kleinere ingreep zijn die toch een gunstig effect zou hebben.” Hoe dan ook weten we nu dankzij zijn onderzoek meer over het materiaal, wat ons dichter bij de concrete toepassing brengt.
PhD in the Picture
Wat zien we op je proefschriftkaft?
“Het is een artistieke weergave van het kristalrooster, een versimpelde versie van de chemische structuur van perovskieten. Je ziet gaten in de structuur – dat zijn de defecten – en de verschillende kleuren blokjes geven aan dat je verschillende soorten atomen kunt toevoegen, bijna zoals legoblokjes.”
Je bent op een verjaardagsfeestje. Hoe leg je in één zin uit wat je onderzoekt?
“Ik gebruik een virtuele microscoop om te bestuderen hoe perovskieten – een veelbelovend materiaal voor zonnecellen – bewegen, uit elkaar vallen en nieuwe functionaliteiten krijgen.”
Hoe kun je naast je onderzoek stoom afblazen?
“Ik ben een fanatiek waterpolospeler. Sport is voor mij de ideale manier om te ontspannen.”
Welke tip had je als beginnende PhD-student willen krijgen?
“Wanneer je een paper publiceert, komen er niet altijd confetti en schouderklopjes. In plaats van te wachten op erkenning van buitenaf, kun je beter zelf stilstaan bij je mijlpalen en de tijd nemen om ervan te genieten.”
Wat is je volgende hoofdstuk?
“Ik ga als postdoc aan de slag bij een andere groep op de TU/e. Ik ga verder met materiaalwetenschap, maar met focus op andere materialen, en in het bijzonder ga ik trillingen in materialen onderzoeken.”
Discussie