Hoe de TU/e onderwijs verduurzaamt
Nieuwe onderwijsprijs moet ontwikkeling versnellen
Tijdens TU/e’s Sustainability Day op 3 oktober wordt voor het eerst de Sustainability in Education Award uitgereikt. Er komen 53 inzendingen door twintig docenten(groepen) in aanmerking en de winnaar ontvangt 2.500 euro. Florent Gauvin (BE), Lorenzo Ceccarelli (EE) en Mehrdad Mohammadi (IE&IS) hebben zich kandidaat gesteld en vertellen ons wat hun onderwijs zo duurzaam maakt.
Maar eerst: waarom is een prijs voor duurzaamheid in het onderwijs nodig? “Er moet een beloningssysteem komen om docenten te erkennen die in hun eigen onderwijs investeren en duurzaamheid in de colleges integreren. In feite zijn de meeste prijzen voor hoger onderwijs gericht op onderzoek. Dit is nieuw”, zegt Tommaso Mondovì, Sustainable Education Development Officer. Hij is erg enthousiast over de 53 aanmeldingen. “Dat zijn er meer dan verwacht.”
Docenten Gauvin, Ceccarelli en Mohammadi hebben een aantal dingen gemeen: ze werken met Challenge-Based Learning (CBL), ze promoten actief een systemische aanpak van verandering en besteden aandacht aan de samenhang tussen sociale, ecologische en economische componenten.
CBL
Lorenzo Ceccarelli, postdoc bij Electromechanics and Power Electronics, heeft onlangs de overstap gemaakt van onderzoek naar onderwijs. “Ik ontwerp nieuwe projecten of herontwerp oude projecten zodat ze passen in het Challenge-Based Learning model, dat steeds populairder wordt aan de TU/e.”
Mehrdad Mohammadi is Assistant Professor in Smart Manufacturing. “We passen duurzaamheid toe in ons onderwijs via een CBL-aanpak in de cursus Sustainable Supply Chains voor studenten in de masteropleiding Operations Management and Logistics van IE&IS. Als nieuw ontwerp voor de cursus zijn we een samenwerking aangegaan met professionals uit de industrie en academici om studenten duurzaamheidsuitdagingen uit de praktijk voor te leggen. We gebruiken innovatieve lesmethoden zoals flipped classroom-modellen, interactieve tools, games, groepswerk en peer-review om studenten actief te betrekken.”
Als universiteit is synergie met de industrie belangrijk, maar als vrije kennisinstelling mogen we ons niet laten leiden door bedrijfsbelangen of onethisch gebruik van technologie toestaan.
Bij Built Environment heeft Florent Gauvin, Assistant Professor, maatschappelijke uitdagingen als rode draad in zijn colleges. “Ja, studenten moeten technische en soms alledaagse concepten leren tijdens mijn colleges. Maar altijd met het idee dat duurzaamheid belangrijk is. Dat betekent dat ik verschillende opties zal geven voor een bepaald element in een gebouw en de impact zal bespreken.”
Stop greenwashing
Ceccarelli: “Ik zou het duurzaamheidsdiscours aan de TU/e verder willen brengen dan de ‘buzz words’ die vaak in de publiciteit komen als mogelijke tech-oplossingen. Veel hiervan is slechts een rookgordijn dat sommige industrieën gebruiken om een noodzakelijke overgang te vertragen en de winstgevendheid hoog te houden met niet-duurzame middelen. Als universiteit is synergie met de industrie belangrijk, maar als vrije kennisinstelling mogen we ons niet laten leiden door bedrijfsbelangen of onethisch gebruik van technologie toestaan. Het is een moeilijk gesprek om te voeren, vooral vanwege de verschillende denkwijzen binnen onze gemeenschap, maar onderwijs is de sleutel.”
De postdoc Electrical Engineering vertelt over zijn multidisciplinaire project 'Circular Electronics Challenge' voor tweedejaars bachelorstudenten dat zich richt op het aanpakken van het probleem van elektrisch afval of 'e-waste'. “Ongeveer 56 miljoen ton e-waste wordt nu al jaarlijks wereldwijd gegenereerd, voornamelijk door westerse landen. Ongeveer tachtig procent van deze afvalstroom wordt niet gerecycled en komt terecht op stortplaatsen of wordt verscheept naar landen op het zuidelijk halfrond, waar het illegaal wordt verwijderd en enorme schade toebrengt aan ecosystemen en gemeenschappen.”
Sluiten van de kringloop en het creëren van circulariteit voor elektronische producten is een van de grote uitdagingen van onze tijd, en er is een enorme potentiële waarde in te ontsluiten, volgens Ceccarelli. “Het is ook een uitdaging die verschillende vakken samenbrengt, van circulair ontwerp en elektronica tot procestechniek en materiaalkunde. Studenten leren hoe ze een complexe duurzaamheidsuitdaging kunnen aanpakken door in een interdisciplinair team te werken.”
De studenten leren concrete oplossingen om de koolstofvoetafdruk en het grondstoffenverbruik te verminderen
Gauvin werkt met duurzame materialen. “Een goed voorbeeld is Materials Panorama, een keuzevak in de mastertrack Building Physics and Services over het vervangen van conventionele materialen door duurzame (en circulaire) materialen. De studenten leren eerst de concepten van duurzaamheid en vervolgens concrete oplossingen om onder andere de koolstofvoetafdruk en het grondstoffenverbruik te verminderen.”
Het vak dat Mohammadi geeft bij IE&IS richt zich op duurzame toeleveringsketens en behandelt verschillende duurzaamheidsuitdagingen zoals uitputting van grondstoffen, afvalbeheer, waterschaarste en -kwaliteit, voedselzekerheid en duurzame landbouw, energietransitie, oceanen en mariene ecosystemen, en behoud van cultureel erfgoed. “Studenten kunnen bijvoorbeeld werken aan het verbeteren van de afvalbeheerpraktijken in een bedrijf of strategieën ontwikkelen voor duurzame landbouw.”
Mohammadi en zijn collega Geert van Kollenburg willen de cursus verder verbeteren door meer interactie met de industrie. “Bijvoorbeeld door meer gastcolleges en eventueel excursies om de kloof tussen academische kennis en praktische ervaring in de industrie te overbruggen. We zijn ook van plan om de cursus uit te breiden/aan te passen om meer studenten van andere afdelingen aan te trekken, aangezien de cursus geen voorkennis vereist en studenten met verschillende achtergronden een aanwinst zijn voor deze cursus. Duurzaamheid is een continue beweging en jaar na jaar zijn we van plan om onze doelen te bereiken.”
Prijzengeld
De award wordt uitgereikt door de deans Ines Lopez Arteaga (Bachelor College) en Paul Koenraad (Graduate School). De 2.500 euro moeten worden gebruikt voor de verdere ontwikkeling van studieprogramma's. De docenten weten al hoe ze dat - bij winst - gaan besteden. Ze zouden graag workshops en gastcolleges organiseren of materialen kopen waar de studenten mee kunnen werken.
“Waarom organiseren we geen excursie om een belangrijke onderzoekscentra, fabrieken of zelfs akkers en boerderijen te bezoeken? Ik zou ze graag laten zien welke duurzame bouwmaterialen er al gekweekt kunnen worden, zoals kattenstaart”, zegt Gauvin. “Ik ben momenteel betrokken bij een Europees project, https://bio-fibre.org/, waarbij we samen met zes andere universiteiten een curriculum over duurzame materialen creëren en dat is uniek in Europa. Het gaat dit academisch jaar van start en vier van onze masterstudenten doen mee aan het initiatief. Ik hoop dat dit de weg vrijmaakt voor meer initiatieven op het gebied van duurzaamheid in veel verschillende programma's.”
Sustainability Day
“Duurzaamheid heeft een radicale verandering nodig”
Het symposium op de Sustainability Day is een heel speciaal event voor TU/e's Sustainability Ambassador Anna Wieczorek, zij spreekt die dag haar intreerede uit. Ze wil het publiek laten weten dat zelfs een radicale verandering tot duurzaamheid mogelijk is, mits we het slim en geleidelijk doen. “Sustainablity needs a radical change.” Ze zal eerst bespreken hoe we in de loop der tijd anders aan zijn gaan kijken tegen milieuproblemen en hoe onze reactie op grote maatschappelijke uitdagingen moet worden aangepast om effectief te zijn. Wieczorek is lid van de onderzoeksgroep Technology, Innovation & Society.
Wieczorek: “De duurzaamheid van de TU/e hangt niet af van LED-verlichting op onze campus of het sorteren van afval. Dit zijn slechts enkele van de vele en minder belangrijke zaken die moeten veranderen en die ook zullen gebeuren.
Wat belangrijker is, is het veranderen van de manier waarop we in het algemeen leven en het stimuleren van het debat over wat we onze kinderen willen nalaten als we er niet meer zijn.”
Een van de andere sprekers op het symposium met de naam Joining Forces for Smart Change is Marjan Minnesma. Zij is oprichter van Stichting Urgenda, die duurzaamheidstransities wil versnellen door concrete innovatieve projecten.
Discussie