En hoe is het in Buenos Aires?
Masterstudent Mark Kurvers loopt voor zijn opleiding Electrical Engineering stage in de hoofdstad van Argentinië. Hij weet nu al dat het moeilijk gaat worden om terug te keren naar Nederland omdat hij de mensen zo enorm vriendelijk, open en behulpzaam vindt. Zijn eerste indrukken beschrijft hij hieronder.
Na dertig uur nauwelijks geslapen te hebben, kwam ik eindelijk aan in mijn appartement in Buenos Aires, op de 23e verdieping, nog altijd hopend dat ik niet was opgelicht. Een ouder echtpaar deed open. Ze spraken niet het beste Engels, maar gelukkig had ik in de maanden ervoor al behoorlijk wat uurtjes aan de taal besteed. Ik merkte hoe vriendelijk en behulpzaam ze waren. Toen ik bijvoorbeeld niet het Spaanse woord voor 'aansteker' herkende, zei de man "wacht even", waarna hij 23 verdiepingen afdaalde naar een kiosk om er een te halen, zodat hij het woord kon uitleggen.
De eerste twee weken waren behoorlijk overweldigend. Afkomstig uit Herten, een dorp met minder dan 9.000 inwoners, stond ik op het balkon en keek ik naar het prachtige uitzicht over de stad. Ik zag letterlijk alleen maar gebouwen tot aan de horizon in deze stad van 15.5 miljoen (!) inwoners. Gelukkig had ik al op de tweede en derde dag een afspraak met mijn begeleider, waardoor ik bezig bleef en niet te veel nadacht over wat ik in hemelsnaam moest gaan doen in deze gigantische stad.
Mijn stageopdracht voer ik uit in een laboratorium, waar ik het grootste deel van de week alleen werk. Ondanks dat ik daar alleen ben, maakt mijn stage deel uit van een groter project, samen met vier andere jongens die me meteen al uitnodigden voor allerlei activiteiten, zoals mate drinken (een populaire Zuid-Amerikaanse drank), hamburgers eten of een biertje drinken.
Daarnaast volg ik ook een EE-vak in het Spaans over stof die ik als masterstudent al enigszins beheers. Zo verbeter ik mijn Spaans. De ITBA, waar ik dat mag doen, is een kleine privé-universiteit. Naar wat ik heb gehoord, beginnen de klassen met ongeveer 30 studenten in het eerste jaar, maar het niveau van de lessen is behoorlijk hoog. Door de kleinschaligheid is het contact met de docenten persoonlijker dan op de TU/e; zo heb ik, net als een aantal andere studenten, het telefoonnummer van mijn docenten.
"Que hacés acá?" (Wat doe jij hier?) is een vraag die ik regelmatig krijg, meestal met de onderliggende vraag waarom ik voor Argentinië heb gekozen. Ik merk weleens, wanneer ik met verschillende mensen praat – van mensen in de sportschool, tot de vrouw die empanadas verkoopt om de hoek – dat ze vaak negatief over Argentinië beginnen te praten, door economische en politieke redenen. Maar zodra ik uitleg dat ik geïnteresseerd ben in de cultuur, de taal en de Argentijnse keuken, veranderen ze binnen een minuut van "dit is het slechtste land ter wereld" naar "dit is het beste land ter wereld", en komt hun trots snel naar voren. Bij voetbal en autoracen -de opkomst van Formule 1 door Franco Colapinto- zie je de passie van Argentijnen over hun land.
Aangezien ik nog maar in de vierde week van mijn stage zit, heb ik nog een hoop leuke dingen in het vooruitzicht. Zo ben ik uitgenodigd voor een voetbalwedstrijd, heb ik tickets gekocht om de watervallen van Iguazú te bezoeken en heb ik in december een maand vakantie gepland om het (hopelijk) prachtige Patagonië te verkennen.
Discussie